Stel je voor: een bruisende straat die uitnodigt om buiten anderen te ontmoeten. Een straat waar iedereen zich veilig voelt. In de zachte stad van David Sim ligt deze straat aan je voordeur. Regeneratief onderwijs kan als brug tussen het onderwijs, onderzoek en de praktijk een bijdrage leveren aan het creëren van dit soort straten en een zachtere stad in het algemeen.
MULTIFILE
In dit artikel wordt onderzocht hoe regeneratief toerisme kan fungeren als een Non-Timber Forest Product (NTFP) en een duurzaam alternatief kan bieden voor schadelijke economische activiteiten zoals illegale houtkap en goudwinning in Suriname. Regeneratief toerisme gaat verder dan traditioneel duurzaam toerisme: het richt zich op het herstellen en versterken van ecologische, sociale, culturele en economische systemen. Door middel van een praktijkgericht, kwalitatief onderzoek – bestaande uit deskresearch, focusgroepen en studentprojecten – is verkend welke kansen er zijn voor gemeenschappen in Suriname om toerisme te ontwikkelen dat waarde toevoegt op meerdere niveaus. Toerisme wordt hierbij niet gezien als een consumptiemiddel, maar als een middel tot positieve verandering, waarbij meerwaarde wordt gecreëerd voor zowel bezoeker, locatie als lokale gemeenschap. De resultaten tonen aan dat de Surinaamse gemeenschappen potentie zien in regeneratief toerisme, mits ondersteund door passend beleid, investeringen in infrastructuur, marketing en educatie. Kleinschalige initiatieven, lokale betrokkenheid en samenwerking met buurlanden zijn cruciaal. Er is een duidelijk verband gelegd tussen regeneratief denken en het ontwerpen van een Sustainable Business Model dat sociale cohesie, ecologische balans en economische levensvatbaarheid combineert. De conclusie is dat regeneratief toerisme een kansrijk perspectief biedt voor Suriname, zowel als motor voor duurzame ontwikkeling als middel om de biodiversiteit en culturele diversiteit te behouden. Het model is samengevat in een Sustainable Business Model Canvas, met KPI’s voor het meten van impact, gebaseerd op de 3 R’s: Regeneration, Resilience, Responsibility.
DOCUMENT
Dit rapport verkent hoe de nog onduidelijk gedefinieerde term regeneratieve landbouw zich verhoudt tot bredere discussies over duurzame landbouw. Het schetst spanningsvelden rond definities (proces - versus resultaatgericht), discours (regeneratief ↔ industrieel-productivistisch) en sociaal-economische context. Centraal staat het streven naar voortdurende vernieuwing van landbouwsystemen door herstel van bodemgezondheid, versterking van biodiversiteit en verbetering van ecosysteemdiensten, vaak gezien als 'een stap verder dan duurzame landbouw'. Daarnaast laat het document zien dat uiteenlopende stakeholders – van onderwijsinstellingen tot multinationals – verschillende accenten en belangen hebben, wat kan leiden tot verwarring, maar ook tot kansen voor dialoog in praktijk en onderwijs.
DOCUMENT
In de Solution Rooms bespreken studenten, docenten, beleidsmakers en onderzoekers uitdagingen en oplossingsrichtingen voor het vervolgonderwijs van de toekomst. Eén van de thema's is 'Duurzaamheid', waar Rolien Blanken een wetenschappelijke reflectie over schreef. Twee problemen zijn geïdentificeerd bij doorvoeren van duurzaamheid binnen de instelling en het onderwijs: de complexiteit van het vraagstuk enerzijds en draagvlak en effecten op de studenten anderzijds. Dit bemoeilijkt het duurzaamheidsproces. Inzetten op het gebruik maken van meetinstrumenten voor verduurzaming van curricula, transdisciplinair- en sectoroverstijgend werken en duurzaam burgerschap als uitgangspunt voor studentontwikkeling kunnen helpen om tot een succesvolle verduurzaming te komen. Aandacht voor duurzaamheid in het onderwijs kent een hoge mate van urgentie. De student ervaart hierbij negatieve invloed op het welzijn. Tegelijkertijd is verduurzaming een complex proces. Het doorvoeren van regeneratief onderwijs kan helpen bij het aangaan van genoemde uitdagingen. Naast het meten van de duurzaamheid van het curriculum is aan te bevelen breder in de organisatie duurzaamheid te meten en door te voeren. Het werken met integrated reporting kan hierin bijdragen. Transdisciplinair en sectoroverstijgend werken is een goede oplossing om duurzaamheidstransities te bereiken. Dit kan men toepassen door te werken in labs. In deze omgevingen zijn diverse stakeholders betrokken en kan de student zijn rol als wereldburger hier in co-creatie vervullen.
