Samenvatting: zie publicatie
DOCUMENT
In het Drents Museum is tot 6 juni 2013 een tentoonstelling te zien met als titel 'De Sovjet Mythe'. De tentoonstelling gaat over het Socialistisch Realisme, een kunststroming die vanaf 1932 door de communistische overheid in de Sovjet-Unie als min of meer verplicht werd opgelegd in de samenleving. De politieke leiders wilden met deze kunstrichting de nieuwe, communistische maatschappij legitimeren en ondersteunen. De verering van de Sovjet-leiders was een van de impliciete doelstellingen. Van kunstenaars werd verwacht dat dat ze een positieve bijdrage leverden aan de opbouw van de nieuwe socialistische maatschappij. Bekende vertegenwoordigers van het Socialistisch Realisme zijn Deineka, Malevitsj, Filonov, Gerasimov en Samochvalov. Belangrijke thema's van de kunstwerken waren het werk in de fabrieken, het leven op het platteland, de leiders van de nieuw staat, een nieuw vrouwbeeld en kinderen die genieten van een onbezorgd leven. Ook sport speelde een prominente rol in het Socialistisch Realisme. In de Sovjetkunst werden sporters en sportwedstrijden zodanig weergegeven dat de indruk werd gewekt dat de mensen gezond en gelukkig leefden en een mooie toekomst verzekerd was. De tentoonstelling de 'Sovjet Mythe' maakt duidelijk dat sport in de communistische cultuurpolitiek gebruikt werd om de nieuwe socialistische samenleving te legitimeren. Opvallend is daarbij dat de vrouw op een voor die tijd geëmancipeerde wijze werd afgebeeld. Ook lijkt het erop dat lichamelijkheid en erotiek juist via sport in de kunst werden gecommuniceerd.
DOCUMENT
This article traces the emergence of one particular genre of discourse, the genre of "new realism" in the Dutch public debates on multicultural society from the early 1990s till Spring 2002. The focus upon different "genres" implies an interest in the performative power of discourse, i.e. the way in which any discourse, in or by its descriptions of reality, (co)produces that reality. Four distinctive characteristics of "new realism" are detected in three subsequent public debates, culminating in the genre of "hyper-realism", of which the immensely successful and recently murdered politician Pim Fortuyn proved to be the consummate champion. Cet article explique le développement d'un genre particulier de discours, le "nouveau réalisme", au sein du débat public sur la société multiculturelle aux Pays Bas. La période étudidée s'étale du début des années 1990 jusqu'au printemps 2002. L'importance attribuée aux différents "genres" reflète un intérêt pour le pouvoir performatif du discours, notamment la facon dont le discours (co)produit la réalité qu'il décrit. On décèle quatre traits distinctifs du "nouveau réalisme" dans trois débats publics qui débouchent sur le "hyper-réalisme" genre dont Pim Fortuyn, homme politique ayant connu un grand succès et victime récente d'un meurtre,s'était fait le champion attitré.
DOCUMENT
The topic of this paper is the constructivism-realism debate, construed as an example of the intrusion of philosophy into science. Against this intrusion I maintain that philosophical problems are not only different from scientific and practical ones. They are also problematic in themselves. That is why their import into our scientific and practical work only creates confusions that hinder us in our work. The aim of the paper is to show that the philosophical problems that create those confusions need a Wittgensteinian therapeutic treatment. The method of the paper consists in comparing what philosophers (or philosophising scientists) say we do with what we actually do. After giving an example of what happens when a rightly respected scientist starts philosophizing, the method is applied, first, to the relation between language and the world and, second, to the relation between theories and the world. In the first application a story about three umpires is used to distinguish language and discourse, between questions of meaning (of the words we use) and questions of truth (of the things we say). In the second application a comparison between maps and theories is used to show the difference between assessing the truth of descriptive statements and explanatory theories. The examples of the umpires and maps are introduced by Weick and in both cases I show that neither constructivist nor metaphysical realist conclusions follow.
DOCUMENT
Book review of J.B. Fressoz (2024). More and More and More. An All-Consuming History of Energy, Penguin Random House, 400 pp. First published on: https://vbds.nl/2025/11/01/more-and-more-and-more/. A Dutch version of this review has been added. This translation is also published on: https://vbds.nl/wp-content/uploads/2025/11/Meer-en-Meer-en-Meer.pdf.
MULTIFILE
Een begeleidende tekst voor de publicatie 'Westerwolde'; een foto-opdracht van de gemeentes Bellingwedde en Vlagtwedde aan studenten van Academie Minerva, Projectbureau/AMP. Mei 2015.
