De combinatie van een immens zware tocht met de sociaal-culturele betekenis maakt de Ronde van Vlaanderen tot een bijzondere klassieker.
LINK
Binnenkort neemt Thijs Kemmeren afscheid van de Fontys Economische Hogeschool Tilburg. Om precies te zijn: op donderdag 5 maart as. Thijs was vanaf 1998 docent bij SPECO en de Johan Cruyff University. Hij had een grote betrokkenheid bij de BVVS. Jarenlang was hij bestuurslid en hoofdredacteur van het magazine BVVS-Netwerk. Jan de Leeuw kijkt met Thijs in twee afleveringen terug op zijn werk voor SPECO, Johan Cruyff University en de BVVS. Twee weken gelden verscheen deel 1, vandaag deel 2.
DOCUMENT
Voor velen is sport de 'belangrijkste bijzaak ter wereld'. Maar wat is sport nu eigenlijk? De sportwereld voor het hbo biedt in vijf delen een systematische introductie in de sportwereld. Het begint met een inleidend hoofdstuk over het wezen van de sport. Daarna volgen twee hoofdstukken over de geschiedenis van de moderne sport en over de Olympische Spelen. Deel 3 gaat over ethiek en sportbeoefening. Deel 4 besteedt aandacht aan sport en samenleving. Het laatste deel behandelt sport, organisatie en beleid. Elk hoofdstuk sluit af met opdrachten en debatstellingen. Over de gehele methode verspreid zijn diverse sportcases opgenomen uit de sportpraktijk. Speciaal met het oog op zelfstandig studeren is een uitgebreide index toegevoegd. Het boek wordt ondersteund door de website www.sportwereldhbo.nl, waarop onder meer een sportquiz, een oefentoets en nieuws over de sportwereld te vinden zijn. Jan de Leeuw is docent bij de opleidingen SPECO en de Johan Cruyff University van Fontys Economische Hogeschool Tilburg. Eerder schreef hij Sportbusiness en ethiek en Bedrijfsethiek voor HBO. In 2008 won hij de Fontys Kennisprijs. Hij is secretaris van de Businessclub Vrienden Van SPECO (BVVS).
DOCUMENT
De sportwereld voor het hbo biedt een systematische introductie in de sportwereld. De methode bevat studiemateriaal voor sportgerelateerde hbo-opleidingen. Te denken valt aan opleidingen voor bewegingsonderwijs, sport- en beweegmanagement, sportmarketing, sportbeleid, sportcommunicatie, sportjournalistiek en sporteventmanagement. Het boek bestaat uit vijf delen. Het begint met een inleidend hoofdstuk over het wezen van de sport. Daarna volgen in deel 2 twee historische hoofdstukken: over de geschiedenis van de moderne sport en over de Olympische Spelen. Het derde deel (hoofdstuk 4) gaat over ethiek en sportbeoefening. Deel 4 besteedt ruime aandacht aan sport en samenleving: sportdeelname (h.5); sociale functies van sport (h.6); sport, economie, commercie en media (h.7); bewegen, gezondheid en bewegingsonderwijs (h.8). Het boek wordt afgerond met twee hoofdstukken over sport, organisatie en beleid: de infrastructuur van de Nederlandse sportwereld (h.9) en het sportbeleid (h.10). Elk hoofdstuk sluit af met een verwerkingsparagraaf met cases, opdrachten en debatstellingen. Over de gehele methode verspreid zijn diverse cases opgenomen uit de sportwereld. Speciaal met het oog op zelfstandig studeren is een uitgebreide index toegevoegd. Ook kan een notenapparaat worden geraadpleegd. De papieren uitgave wordt ondersteund door het twitteraccount @sportwereldhbo en de website www.sportwereldhbo.nl. Deze site bevat onder meer een sportquiz en een oefentoets. Medewerking: • Herman Ram en Olivier de Hon (Dopingautoriteit); • Jurryt van de Vooren (sportgeschiedenis.nl, Andere Tijden Sport en Olympisch Stadion Amsterdam); • Sanne Cobussen en Inger Quanjel (HAN, Instituut voor Sport- en Bewegingsstudies); • René Daniëls en Marijke Slotboom (Fontys Sporthogeschool Sittard en Eindhoven); • Henk Hille (Hogeschool van Amsterdam, opleiding SMO); • Jacinta Kannekens (TDL); • Bonne Posma (Saxion Hogescholen Deventer, Randstad Topsport Academie Deventer); • Herman Verveld (Hogeschool Windesheim, School of Human Movement & Sports, CALO Zwolle); • Hans Slender (Hanzehogeschool Groningen, Instituut voor Sportstudies) • Marion de Cocq, Mark van den Heuvel, Thijs Kemmeren, Martijn Musters, Marije van ’t Verlaat en Edwin Wagtmans (allen Fontys SPECO en Johan Cruyff University in Tilburg).