MULTIFILE
In het Surinaamse regenwoud ligt een groot potentieel voor duurzame waardecreatie via non-timber forest products (NTFP’s) – bosproducten zoals vruchten, kruiden, oliën en zelfs toeristische diensten. Studenten van Hogeschool Inholland onderzochten samen met Surinaamse partners hoe deze producten bijdragen aan ecologische, economische en sociaal-culturele waarde. NTFP’s zijn cruciaal voor het levensonderhoud van inheemse en marrongemeenschappen. Ze leveren voeding, medicijnen en inkomsten. Echter, de sector kampt met uitdagingen: overharvesting, gebrek aan ketenregie, beperkte lokale verwerking en infrastructuur, en een fragiele institutionele context. Studenten ontdekten dat veel waardevolle producten onbenut blijven, of zonder toegevoegde waarde de markt op gaan. Ondertussen verdwijnen traditionele kennis en biodiversiteit door gebrekkig beheer. Het onderzoek richtte zich op kansen voor meervoudige waardecreatie. Voorbeelden zijn duurzame voedselproducten voor diaspora-doelgroepen, community-based toerisme en circulaire non-food innovaties zoals zeep. Initiatieven zoals in Bigi Poika en Cassipora laten zien hoe ondernemerschap, cultuur en natuur samen kunnen floreren. Cruciaal daarbij is samenwerking: tussen lokale gemeenschappen, overheden, onderwijs en ondernemers – ook wel de ‘triple helix’. Belangrijk inzicht: het bos is geen voorraadkast, maar een levend ecosysteem. Verantwoorde benutting van NTFP’s vereist beheerplannen, kennisdeling, certificering en infrastructuur. Praktijkgericht onderzoek en co-creatie – onder andere in het Living Lab JSOOC – vormen de sleutel tot duurzame ontwikkeling. Het project toonde aan dat studenten met Surinaamse roots een unieke brugfunctie vervullen tussen culturen. Zij brengen kennis, identiteit en innovatie samen in een gezamenlijke missie: waarde creëren met én voor het Surinaamse bos.
DOCUMENT
DOCUMENT
Nóg een logistiek terrein op een plek waar de ontsluiting niet goed is, terwijl er veel concurrerend aanbod ligt rond Tilburg en Venlo: niet doen, stelt lector Cees-Jan Pen. Hij suggereert om de plannen voor de ontwikkeling van bedrijventerrein Heesch-West, die tot nog toe 55 miljoen hebben gekost, definitief af te blazen.
LINK
Polymeren, waaronder plastics, kennen we allemaal uit ons dagelijks leven. Van de plastic draagtas tot computeronderdelen en kopjes. Allemaal worden deze polymeren vervaardigd uit aardolie en afgeleide producten. De producten zijn zeer nuttig en breed toepasbaar, mede door de gunstige eigenschappen zoals warmteweerbaarheid, stevigheid en waterdichtheid. Daarentegen kennen polymeren ook een keerzijde, zoals het niet of moeilijk afbreekbaar zijn in de natuurlijke omgeving en de nadelen van het gebruik van fossiele bronnen: hun eindigheid en de ongecontroleerde emissie van broeikasgassen die verband houdt met klimaatverandering. Dit is een zichtbaar probleem bij onder meer De Plasticsoep, waar geen of beperkte afbraak plaatsvindt van plastics in de oceaan. De zoektocht naar alternatieven is daarom volop aan de gang.
DOCUMENT