Land use or land-use changes can trigger or generate hazards and affect the potential consequences of these hazards. Deforestation can trigger land slides, for example, and land reclamation or levee construction can increase flood hazards downstream. New dwellings in or near forests can trigger wildfires, especially if home owners fail to prioritise fire safety measures. In addition, if land is used for industrial activities, new technological hazards, such as the risks resulting from the storage or production of hazardous materials, can be introduced into the environment. Moreover, land-use changes can increase damage potential. Residential developments in hazard-prone areas, such as areas prone to flooding or earthquakes, can negatively affect the number of properties and people exposed to hazards. Consequently, spatial planning activities that are concerned with influencing land use by locating physical structures and activities such as agriculture, recreation or industry within a territory (Couclelis, 2005; Tewdwr-Jones, 2001) can result in new or increased safety risks in a particular area.
MULTIFILE
Hogere kapitaaleisen voor banken zijn geen garantie voor een lager operationeel risico.
In deze Marie Kamphuis-lezing schetst Lia van Doorn de maatschappelijke veranderingen anno 2009. Aan de hand van de studie van Deborah Stone gaat zij in op de complexere werkelijkheid waarmee de hedendaagse professional te maken heeft. Zij behandelt vier veranderingen: coalitievorming, de partijpolitieke inkleuring, risicobeheersing en media-invloed. In zijn coreferaat schetst Lou Jagt in een terugblik op de jaren ¿60 en ¿70 hoe op grond van evaluaties sprake was van een effectiviteitcrisis in de VS als het gaat om social work. Hij focust zich op de situatie in Nederland en vraagt zich af hoe het staat met de body of knowledge van het vaderlandse maatschappelijk werk.
Bodemdaling in gebieden met een slappe bodem (vooral veen-, maar ook kleigebieden) heeft grote economische en maatschappelijke gevolgen. De gebieden, waar slappe bodems voorkomen, zijn in figuur 1 weergegeven. Gemeenten, provincies, waterschappen en Rijkswaterstaat proberen inzicht te verwerven in de gevolgen van bodemdaling om maatregelen hierop te kunnen baseren. Zowel hun kennis, ervaring en data over bodemdaling als die van advies- en ingenieursbureaus zijn versnipperd. Alle partijen voelen de behoefte voor de risicobeheersing van bodemdaling de huidige kennis, ervaring en data aangaande bodemdaling in stedelijke gebieden met slappe bodems te bundelen, te beheren en uit te wisselen. Tevens zijn zij op zoek naar nieuwe, innovatieve oplossingen. Het te subsidiëren project betreft een voorstudie naar een digitale, slimme oplossing om de bundeling, het beheer en de uitwisseling van kennis, ervaring en data op het gebied van bodemdaling in stedelijk gebied met slappe bodems vorm te geven. In dit project wordt beoogd om (i) een eerste inventarisatie van de aanwezige technische kennis, ervaring en data over bodemdaling in stedelijke gebieden uit te voeren en deze (ii) in een voor de boven genoemde partijen eenvoudig toegankelijke, in het kader van het project te ontwikkelen digitale omgeving te plaatsen. De beoogde oplossing in de vorm van een digitale omgeving is bedoeld voor zowel advies- en ingenieursbureaus, als voor gemeentes, provincies, waterschappen en Rijkswaterstaat. Deze digitale omgeving moet de bestaande kennis en ervaring eenvoudig kunnen presenteren en eenvoudige analyses kunnen uitvoeren (bijv. voorspellingen van te verwachten bodemdaling op basis van beschikbare data). Het ontwerp van de digitale omgeving is bedoeld om de werkbaarheid ervan bij de betrokken partijen te testen en een vervolgonderzoek te definiëren. Naast de inzet van de onderzoekers, die uit het project worden gefinancierd, worden studenten ingezet om verschillende deelactiviteiten uit te voeren.