DOCUMENT
Games zijn bedoeld voor vermaak, maar we kunnen ze ook opvatten als een vorm van cultuur. Ze vertellen iets over de samenleving waarin ze zijn gemaakt: al dan niet met opzet komen er via de verbeelding van de makers opvattingen over de samenleving in games terecht. Games zetten op hun beurt aan tot verbeelding, waardoor gamers zich mogelijk gestimuleerd voelen na te denken over die samenleving. Toch is het aannemelijk dat gamers daar weinig voor voelen, omdat dit een plezierige ervaring in de weg kan staan. Maar gamers blijken wel degelijk geneigd tot reflectie op de wereld om ons heen, over het leven, over goed en kwaad. Ruim driekwart van de gamers uit dit onderzoek zegt dat wel eens te doen. Tegen de verwachting is daarbij geen verschil te zien tussen reguliere gamers en professionals, zoals reviewers en game designers. Verondersteld werd dat die laatstgenoemden zich beroepsmatig vaker aangezet voelen tot reflectie op de wereld om ons heen. Vaker dan verwacht blijken gamers een kunstervaring te ondergaan bij het spelen van games. In de context van deze studie wil dat zeggen dat die spelers ‘tussen de regels door’ commentaar op de spel- en verhaalgebeurtenissen hebben opgemerkt, dat hen aan het denken zette over de wereld. Daarbij was geen verschil te zien tussen mainstream games en indiegames. De verwachting dat de meeste gamers vooral de bijzondere vormgeving van games noemen als reden om ze als kunst te bestempelen is ten slotte wel bevestigd. Dit laat meteen ook het verschil zien tussen de gangbare esthetische kunstopvatting en wat ik in deze studie onder kunst versta: het ervaren van een betekenisproces dat stimuleert tot reflectie op het leven.
DOCUMENT
Bij een beursgang van Abn-Amro hoeft de prijs geen issue te zijn.
LINK
De wereld verandert snel. Hoe moeten wij ons op de toekomst voorbereiden? Dat begint met een goed begrip van hoe de wereld feitelijk in elkaar zit, wat de drijvende krachten zijn, hoe machtspolitiek van de grote mogendheden op andere landen inwerkt en aan welke eisen van volkenrecht en politieke ethiek goed beleid hoort te voldoen. Ook de werking van de mondiale economie en van internationale organisaties als de VN, de NAVO en de EU is erg belangrijk. Dit studieboek geeft een inleiding in de leer van de internationale betrekkingen. Deskundigen leggen helder uit hoe de huidige politieke wereld is ontstaan, wat er op de agenda van het buitenlands beleid staat, en in welke richting de mondiale problematiek zich ontwikkelt. Wat is het risico op nieuwe oorlogen? Zou de Europese Unie uiteen kunnen vallen? Waarom is er ontwikkelingssamenwerking? Hoe op te treden tegen agressie en schendingen van het volkenrecht en de rechten van de mens? Hoe kunnen kleine, maar welvarende en moderne landen als Nederland en België zich staande houden en voor een veilige toekomst helpen zorgen? Horen we vooral het nationale belang te behartigen of moeten we ons als echte wereldburgers opstellen? Hoe is er opbouwende invloed uit te oefenen, als burger, kiezer, politicus, belangenbehartiger of activist voor goede doelen? Dat zijn relevante vragen die steeds opnieuw, kritisch nadenkend, moeten worden beantwoord om betere resultaten te boeken. Wereld in Beweging is een handreiking daarvoor. Dit is de 2de druk van deze publicatie. De 3de druk is in 2021 verschenen: https://www.boomdenhaag.nl/webshop/wereld-in-beweging-2
MULTIFILE
Als ontwerpers hun vermogen voor inclusief ontwerpen versterken, leveren zij met hun producten en diensten een belangrijke bijdrage aan een inclusieve samenleving. Zij moeten dan wel een keuze kunnen maken uit beschikbare principes, richtlijnen en tools voor hun specifieke ontwerpdoelen, doelgroepen en contexten en deze in de praktijk toepassen. Het project Active Inclusive Design beoogt, middels praktijkgericht actieonderzoek, onderzoek, onderwijs en praktijk van inclusief ontwerpen samen te brengen in een leergemeenschap. Dit artikel beschrijft de verschillende fasen van de vorming van deze leergemeenschap en de lessen die we daaruit getrokken hebben. Tot dusver blijkt het een krachtig middel te zijn om kennis uit de wetenschap en praktijkervaringen samen te brengen, zodat kennis beter landt in de praktijk.
LINK