Het sociale werkveld in Nederland is in beweging, vooral vanwege grootschalige decentralisaties van de rijksoverheid naar gemeenten. De Wet maatschappelijke ondersteuning is onderdeel van die decentralisaties en om professionals goed toe te rusten voor de veranderingen zijn Wmo werkplaatsen opgericht. Sinds eind 2012 is ook in Rotterdam een Wmo werkplaats actief, geleid door lectoren van de Hogeschool Rotterdam en Hogeschool Inholland. Vanuit deze Wmo werkplaats zijn er zeven beloftevolle praktijken onderzocht en samen met de betrokkenen is gesproken over het verder ontwikkelen ervan. Eén van deze beloftevolle praktijken is de outreachende aanpak vanuit Maatschappelijke Dienstverlening Alexander (MDA). In dit onderzoek is gekeken hoe en in welke mate dragen de outreachende aanpak van MDA bijdraagt aan het zelfredzaam worden van de burger. Hiertoe is een literatuuronderzoek uitgevoerd en zijn er interviews afgenomen met professionals en cliënten van MDA. Verder zijn er naar aanleiding van dit onderzoek lessen uit getrokken voor (de opleiding van nieuwe) professionals, beleidsmakers en bestuurders. Aan de onderzoekspublicatie is een casus toegevoegd, waarbij leervragen zijn geformuleerd.
DOCUMENT
Maatjesprojecten zijn er in alle soorten en maten. Volgens de geinterviewde ama's verruimen deze projecten hun leefwereld door contacten en activiteiten buiten het opvangcentrum. De rol van hun maatje is hen niet altijd duidelijk. Weten wat ze van een maatje en het contact kunnen verwachten wordt belemmerd door de taalbarriere, maar ook door onbekendheid met de mores en gewoontes van professionele en vrijwillige begeleiders in Nederland. Vanuit het perspectief van de jongeren is niet de rol of kwaliteiten van het maatje doorslaggevend, maar de daadwerkelijke betrokkenheid bij hun situatie. Zowel leeftijdgenoten kunnen als maatje van betekenins zijn, maar ook volwassenen - professionals en vrijwilligers - die aandacht geven, hen stimuleren en ondersteunen.
DOCUMENT
‘Gezinnen: Present!’ is de naam van het onderzoeks- en ontwikkelproject waarin Stichting Present en het Centrum voor Samenlevingsvraagstukken samenwerkten aan de ontwikkeling van een nieuwe methodiek voor family volunteering. Deze rapportage laat de opbrengst zien van anderhalf jaar samenwerken. Present heeft een subsidie gekregen van ZonMw om een aanpak te ontwikkelen speciaal voor gezinnen die zich vrijwillig in willen zetten. In 8 lokale Present-stichtingen (Amersfoort, Dordrecht, Ede, Houten, Gouda, Utrecht, Almere en Zwolle) werd in het onderzoeks- en ontwikkel-project ‘Gezinnen: Present!’ deze aanpak in de praktijk uitgeprobeerd, onderzocht en ontwikkeld. Het project vond plaats in de periode januari 2011 tot en met juni 2012. In deze periode begeleidden de Presentcoördinatoren uit de genoemde plaatsen in totaal 68 gezinnen die zich vrijwillig inzetten voor een ander. Het Centrum voor Samenlevingsvraagstukken ondersteunde het ontwikkel-proces en voerde het onderzoek uit rond de 68 gezinspro-jecten die plaatsvonden.
DOCUMENT
Het doel van het verkennende onderzoek is om inzicht te krijgen in de huidige didactische inzet van de mobiele technologie door leerkrachten op de scholen en welke ondersteuningsbehoefte leerkrachten ervaren. Op basis van deze verkenning kunnen geïnformeerde beslissingen genomen worden ten aanzien van het ontwerpen, uitvoeren en evalueren van de innovatieve didactische inzet van mobiele technologie op de scholen. Belangrijke vragen hierbij waren: hoe zetten leerkrachten de mobiele technologie in voor leren en lesgeven, wat zijn de doelstellingen die de school daarmee wil bereiken, wat zijn belemmerende en stimulerende factoren en welke ondersteuningsbehoefte hebben leerkrachten? In het onderzoek is gebruik gemaakt van het pedagogisch-didactisch model iPAC om te beschrijven hoe mobiel leren wordt ingezet voor gepersonaliseerd leren, samenwerkend leren en authentieke leertaken. Met een vertaalde iPAC-vragenlijst voor leerkrachten is de huidige situatie in kaart gebracht. De resultaten hiervan zijn besproken in focusgroepen met leerkrachten, maar er is ook gesproken met leerlingen in focusgroepen en met leidinggevenden.
