Op verzoek van de directie is het imago van Groningen Seaports onderzocht onder: bewoners in de regio, onder bedrijven (klanten) en onder (andere) stakeholders zoals de overheid, Ngo's enz
DOCUMENT
The SynergyS project aims to develop and assess a smart control system for multi-commodity energy systems (SMCES). The consortium, including a broad range of partners from different sectors, believes a SMCES is better able to incorporate new energy sources in the energy system. The partners are Hanze, TU Delft, University of Groningen, TNO, D4, Groningen Seaports, Emerson, Gain Automation Technology, Energy21, and Enshore. The project is supported by a Energy Innovation NL (topsector energie) subsidy by the Ministry of Economic Affairs.Groningen Seaports (Eemshaven, Chemical Park Delfzijl) and Leeuwarden are used as case studies for respectively an industrial and residential cluster. Using a market-based approach new local energy markets have been developed complementing the existing national wholesale markets. Agents exchange energy using optimized bidding strategies, resulting in better utilization of the assets in their portfolio. Using a combination of digital twins and physical assets from two field labs (ENTRANCE, The Green Village) performance of the SMCES is assessed. In this talk the smart multi-commodity energy system is presented, as well as some first results of the assessment. Finally an outlook is given how the market-based approach can benefit the development of energy hubs.
LINK
The authors demonstrate how simulation games can be used to test and explore initial infrastructure designs before they are implemented. Games can provide important learning experiences for (future) designers and managers. The case study of a computer-supported simulation game, SIM Maasvlakte 2 (SIM MV2), uses a game whose object is to design and allocate land for the Maasvlakte 2 port area, to be built between 2006 and 2036 in the Port of Rotterdam, the Netherlands. The evaluation aimed at improving the game, examining the system complexity of the seaport, and establishing corresponding learning effects among the participants.
DOCUMENT
Het project ontwerpt de waterstofhub; het collectieve markt- en distributiesysteem voor lokale industriële clusters, waarmee de industrieën in Delfzijl tot de noodzakelijke investeringsbeslissingen kunnen komen om gezamenlijk daadwerkelijk de transitie naar waterstof kunnen maken. In de hub worden op portfoliobasis vraag en aanbod gematched en wordt de levering en afname integraal, technisch operationeel, marktconform en commercieel geregeld. Alle partijen (zowel de producent als de afnemer) kunnen hiervoor op de hub contracten op maat afsluiten en transacties realiseren. Het project ontwerpt een digitaal handelsplatform om deze matching te kunnen operationaliseren, inclusief de organisatorische, contractuele, wettelijke kaders om dit mogelijk te maken.Het project realiseert een werkend proof-of-concept handelsplatform op ‘Madurodamschaal’, in het fysieke waterstofnetwerk van ENTRANCE (WING), gebaseerd op de vraag- en aanbodgegevens en de commerciële en markttechnische condities van de industriële partijen uit Delfzijl.Het project wordt uitgevoerd door een consortium van meer dan 20 industriële partijen, Baringa, SINZ, Kikkers Advies, NET-ZERO-NL, ENTRANCE, Groningen Seaports, gesteund door de Provincie Groningen, Chemport Europe en HyNorth, en wordt mede gefinancierd door middel van een subsidieaanvraag bij het Nationaal Programma Groningen (NPG).
