Schulden zijn ongezond. Sinds de uitbraak van COVID-19 is het risico op het ontwikkelen van schulden snel groter geworden en daarmee ook de kans dat een patiënt gezondheidsklachten ervaart die hun oorsprong hebben in geldproblemen.
DOCUMENT
Het signaleren en bespreken van en verwijzen bij financiële problemen vraagt om een brug tussen het medische en sociale domein. Voorliggende rapportage is gericht op huisartsenpraktijken en bevat een aantal aansprekende voorbeelden van manieren waarop daaraan invulling kan worden gegeven. De voorbeelden zijn bondig beschreven en hebben met elkaar gemeen dat er een verbinding is gelegd tussen de huisartsenpraktijken enerzijds en de hulp bij schulden anderzijds. Niet alleen in achterstandswijken van de grote steden, maar ook in kleinere plattelandsgemeenten als het Twentse Losser. Dit levert mooie resultaten op. Wat opvalt is dat de aanpak sterk verschilt. In de ene praktijk hebben huisartsen gekozen voor het binnenhalen van een professional op financieel gebied, in andere praktijken is er juist een zorgpad ontwikkeld waardoor de doorverwijzing efficiënter is geworden. De voorbeelden zijn niet alleen divers in geografische spreiding, maar ook in staat van dienst. Sommige initiatieven zijn nog pril, maar veelbelovend. Andere hebben zich echt al neergezet als nieuwe werkwijze. Voorliggende rapportage is opgesteld door het lectoraat Schulden en Incasso van Hogeschool Utrecht en Zorggroep Almere. Zij beogen met deze rapportage huisartsenpraktijken te enthousiasmeren om de samenwerking te zoeken met partijen die hulp bieden bij schulden. De opzet van deze rapportage is als volgt. In het eerste hoofdstuk is kort beschreven waarom het voor huisartsen en patiënten van belang is dat er in de spreekkamer over schulden wordt gesproken. In hoofdstuk 2 worden vervolgens concrete handreikingen gegeven aan praktijken die samenwerking willen zoeken met het sociaal domein. Dat hoofdstuk bevat onder meer achtergrondkennis over de opzet van schuldhulpverlening in Nederland, concrete tips om samenwerking vorm te geven, een toelichting op het interventiepakket dat het lectoraat en Zorggroep Almere voor praktijken in heel Nederland ontwikkelden en op mogelijkheden om nauwere samenwerking te financieren. Hoofdstuk 3 vat de voorbeelden kort samen. De beschrijving van de voorbeelden is gegeven in de hoofdstukken vier tot en met negen.
DOCUMENT
In 2022 is door het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid (SZW) een nieuwe aanpak van geldzorgen, armoede en schulden geformuleerd met als doel om armoede en schulden te halveren. Naast het oplossen van schulden is het ook van belang om beginnende geldzorgen aan te pakken: wat houdt de preventie van armoede en schulden in? Welke typen interventies richten zich op preventie? En wat is effectief bij het aanpakken van geldzorgen? Deze vragen hebben we beantwoord door een instrument te ontwikkelen om interventies eenduidig te beschrijven en in kaart te brengen welke elementen van interventies werkzaam zijn. De rapportage ‘Preventie van geldzorgen, armoede en schulden, verschillende typen interventies in kaart’ is het resultaat van een samenwerking tussen het Lectoraat Schulden en Incasso aan de Hogeschool Utrecht, het Kenniscentrum Psychologie en Economisch Gedrag dat onderdeel is van de Universiteit Leiden en het Lectoraat Armoede Interventies aan de Hogeschool van Amsterdam. Het consortium bracht aan de hand van 30 interventies in kaart waar kansen liggen en ontwikkelde een format om toekomstige interventies te plotten. De resultaten van het project geven handvatten over hoe interventies samenhangend in beeld gebracht kunnen worden. Voor nu zijn een eerste dertigtal interventies systematisch gecategoriseerd en beschreven. Door dit te doen wordt zichtbaar welke doelgroepen er worden bediend, wat er bekend is over de impact van een interventie en welk doelgedrag er gestimuleerd wordt. Het laat ook zien welke hiaten er lijken te zijn. Zo zien we bijvoorbeeld in deze eerste analyse dat veel interventies zich op jongeren richten terwijl andere bevolkingsgroepen minder vertegenwoordigd zijn. Ook richten zich in verhouding veel interventies op het ondersteunen bij aanvragen voor inkomensondersteuning. Een derde opvallende bevinding is dat interventies zich nog vaak richten op het individu, bijvoorbeeld door het aanbieden van een coachingstraject, en minder op aanpassingen in het systeem. Tot slot valt op dat relatief weinig interventies zich richten op het verhogen van inkomens anders dan de ondersteuning bij het aanvragen van bestaande tegemoetkomingen.
