In oktober 2006 werd het onderzoek ‘kosten en moeite, re-integratie van bijstandsmoeders in Maastricht’ afgerond. In dit artikel worden de belangrijkste aanbevelingen aangeboden aan Ahmed Aboutaleb, de staatssecretaris die in het kabinet Balkenende 4 verantwoordelijk is voor WWB, arbeidsmarktbeleid, sociale werkvoorziening en de leer-en werkplicht.
DOCUMENT
Deze quick scan heeft als centrale vraag hoe er in Europese landen wordt omgegaan met arbeidstoeleiding in de aanpak van schulden. De hypothese die onder deze quick scan ligt is dat de aanpak van schulden belemmerd kan worden door het ontbreken van betaald werk (want doorgaans minder inkomsten). In voorliggend document is uitgewerkt wat de quick scan heeft opgeleverd. Door zowel vanuit de arbeidstoeleiding als vanuit de aanpak van schulden te kijken, heeft UWV een breed inzicht verkregen van hetgeen Nederland kan leren uit de manier waarop andere landen omgaan met de samenloop van financiële problemen en werkloosheid. De opbouw van deze quick scan is als volgt. 1 Schets van de samenhang tussen schuldenproblematiek en re-integratie 2 Omvang van de schuldenproblematiek in relatie tot werkloosheid. 3 Kenmerken van Europese stelsels om schulden op te lossen. 4 Hoe wordt re-integratie ingezet in de verschillende landen? 5 Concluderende overweging Bijlage 1 Enquête die is verstuurd om inzichten te verkrijgen. Bijlage 2 Belangrijkste constateringen per land.
DOCUMENT
In Nederland is de verantwoordelijkheid voor ziekteverzuim en reïntegratie sinds het begin van de jaren negentig stap voor stap verschoven van het collectieve domein naar de individuele werkgever en werknemer. Achtereenvolgende wetswijzigingen hadden tot doel het ziekteverzuim en de instroom in arbeidsongeschiktheidsregelingen terug te dringen. De wijzigingen hebben ingrijpende gevolgen voor wat op het gebied van reïntegratie wordt verwacht van de zieke werknemer, de leidinggevende die belast is met de begeleiding en de bedrijfsarts die hen daarbij ondersteunt. Deze studie richt zich op het handelen van deze meest direct betrokkenen in situaties van langer durend (langer dan zes weken) ziekteverzuim in relatie tot het gedrag dat door de wetgever van henwordt verwacht.
DOCUMENT