Groningen Seaports heeft het lectoraat gevraagd om desktop-onderzoek te doen met als doel wensen en ideeën voor het behoud en verbeteren van de lokale leefbaarheid in kaart te brengen, zodat Groningen Seaports een overzicht krijgt van welke informatie er bestaat en ontbreekt en aan welke concrete leefbaarheidsmaatregelen kan worden bijgedragen. De focus hierbij is op de volgende dorpen en buurtschappen:• Omgeving Eemshaven: Oudeschip, Oosteinde, Roodeschool, Spijk, Bierum, Nooitgedacht,Polen, Koningsoord, Vierhuizen Uithuizen en Uithuizermeeden• Omgeving haven Delfzijl: Delfzijl, Meedhuizen, Woldendorp, Termunterzijl, Wagenborgen,Tjuchem, Farmsum, Borgsweer en Termunten en WeiwerdBeschikbare bronnen waren: dorpsvisies, algemeen regionale en provinciale visies en beleidsstukken. In algemene zin bleek dat vanuit veel dorpen behoefte was aan extra inzet op behoud van voorzieningen, w.o. ov, een (goed onderhouden) ontmoetingsplaats zoals een dorpshuis en woningen, vooral voor starters en ouderen.Groningen Seaports heeft het lectoraat gevraagd om desktop-onderzoek te doen met als doel wensen en ideeën voor het behoud en verbeteren van de lokale leefbaarheid in kaart te brengen, zodat Groningen Seaports een overzicht krijgt van welke informatie er bestaat en ontbreekt en aan welke concrete leefbaarheidsmaatregelen kan worden bijgedragen. De focus hierbij is op de volgende dorpen en buurtschappen:• Omgeving Eemshaven: Oudeschip, Oosteinde, Roodeschool, Spijk, Bierum, Nooitgedacht,Polen, Koningsoord, Vierhuizen Uithuizen en Uithuizermeeden• Omgeving haven Delfzijl: Delfzijl, Meedhuizen, Woldendorp, Termunterzijl, Wagenborgen,Tjuchem, Farmsum, Borgsweer en Termunten en Weiwerd
De huidige dronetechnologie beperkt zich tot het in lucht brengen van sensoren: ‘ogen en neuzen in de lucht’, ofwel tele-detectie. Partijen in de domeinen: energie (Groningen Seaports, Field Lab Zephyros, AmperaPark), landbouw (Drone4Agro, WUR) en veiligheid (Brandweer Twente, DronExperts) zijn nieuwsgierig naar de volgende doorbaak: ‘handen in de lucht’ ofwel tele-interactie. De UT, Saxion en NHL-Stenden onderschrijven deze ambitieuze doelstelling en gaan onderzoeken of het daadwerkelijk mogelijk is en tot welke ongekende mogelijkheden die nieuwe drone-technologie zal leiden. Het onderzoek richt zich zowel op de vraag of het mogelijk is een prototype van een modulaire en autonome luchtmanipulator (drone + robot-arm) te ontwikkelen die fysiek kan interacteren met een realistische buitenomgeving, als op de vraag welke mogelijkheden dat creëert. In essentie fungeert de luchtmanipulator als ‘armen en handen in de lucht’, die kunnen worden gebruikt voor zowel actieve interactie (onderhoud van offshore windmolen) als passieve interactie (selectieve behandeling van planten en brandbestrijding). In dit project wordt de eerste praktisch toepasbare luchtmanipulator ter wereld ontwikkeld. De consortiumpartners denken dat de doelstellingen zeer ambitieus zijn, maar dat deze door de ervaring van de betrokken partners wel haalbaar zijn. De modulaire luchtmanipulator bestaat uit vier fundamentele bouwstenen: - missie-specifieke interactie-module(s), - intelligente oppervlakteverkenning, - adaptieve interactie control algoritme(s), - geavanceerde on-board perceptie en beslissingsmodule(s). Om onderzoek te doen naar deze bouwstenen zal de “design based research” methodologie worden gebruikt, waardoor meerder iteraties leiden tot nieuwe inzichten en kennis. In dit project zijn de vragen en eisen van de stakeholders het uitgangspunt. Met dit project verrijken Saxion en NHL-Stenden hun kennis op het gebied van autonome systemen, modulaire robotica, manipulatie van de lucht en het gebruik ervan in realistische omgevingen. De project resultaten geven Nederland een voorsprong op nieuwe spin-offs voor inspectie-robotica, agro-robotics en veiligheidssystemen. Bovendien versterkt het project de onderwijsprogramma's door middel van state-of-the-art cases en studentenprojecten.