Deze openbare les is uitgesproken door dr. Ellen Gerrits ter gelegenheid van haar installatie als lector Logopedie aan Hogeschool Utrecht. Dit lectoraat is ontstaan vanuit een samenwerking tussen de Faculteit Gezondheidszorg van Hogeschool Utrecht, de opleiding Logopediewetenschap van de Universiteit Utrecht en de Koninklijke Auris Groep, een instelling voor begeleiding, zorg en onderwijs voor kinderen met een communicatieve en/of auditieve beperking. Het lectoraat Logopedie heeft als missie om de transparantie van de logopedische zorg te vergroten en kennis te ontwikkelen en te verspreiden over de effectiviteit van logopedische interventie. Hierbij ligt de focus op preventie en care bij kindertaalstoornissen. Het lectoraat wil dit bereiken met praktijkgericht, toegepast onderzoek. Het lectoraat is uniek in Nederland omdat het zich specifiek richt op het vakgebied Logopedie. Het heeft daarom ook als missie om in brede zin bij te dragen aan de onderbouwing en profilering van het beroep logopedie, en aan de professionalisering en academisering van de logopedist.
DOCUMENT
De meeste lesboeken laten leerlingen oefenen door nieuw geleerde taalelementen te laten toepassen in geleide of gesloten spreekopdrachten. De vraag is of leerlingen daarmee voldoende leren om zich staande te kunnen houden in spontane, onvoorspelbare spreeksituaties. In haar promotieonderzoek onderzocht Eline van Batenburg het effect van gespreksvaardigheidslessen Engels die zich richtten op het aanleren en toepassen van interactiestrategieën in open spreekopdrachten. Annika Groeneveld, docente Frans, probeerde deze oefeningen tijdens haar lessen uit. Zij zag het enthousiasme en zelfvertrouwen van haar leerlingen flink groeien.
LINK
Leerlingen oefenen met de sociale rollen en praktijken die essentieel zijn voor hun (toekomstig) beroep door een spreektaak uit te voeren die past bij het beroepsprofiel waarvoor zij worden voorbereid of opgeleid in het (v)mbo.
LINK
In dit artikel, verschenen in Tijdschrift voor lerarenopleiders, 42(3), 33-43, wordt voorgesteld om persoonsvorming te benaderen als de vorming van ‘het zelf’ en daarbij twee strategieën uit de filosofische discussie rond het zelf te gebruiken. Eerst wordt besproken wat dit zelf minimaal is onder de noemers ‘subjectief’, ‘continu’ en ‘handelend’. Vervolgens worden verschillende perspectieven op het zelf die in het basisonderwijs een rol spelen besproken onder de noemers ‘persoonlijkheid’, ‘identiteit’ en ‘karakter’. Op deze manier ontstaat een manier van spreken over het zelf, die zowel theoretisch robuust, als in de praktijk herkenbaar is. Door het subject centraal te stellen in het spreken over persoonsvorming, wordt benadrukt dat we in het onderwijs altijd te maken hebben met personen die een eigen unieke ervaring van de werkelijkheid hebben, op basis van hun persoonlijke geschiedenis en eigenschappen. Door het zelf vanuit verschillende perspectieven te benaderen, wordt benadrukt dat persoonsvorming niet eenvoudig in een vakgebied of kerndoel is onder te brengen maar op allerlei momenten tijdens een onderwijsdag aan de orde is.
DOCUMENT
Juist in tijden waarin we allemaal dag in dag uit achter een schermpje zitten, is een gemeenschapsgevoel belangrijk. Marca Wolfensberger, lector aan de Hanzehogeschool en honourscoördinator van de faculteit Geowetenschappen en UU-bachelorstudent Marte Vroom doen onderzoek naar communityvorming in het hoger onderwijs in coronatijd. Zij raden aan studenten meer te betrekken bij hun eigen onderwijs en komen met vier tips.
MULTIFILE
Het spreken van personen die broddelen of spreekproblemen ervaren ten gevolge van leermoeilijkheden vertonen overeenkomsten en verschillen die een indruk kunnen geven over de onderliggende linguistische processen
DOCUMENT