DOCUMENT
Vaak wordt sport gepositioneerd als ‘de belangrijkste bijzaak in het leven’. De vraag is echter of sport feitelijk voor veel mensen niet veel méér is. Sport is in onze samenleving een heel belangrijke bron van zingeving. Christenen, maar ook moslims en joden, zoeken zingeving vooral in iets dat de mens overstijgt. Maar zingeving kan ook een werelds karakter hebben. Mensen kunnen de betekenis en de waarde van hun leven ook ontlenen aan aardse zaken. Dan blijkt dat voor velen sport het leven zin geeft, omdat via sport belangrijke menselijke waarden gerealiseerd kunnen worden: gezondheid, presteren, genot, samenwerking en gezelligheid. In het verleden werd godsdienst een samenbindende kwaliteit en functie toegedicht in de samenleving. De grote socioloog Émile Durkheim wees erop dat mensen een wezenlijke behoefte hebben om 'deel uit te maken van een groter samenlevingsverband'. Godsdienst heeft in de geschiedenis altijd een belangrijke rol gespeeld in het bevredigen van deze behoefte, aldus Durkheim. De vraag is of sport deze rol (deels) heeft overgenomen. Volgens Ruud Stokvis draagt sport bij aan morele vorming, sociale binding én zingeving. Ook de wereld van de sportmarketing maakt gebruik van het feit dat sport een belangrijke bron voor zingeving is
LINK
Vaak wordt sport gepositioneerd als ‘de belangrijkste bijzaak in het leven’. De vraag is echter of sport feitelijk voor veel mensen niet veel méér is. Sport is in onze samenleving een heel belangrijke bron van zingeving. Christenen, maar ook moslims en joden, zoeken zingeving vooral in iets dat de mens overstijgt. Maar zingeving kan ook een werelds karakter hebben. Mensen kunnen de betekenis en de waarde van hun leven ook ontlenen aan aardse zaken. Dan blijkt dat voor velen sport het leven zin geeft, omdat via sport belangrijke menselijke waarden gerealiseerd kunnen worden: gezondheid, presteren, genot, samenwerking en gezelligheid. In het verleden werd godsdienst een samenbindende kwaliteit en functie toegedicht in de samenleving. De grote socioloog Émile Durkheim wees erop dat mensen een wezenlijke behoefte hebben om 'deel uit te maken van een groter samenlevingsverband'. Godsdienst heeft in de geschiedenis altijd een belangrijke rol gespeeld in het bevredigen van deze behoefte, aldus Durkheim. De vraag is of sport deze rol (deels) heeft overgenomen. Volgens Ruud Stokvis draagt sport bij aan morele vorming, sociale binding én zingeving. Ook de wereld van de sportmarketing maakt gebruik van het feit dat sport een belangrijke bron voor zingeving is
DOCUMENT
Een van die nieuwe ontwikkelingen van de Sport- en Beweegsector naar aanleiding van de veranderende maatschappij om ons heen is de start van de Master of Sports. Het is een feit dat de docent LO zijn grenzen namelijk steeds meer buiten de gymzaal verlegd. Voorbeelden hiervan zijn het functioneren als combinatie functionaris of leefstijladviseur, het organiseren van naschoolse sport en het participeren in stimulerings- en beweegprogramma's. Deze verbreding van het vak vereist professionalisering van het beroep. Onder professionalisering wordt onder andere verstaan het kunnen onderbouwen van keuzes. Bijvoorbeeld: wáárom wordt een bepaald beweegprogramma aangeboden, wanneer bepaal je of een programma effectief is en kun je dit meten? Kortom: wat is de maatschappelijke fundering van ons handelen? Het gaat verder dan 'gewoon doen wat je altijd doet en maar hopen dat het werkt'. Mogelijke antwoorden op deze vragen worden aangereikt tijdens de Master of Sports. Meer inhoudelijke en praktische informatie over de opleiding, evenals reacties van docenten en studenten kunt u terugvinden in dit themanummer 'Master of Sports. Professionalisering van de sport- en beweegsector'.
DOCUMENT
Het boekje Kracht van Sport in de Wijk betreft een leesbare weergave van de lezingen die in het voorjaar van 2017 verzorgd zijn over dit thema door externe deskundigen. De onderwerpen van de lezingen zijn samen met vertegenwoordigers uit zowel zorg en welzijn als de sport gekozen. Het betreft de doelgroepen: 1) mensen met een beperking 2) kwetsbare jongeren 3) migranten en vluchtelingen 4) mensen met psychische problemen 5) senioren en ouderen.
DOCUMENT
Wat is de kracht van sport?’ Dat was de uitdagende, prikkelende vraag die wij aan 25 studenten hebben voorgelegd. Het beantwoorden van deze vraag bleek een complexe en soms frustrerende exercitie. Tijdens de zoektocht naar het antwoord moest steeds de balans tussen breedte en diepte van de vraag in de gaten gehouden worden. Daarnaast bleken de studenten soms onzeker over wat zij, als ‘slechts’ studenten, konden bijdragen aan het beantwoorden van deze moeilijke vraag waar vele wetenschappers zich op stuk hebben gebeten. Naar onze mening is de bijdrage van deze studenten heel groot. Zij hebben een compleet en actueel beeld gegeven van hun perceptie over de kracht van sport.
DOCUMENT