DOCUMENT
Onderzoek toont aan dat financiële problemen en gezondheidsklachten sterk met elkaar samenhangen. Samenwerking tussen zorg- en financiële professionals is daarom belangrijk. In dit project werden best practices in kaart gebracht en interventies voor huisartsen en praktijkondersteuners ontwikkeld, zodat patiënten met schulden in een vroeg stadium geholpen kunnen worden. Doel Het interventiepakket draagt eraan bij dat zowel patiënten als artsen geldzorgen in de huisartsenpraktijk kunnen bespreken. De patiënten worden door de poster en animatie gestimuleerd om het te bespreken en de artsen leren door de e-learning hoe ze deze problematiek goed kunnen adresseren en patiënten kunnen doorverwijzen naar schuldhulpverlening. Resultaten Het project heeft de volgende resultaten opgeleverd: Een interventiepakket met materialen die ingezet kunnen worden door de huisartsenpraktijk Een e-learning voor huisartsen De publicatie Samenwerken bij Schulden met inspirerende voorbeelden van samenwerking Het eindrapport Financiën in de spreekkamer Looptijd 01 juni 2018 - 30 november 2020 Aanpak Bij huisartsen en praktijkondersteuners is nagegaan waar behoeften liggen in het bespreekbaar maken van en verwijzen bij schulden. Daarop is een interventiepakket ontwikkeld en getest. De ervaringen in deze testfase zijn gebruikt om de interventie door te ontwikkelen.
Door het ontwikkeling van een instrument dat geldzorgen signaleert, wordt een startpunt gecreëerd voor een gesprek en kan een burger worden doorverwezen of kan hulp bij geldzorgen (op termijn) onderdeel gaan uitmaken van een integraal plan. Ook geeft het de zorgprofessional direct informatie over de mogelijke aanpak van de gezondheidsproblemen. Iemand met grote geldzorgen zal mogelijk extra kosten vermijden en wellicht geen gebruik maken van specialistische zorg waarmee extra kosten zijn gemoeid. De zorgprofessional kan helpen door met de patiënt bespreken wat hij zelf kan doen, hem wegwijs te maken rondom zorgverzekeringen en rekening te houden met de kosten van inhoudelijke adviezen (zoals goedkope gezonde voeding, geen elektrische tandenborstels etc.). Het project heeft ook zijn uitwerking op het onderwijs. De ontwikkelde vragenlijst kan gebruikt worden door de studenten uit het gezondheidsdomein in de HU klinieken en/of (bij Preventieve GezondheidsChecks) in de wijk. Inbedding van de vragenlijst in een interprofessionele context zorgt dat wij bijdragen aan het opleiden van toekomstbestendige T-shaped professionals. Daarnaast zien we dit project als een eerste stap naar een grotere samenwerking. Op termijn zou het instrument kunnen uitgroeien tot screeningsinstrument waar ook andere sociale problemen (huisvesting, eenzaamheid, relatieproblemen, opvoedkundige uitdagingen) in worden opgenomen. Alle kennis die we op doen in dit project/traject willen ook nadrukkelijk gebruiken voor deze vervolgstap. Het beoogde productresultaat is een vragenlijst waarmee zorgprofessionals op een snelle en efficiënte wijze kunnen signaleren of er geldzorgen zijn die de aanpak van de zorgvraag of gezonde leefstijl, danwel de burger belemmeren te participeren in de samenleving. De vragenlijst is intern gevalideerd en er is uitgezocht in welke vorm (app, website, papieren screening) de vragenlijst omgezet kan worden in een screeningsinstrument. De daadwerkelijke omzetting valt buiten de scope van dit project.