Paleis Soestdijk, het decor waartegen zich tussen 1937 en 2004 vrijwel jaarlijks het defile op Koninginnedag zich jaarlijks aftekende. Wite de Savornin Lohman, sinds medio 2006 hoofd Algemene Zaken van de Stichting Openstelling Paleis Soestdijk, vertelt over zijn bijzondere functie als eindverantwoordelijke voor deze bijzondere lokatie.
Vanaf het Noorderzon festival waait de wind van basisinkomen door de Groningse straten. Aangewakkerd door een groep enthousiaste jonge ondernemers heeft het ook in het stadhuis stof doen opwaaien. Met een basisinkomen krijgt iedereen voldoende middelen van bestaan. Een aangename gedachte nu er meer mensen werkloos zijn dan er banen zijn. Met een basisinkomen kan degene met een baan besluiten ermee te stoppen, wat weer mogelijkheden biedt voor degene die een baan zoekt om zijn inkomen aan te vullen. Op voorhand een leuk idee, inkomensgarantie door de overheid, maar ook een slecht idee. Beter is als de overheid zorgt voor werkzekerheid.
Speelnatuur wordt op steeds meer plekken in Nederland aangelegd: in woonwijken, natuurgebieden, bij kinderdagverblijven en op schoolpleinen. De manier waarop deze plekken tot stand komen, verschilt sterk per locatie. De opmars van speelnatuur lijkt voorlopig niet tot een einde te komen. Veel schoolpleinen zijn helemaal betegeld, dus er kan veel meer speelnatuur worden ontwikkeld. Ook de kwaliteit van bestaande speelnatuur kan beter. Vooral het beheer is een aandachtspunt.
MULTIFILE
Meer dan 350.000 mensen in Nederland hebben problemen met hun gezichtsvermogen. Minimaal 20% hiervan is geheel blind. Door de vergrijzing zal het percentage visueel gehandicapten komende decennia met zo’n 2% per jaar blijven stijgen. Het overgrote deel van deze groep maakt gebruik van een blindengeleidestok. Blindengeleidestokken zijn er in veel varianten. Ze kunnen als herkenningsteken gebruikt worden en als taststok om een veilige weg te vinden. Blindengeleidestokken zijn relatief lang (120-155 cm), normaliter tot het borstbeen. Op deze wijze kunnen visueel gehandicapten op de tast en met de echo van het tikken met de stok een redelijke loopsnelheid ontwikkelen. De lange stokken zijn soms onhandig, bijvoorbeeld binnenshuis. Daarom zijn er ook deelbare taststokken die in twee tot vijf delen uiteengenomen kunnen worden. Zo zijn ze minder hinderlijk als ze niet gebruikt worden. Er kleven echter nadelen aan deelbare stokken. Het grootste probleem is speling op de deelstukken die ervoor zorgt dat de deelbare stokken als taststok niet goed functioneren. Daarnaast zijn er tegenwoordig ook veel stokken met elektronische sensoren die minder bewogen hoeven te worden. De acceptatie van deze laatste categorie is echter laag omdat de feedback via geluid of trillingen de primaire functionaliteit van de stok juist verstoort. Mogelijk heeft de verminderde acceptatie ook wel met de leeftijd van veel slechtzienden te maken. Er is in de wereld van blinden en slechtzienden behoefte aan een eenvoudige maar goede deelbare taststok die geschikt is voor ernstiger visueel gehandicapten. Het probleem is dat deze stok niet blijkt te bestaan. Dit gegeven heeft ook te maken met de complexiteit en de toelaatbare prijs van een goede taststok. In dit Kiemvoorstel gaan een drietal bedrijven samen met de Hogeschool Utrecht op zoek naar de Taststok 2.0; een ‘simpele’ stok die deelbaarheid combineert met functionaliteit