Bewoners met een licht verstandelijke beperking (LVB) worden vanuit het beleid gestimuleerd zelfstandig te wonen in de wijk, met hulp van het formele en informele welzijnsaanbod in de ‘sociale basis’. Vanuit de praktijk komen signalen dat dit niet altijd gemakkelijk gaat. In dit verkennende onderzoek keken wij hoe de participatie van personen met een LVB in de sociale basis verloopt, in het bijzonder bij ontmoetingsactiviteiten. We interviewden eerst professionals en vrijwilligers die in verbinding staat met of werken in de sociale basis en vervolgens bewoners met een (vermoedelijke) LVB over hun ervaringen. Daarnaast hielden we met beide groepen een interactieve bijeenkomst. Het onderzoek laat ten eerste het dilemma zien waarvoor professionals en vrijwilligers zich gesteld zien: het beleid dat geen doelgroepenbeleid voorschrijft en het ongemak rond het label LVB, maar tegelijkertijd de behoefte aan specifieke kennis over de doelgroep. Specifieke deskundigheid zit vervangen in schijnbaar alledaagse, maar cruciale handelingen om de doelgroep goed te kunnen ondersteunen in de sociale basis. Geïnterviewden geven aan dat in de sociale basis een gebrek is aan de benodigde deskundigheid om bewoners met een LVB goed te kunnen begeleiden. Daarbij is ook een tekort aan professionele inzet.
Het lectoraat Maritieme Innovatieve Technieken is sinds juni 2012 verbonden aan het Maritiem Instituut Willem Barentsz (MIWB), onderdeel van het Instituut Techniek van NHL Hogeschool. Dankzij deze positie kan het lectoraat, samen met het lectoraat Maritiem, Marien, Milieu & Veiligheidsmanagement en het Kenniscentrum Jachtbouw, over de grenzen van de organisatie heen werken. Het ontwikkelen en uitbreiden van het praktijkgericht onderzoek heeft daarbij de hoogste prioriteit. Kennis, veiligheid en innovatie door middel van technologie zijn steeds de verbindende factoren. Het lectoraat houdt zich bezig met het uitwisselen van kennis tussen het onderwijs en het beroepenveld. Wij richten ons daarbij op vier thema’s en drie onderzoeksgebieden. Vanuit de thema’s, veilige schepen, slimme schepen, schone schepen, duurzame schepen, wil het lectoraat de komende jaren een actieve rol spelen op de onderzoeksgebieden Maritime operations, Human factors en Regulatory compliance. Daarnaast is het lectoraat gestart met nascholingstrajecten waarmee docenten hun onderzoeksvaardigheden verder kunnen ontwikkelen. Wij werken eveneens aan de professionele masteropleiding
Deze publicatie maakt deel uit van het Europese onderzoek Community Support, waarbij in vier steden (Amersfoort, Maastricht, Budapest en Tallinn) wordt beoogd betere voorwaarden voor sociale inclusie te scheppen voor mensen met beperkingen. Ook voor de huidige en aankomende professionele hulpverlener heeft dit zijn weerslag op hoe het beroep verder vorm krijgt. De kennis en ervaringen uit dit onderzoeksproject zijn derhalve vertaald naar onderwijsmodulen ten behoeve van het Hoger Sociaal Agogisch Beroepsonderwijs. Centrale thema’s in de onderwijsmodulen zijn het VN-verdrag, de betekenis ervan voor personen met een beperking alsmede voor de professionele hulpverlening en community support.
Sinds de ratificatie van de Global Goals in het najaar van 2015 heeft de Nederlandse overheid zich gecommitteerd aan het bereiken van deze doelen. Er is echter geen implementatie of uitvoeringsreceptuur geleverd bij het bepalen van de doelen. Met Peeze Coffee, BiomyGreen zijn lopende gesprekken en afspraken over het prototypen van een implementatie strategie van de Sustainable Development Goals (SDGs) in het MKB. De Gemeente Rheden stimuleert de MVO strategie van het midden en klein bedrijf binnen hun grenzen en participeert in regionale samenwerkingsverbanden. De gemeente Rheden wil de kennis en toepassingsontwikkeling verder stimuleren en werkt daarbij intensief samen met VHL. Deze koplopers in Duurzaamheid inclusief de gemeente Rheden hebben hun duurzaamheidsprofiel goed op de rit maar krijgen de uitdaging van de SDGs voor hun kiezen: Er is weinig praktijk ervaring op midden management. Deze uitdaging zal merkbaar worden door toekomstige regelgeving op bv de energie transitie, circulair economie en de impact van de bedrijfsactiviteiten op onze leefomgeving. Beter is het deze ontwikkelingen voor te zijn: maar hoe doe je dat met het midden management? Dit kortlopende project gaat leerresultaten van onderzoek documenteren hoe deze bedrijven en de gemeente Rheden de SDGs in hun bedrijfsprofiel te verankeren. Het co-creëren gaat idealiter een ‘Demonstrator’ opleveren waarbij video, interviews recordings, werksessie opnamen en SDG implementatie modellen worden verwerkt welke Good Practises en leertrajecten werkzaam zijn bij het implementeren van de SDGs. De Demonstrator zal gebruikt worden bij Symposia, SDG kenniscentrum voor MKB en bij Entrepreneurship onderwijsmodules en draagt bij aan het bedrijfsprofiel van de aangesloten consortium deelnemers. Deze korte slag van Raak-Kiem zal uiteindelijk leiden naar een grotere aanvraag Raak-MKB of Raak-Pro.
Sporters streven samen met hun trainers en coaches naar de beste prestaties. In de (top)sport is er vaak een klein verschil tussen winst en verlies. Optimale afstemming van trainingen op de individuele sporter vergroot de kans op winst. Objectieve vaststelling van trainingseffecten is daarvoor van groot belang. Hiervoor is een gepersonaliseerde monitoring onmisbaar. Sporters veranderen door training de expressiepatronen van hun genen, waardoor ze zich kunnen aanpassen aan de inspanningen voor hun prestaties. Die persoonlijke veranderingen in genexpressie zijn zichtbaar in RNA-profielen. Deze worden al toegepast in de medische praktijk voor stratificatie en behandeling op maat én meting van individuele behandelingsresponsen. Deze innovatieve technologie biedt de sportwereld kansen voor betere gepersonaliseerde monitoring van trainingseffecten. De hoofdvraag van dit project is: Hoe kan genexpressie-analyse betrouwbaar en zonder grote belasting voor sporters worden toegepast voor de monitoring van trainingseffecten? Dit project richt zich op het demonstreren van het nut van RNA-profielen voor individuele monitoring en het verder ontwikkelen van methoden, protocollen en tools voor gebruik in de sportpraktijk. Het onderzoek bestaat uit vier onderdelen: 1. Voorbereidingsfase: ontwikkeling van beste logistiek en bemonstering in de praktijk. 2. Het opzetten van een referentiedatabase met inspanningsgegevens en genexpressiepatronen van sporters voor de interpretatie van veranderingen in individuele genexpressiepatronen door trainingseffecten. 3. Praktijkgericht onderzoek naar de relatie tussen specifieke training en veranderingen in genexpressiepatronen. 4. Onderzoek naar en ontwikkeling van een ?trainingsdashboard? voor presentatie van gegevens en betere communicatie tussen professionals en sporters. De opgedane kennis wordt verwerkt in het onderwijs. In onze toekomstvisie zijn de verkregen kennis en resultaten ook relevant voor toepassing bij revalidatie en begeleiding van ouderen op maat.