De IWP EDRiT is van start gegaan in januari 2022 met de CV Boost. In de periode 1 januari 2022- 1 maart 2022 werd ook een aantal activiteiten in het kader van het project “Grenzenlo(o)s Talent!” uitgevoerd in de IWP EDRiT. Deze activiteiten worden beschreven in het laatste verslag van Grenzenlo(o)s Talent! over de periode januari – maart 2022. Dit verslag gaat in op de periode eerste half jaar 2022.
DOCUMENT
‘Delta Dreamers’ is een project dat is mogelijk gemaakt vanuit de Regiodeal- thema aansluiting onderwijs-arbeidsmarkt - en waarin de eilanden Goeree-Overflakkee, Hoeksche Waard en Voorne-Putten samenwerken. Doel van het onderzoek is om bedrijven in de Zuid-Hollandse Delta te adviseren hoe zij hun bedrijf toekomstbestendig kunnen neerzetten als het aankomt op het aantrekken en behouden van jong talent. In het samenwerkingsverband hebben elf bedrijven zich aangesloten bij dit project. Naast deze bedrijven zijn drie onderzoekers van Hogeschool Inholland, acht Inholland studenten, de begeleidende docenten en vertegenwoordigers van de vier gemeentes betrokken. In het kader van het afstuderen verrichtten vier studentenduo’s (telkens een student Business Studies en een student HBO-Rechten) onderzoek naar beroepsbeelden van kraptefuncties bij zeven bedrijven; deze bedrijven hebben ieder een passend bedrijfsadvies ontvangen. De resultaten geven inzicht in hoe bedrijven realistische en up-to-date beelden naar buiten kunnen brengen in o.a. wervingsprocedures en hoe deze bedrijven de kans kunnen vergroten dat jongeren in de Zuid-Hollandse Delta blijven wonen en werken.
DOCUMENT
Grote steden staan de komende decennia voor enorme uitdagingen om ruimtelijke herstructurering en versterking van sociaaleconomische posities van bepaalde wijken, te combineren met leefbaarheids-, duurzaamheids-, en mobiliteitsambities. Dit zijn vraagstukken waar bij uitstek verschillende fysieke, sociale, economische en bestuurlijke professionals moeten samenwerken. Dit onderzoek richt zicht op boundary spanners, professionals die een sleutelrol spelen in het verbinden van domeinoverstijgende vraagstukken. Met de toename en complexiteit van maatschappelijke vragen in het grootstedelijke domein groeit ook de behoefte aan en het belang van boundary spanners in het realiseren van effectieve samenwerking. Kennis over de effectiviteit van hun werkpraktijken blijft echter achter. Gezien de urgentie van grootstedelijke vraagstukken, is het van groot belang deze kennis te ontwikkelen. De (grootstedelijke) professionals die in de rol van boundary spanner vervullen of die rol ambiëren vragen zich dan ook af: Hoe krijg ik zicht op mijn eigen boundary spanner praktijk als individu of binnen een team werken, welke mogelijke verbeteringen zijn er in ons handelen en wat daarvan is overdraagbaar naar andere professionals en andere situaties? Door deze praktijkvraag te combineren met theoretische kennis vanuit bestuurskunde en verandermanagement, geeft dit onderzoek antwoord op de overkoepelende onderzoeksvraag: Wat zijn de kenmerken van de werkpraktijken waarin (grootstedelijke) professionals, die we kunnen typeren als of boundary spanners, de grenzen tussen domeinen bij grootstedelijke vraagstukken weten te overbruggen? Het onderzoek is een co-creatie van stedelijke professionals in teams van vijf praktijkcases: het programma Haven-Stad (Amsterdam); de regiodeal Den Haag Zuidwest; het project Cruciale Mijl (Amsterdam); Combiwel buurtwerk (Amsterdam) en het team gebiedsadviseurs (Amsterdam), met onderzoekers van de Centres of Expertise van de Hogeschool van Amsterdam en de Haagse Hogeschool. Dit onderzoek expliciteert de werkregels die boundary spanners in staat stelt om domeinoverstijgend te werken en levert op die manier een wezenlijke bijdrage aan het realiseren van deze grootstedelijke vraagstukken.
