Het risicomanagement van financiële instellingen is een veel besproken onderwerp in de politiek, de wetenschap en onder (internationale) wet- en regelgevers. Operationele risico’s lenen zich niet goed voor traditionele risicomanagement methoden en technieken. Dit komt omdat de verliezen van dit type risico de resultante is van complexe en niet-lineaire interacties tussen mensen, processen, systemen en externe gebeurtenissen (Grinsven, 2009). Ons onderzoek is in de kern gericht op twee variabelen van operationeel risicomanagement: mensen en processen. De aanname in ons onderzoek is dat de kwaliteit van processen wordt beïnvloed door het risicogedrag van mensen. Om hier meer inzicht in te verkrijgen maken wij in ons onderzoek onderscheid naar het toepassen van harde- en zachte beheersmaatregelen. Het doel van ons onderzoek is het verbeteren van operationeel risicomanagement door het inzetten van hard- en softcontrols. Met deze aanpak kunnen financiële instellingen hun operationeel risicomanagement verbeteren en als zodanig de risicovolwassenheid hiervan verhogen.
Compared to macroeconomic factors, the financial situation of the individual may provide better insight into the relationship between debt and crime. However, the relationship between debt and crime is still unclear and little is known about the causality of this relationship and the factors that influence it. To obtain more insight into this relationship, a systematic and scoping literature review was conducted. Five articles were analyzed in the systematic review, and 24 articles in the scoping review. The results of the systematic review show a strong association between debt and crime whereby debt is a risk factor for crime, especially for recidivism and regardless of the type of crime, and crime is a risk factor for debt. The scoping review provided additional and in-depth insight, and placed the results of the systematic review in a broader perspective. Moreover, it emphasized the prevalence of debt among offenders, regardless of age, and identified the factors that influence the relationship between debt and crime.
Geld rolt gaat over de rol van professionals bij financiële bewustwording van jongeren. Docenten, begeleiders en maatschappelijk werkers hoeven geen financieel specialist te worden; wel is belangrijk dat zij een grotere rol gaan spelen bij het voorkomen van schulden bij jongeren. Professionals signaleren vaak als eerste problemen bij jongeren of nemen risicovol gedrag van de jongeren waar. Hoe kunnen zij een grote rol spelen bij preventie? En is dat wel haalbaar? Schulden oplossen is één, maar voorkomen is beter. Geld speelt een belangrijke rol in het leven van jongeren. Ze geven meer uit dan jongeren vroeger. De verleiding om dat te doen is ook groter. Reclamespotjes waarin rood staan en lenen als normaal worden voorgesteld, zijn inmiddels zelf normaal geworden. Van de werkende jongeren heeft tweederde een schuld van gemiddeld maar liefst 1.750 euro. Geld rolt geeft inzicht in de bestaande (internationale) literatuur over financiële bewustwording en schuldpreventie bij jongeren. Daarnaast doet het verslag van recent, grootschalig onderzoek van het lectoraat Participatie en Maatschappelijke Ontwikkeling van Hogeschool Utrecht. Dit onderzoek biedt nieuwe ideeën en werkwijzen voor professionals om jongeren te leren gezond met geld om te gaan, ook als het financieel bewustmaken van de jongeren niet hun hoofdtaak is. In het bijzonder komt de situatie van roc- en hbo-studenten, vmbo-scholieren, jongeren met een verstandelijke beperking en Marokkaans-Nederlandse risicojongeren aan bod. Bij schuldpreventie bestaan immers geen blauwdrukken. Per groep (en daarbinnen per individu) zal moeten worden bekeken welke aanpak zinvol is.
LINK
Vechtsport, met name kickboksen en mixed martial arts, is steeds populairder onder jongeren. Ook zogenaamde risicojongeren vinden steeds vaker de weg naar de vechtsportschool, zowel in reguliere sportscholen als in sociaalpedagogische kickboksprojecten aangeboden door sportbuurtwerk of jeugdwelzijnswerk. Voor veel jongeren die struggelen met zichzelf en hun plek in de samenleving, zijn vechtsportscholen een alternatieve zoektocht naar respect en succes. Vechtsportcoaches worden steeds vaker geconfronteerd met dit type ‘vechtende jongeren’. Zij geven in pilotstudies en focusgroepen aan dat het hen aan kennis en vaardigheden ontbreekt om deze jongeren adequaat te coachen bij hun specifieke (sport-overstijgende) problematiek. In de beroepspraktijk én in de hbo-opleidingen Social Work en Sportpedagogiek is sprake van een hiaat, waardoor (aankomende) jeugdprofessionals die met vechtende jongeren werken onvoldoende pedagogisch onderlegd zijn. Naast deze professionaliseringsvraag weten praktijkprofessionals onvoldoende in hoeverre vechtsport deze jongeren helpt bij een veerkrachtige identiteitsontwikkeling, of het hen beschermt tegen antisociale verleidingen en of het maatschappelijke participatie bevordert. De praktijkvraag is: “Op welke wijze en in welke mate worden ‘vechtende jongeren’ door full contact vechtsportbeoefening meer bewust van hun persoonlijke (talent)ontwikkeling, opdat ze meer veerkracht ontwikkelen die hen beschermt tegen antisociale verleidingen en hun maatschappelijke participatie versterkt?” Doel is de pedagogische bekwaamheid van (aankomende) jeugdprofessionals te versterken die in een vechtsportcontext vanuit sociaalpedagogisch perspectief met kwetsbare jongeren werken. In dit project werken drie hogescholen, een universiteit en vier werkveldpartners samen in drie deelstudies. Door een combinatie van kwalitatief en kwantitatief onderzoek (deelstudie 1 en 2) worden in vier learning labs de werkzame factoren en processen van vechtsport in kaart gebracht. Deze worden vertaald naar een scholingsaanbod voor vechtsportpraktijken die vanuit sociaalpedagogisch perspectief met vechtende jongeren werken (deelstudie 3). Dit aanbod zal tevens de curricula van de hbo-opleidingen Social Work en Sportpedagogiek verrijken. De nieuwe inzichten worden daarnaast toegankelijk gemaakt door drie vakpublicaties en een slotcongres.