Het kabinet heeft 25 missies geformuleerd om maatschappelijke uitdagingen aan te pakken. Deze missies richten zich op gezondere levensjaren, voldoende schoon water en veilig voedsel, minder uitstoot van broeikasgassen, betaalbare duurzame energie en een veilig Nederland om in te wonen en te werken. Ambitieuze doelen moeten ondernemers en onderzoekers uitdagen tot baanbrekende oplossingen en bijdragen aan de concurrentiekracht van Nederland. Voor een klimaatbestendig, waterrobuust, duurzaam, gezond en veilig Nederland zijn zowel grote als kleine oplossingen nodig. De missies openen deuren voor nieuwe startups, mkb’ers, consortia van maatschappelijke organisaties en samenwerkingsverbanden met burgers. Het realiseren van deze missies vraagt ook om samenwerking over grenzen van topsectoren en landen heen. De Hogescholen voor Groen Onderwijs: Aeres, HAS, Inholland en Hogeschool Van Hall Larenstein werken samen in het Center of Expertise Groen om met voldoende focus en massa bijdragen te leveren aan maatschappelijke opgaven waarvoor de groene sectoren staan. Deze opgaven zijn vertaald naar meerjarige missies in de Kennis en Innovatie Agenda (KIA) voor het groene domein. Binnen de Missie Landbouw, Water en Voedsel wordt gewerkt aan noodzakelijke transities, die tevens een grote verwevenheid kennen met andere maatschappelijke sectoren. Samen met partners uit het groene domein alsook uit de publieke- en private sectoren, realiseert het CoE Groen een krachtige onderzoeksgroep die op maatschappelijk relevante thema’s nieuwe kennis ontwikkelt die daadwerkelijk van betekenis is. De onderzoeksgroep richt zich de eerstkomende jaren op 7 thema’s: (1) Veerkracht (resilience) van natuurlijke bronnen (2) Herontwerp (redesign) agrifood productiesystemen (3) Vitaliteit in stad en leefomgeving (4) Gezond voedsel met meerwaarde (5) Digitalisering en High tech (6) Nieuwe businessmodellen (7) Governance. Voor de SPRONG naar een krachtige onderzoeksgroep wordt ingezet op het vergroten van zichtbaarheid, het opleiden en verbinden van onderzoekslijnen, (regionale) netwerkontwikkeling, het verbeteren van kwaliteit van onderzoek en het realiseren van maatschappelijke impact.
Als het gaat om het versnellen van innovatie is de blik steeds meer op de regio komen te liggen. Een belangrijke beweegreden is de nabijheid tussen actoren: in een regio spreekt men dezelfde taal, zijn afstanden niet groot en is er onderling vertrouwen. Vaak wordt de regionale afbakening gecombineerd met een thematische insteek vanuit het hedendaagse missie-gedreven innovatiebeleid. Overheden, bedrijfsleven, kennisinstellingen en andere stakeholders werken in regionale ecosystemen samen aan innovatie voor economische en maatschappelijke impact. De regionale insteek leidt tot mooie resultaten zoals in diverse RegioDeal-rapporten te lezen is. Maar het heeft ook een (klassieke) keerzijde: waar lijnen worden getrokken ontstaan automatisch aparte delen. Het risico dat het wiel op meerdere plekken tegelijk wordt uitgevonden en regio's elkaar beconcurreren op o.a. EU-middelen en de acquisitie van bedrijven begint langzaam bewaarheid te worden. Dat helpt natuurlijk niet bij het beantwoorden van grote transitievraagstukken. Verbinding tussen regionale innovatie-ecosystemen is een logischere stap. Een centraal gestelde missie per regio biedt daarvoor een eerste aangrijpingspunt; een regionale aanjaagorganisatie is de meest logische actor om die samenwerking vorm te geven. Connectr (clusterorganisatie) en Ecoss Consulting (expert in vormgeving van samenwerkings- en transitietrajecten) hebben samen die rol in het ecosysteem Arnhem-Nijmegen. Zij zijn gericht op het stimuleren van innovatieve oplossingen voor de energietransitie en hebben de ambitie om binnen die missie synergie te zoeken met andere innovatie-ecosystemen. Om dat doelgericht te kunnen doen -een ecosysteem is immers een veelzijdig fenomeen- is een kader om een gezamenlijk beeld te vormen van het ecosysteem (‘het wat') en handelingskennis om het samenwerkings-potentieel expliciet te maken (‘het hoe’) wenselijk. Het doel van dit KIEM-project is om die wat- en hoe-kennis te ontwikkelen en daarmee een ‘samen sterker scan’ te ontwerpen die ecosysteem-aanjagers helpt om de collectieve kracht tussen regionale innovatie-ecosystemen te ontplooien.