DOCUMENT
De Stichting EYOF Utrecht 2013 en Official Partner Achmea hebben besloten om rondom het European Youth Olympic Festival 2013 onderzoek te laten uitvoeren rond de thema’s: maatschappelijke betekenis; economische betekenis/beleving evenement; het organisatieproces met betrekking tot maatschappelijke betekenis. Het onderzoek naar de maatschappelijke betekenis is uitgevoerd door de Hogeschool Utrecht (Kenniscentrum Sociale Innovatie). De economische betekenis en de beleving van het evenement is door het Mulier Instituut in kaart gebracht (in nauwe samenwerking met de Werkgroep Evaluatie Sportevenementen, WESP). Het onderzoek naar de organisatie van het evenement met betrekking tot de maatschappelijke betekenis is uitgevoerd door de Universiteit Utrecht (USBO). Het onderzoek werd gecoördineerd door het Mulier Instituut. Over de drie onderzoeken is separaat gepubliceerd in drie deelrapporten. In deze overall rapportage brengen we de uitkomsten uit de drie deelonderzoeken bijeen en formuleren we de belangrijkste conclusies en aanbevelingen. De reactie op de onderzoeken vanuit het bestuur van de Stichting EYOF Utrecht 2013 is als bijlage in het rapport opgenomen
DOCUMENT
Een enthousiast publiek van ondernemers, sprekers en kritische vrienden kwam tijdens de MKB Ondernemersavond samen om kennis te maken met de Kritische Vriend Methode. Wat is de meerwaarde van kritische vrienden? Hoe helpt het ondernemers vooruit in hun business? En hoe zijn de eerste bevindingen met de kritische vrienden? We blikken samen met ondernemers, sprekers en kritische vrienden terug op deze veelbelovende avond...
DOCUMENT
Monitoronderzoek naar de meerwaarde van Ontmoetingnetwerken voor cliënten van stichting Ontmoeting in Rotterdam
DOCUMENT
Stichting Spaarnesant spreekt de ambitie uit dat de scholen binnen de stichting met elkaar zijn verbonden door gezamenlijke kwaliteitsborging, het benutten van elkaars expertise en gezamenlijke innovatie (www.spaarnesant.nl). Het lectoraat De Pedagogische Opdracht heeft in haar onderzoeksagenda uitgewerkt op welke wijze het onderzoekend vermogen in de scholen kan worden versterkt en ingezet om deze ambitie te verwezenlijken (Enthoven, 2020). Stichting Spaarnesant en het lectoraat De Pedagogische Opdracht hebben gezamenlijk de intentie uitgesproken om een samenwerking hiertoe op te zetten. Het eerste thema dat in deze samenwerking centraal staat is het thema kansenongelijkheid. Stichting Spaarnesant en het lectoraat De Pedagogische Opdracht zullen samen optrekken om op onderzoekende wijze te komen tot gezamenlijke kwaliteitsborging, het benutten van elkaars expertise en gezamenlijk innovatie op het gebied van het bevorderen van de kansengelijkheid van de leerlingen binnen Spaarnesant. De eerste stappen in dit proces en de daaruit volgende plannen voor de nabije toekomst worden in het hier gepresenteerde tussenrapport beschreven.
DOCUMENT
In 2011 ging Stichting Welzijn Amersfoort1 (SWA) van start met NaHNu, een project dat zich specifiek richt op mensen met niet-aangeboren hersenletsel (NaH). Dit idee kwam tot stand vanuit een gezamenlijk initiatief van Stichting Boogh2, Paraplu Utrecht3 en Stichting Welzijn Amersfoort (SWA). Zij constateerden een gebrek aan aansluiting in de wijk voor met name mensen die een licht opgelopen letsel hebben. Een groeiend aantal mensen komt niet meer in aanmerking voor een indicatie voor dagbesteding en/of vervoer en zij zoeken tevergeefs naar mogelijkheden om te participeren. Daarnaast blijken bestaande voorzieningen sterk categoraal georganiseerd waardoor deelnemers zich soms niet kunnen identificeren met cliënten die – naast ander letsel- ook ernstige lichamelijke beperkingen hebben. Dit leidde tot de start van NaHNu binnen het welzijnswerk, waar gebruik wordt gemaakt van de methode WeP (Wijk en Psychiatrie). Deze methode is aanvankelijk ontwikkeld voor mensen met psychiatrische en/of psychische problemen en heeft als doel de maatschappelijke aansluiting en participatie van burgers te bevorderen door onder meer integratie in de wijk. NaNHu richt zich specifiek op waar iemand nu, op dit moment, behoefte aan heeft (uit: ‘Beschrijving NaHNu, SWA’). In drie wijken van Amersfoort vinden activiteiten plaats voor deze doelgroep. Deze activiteiten zijn gericht op ontmoeting, contact en gezelschap. In 2011 is Stichting Boogh nauw betrokken geweest bij de uitvoering van de activiteiten door activiteitenbegeleiders in te zetten. In 2012 zijn zij vooral betrokken bij NaHNu bij de toeleiding van mensen met NaH naar NaHNu en in het meedenken over NaHNu op de achtergrond. In het kader van de Wmo werkplaats Utrecht, vindt onderzoek plaats naar de methode WeP in de periode juni 2010 – november 2012. Hieronder valt ook het deelproject NaHNu, waarbij specifiek gezocht wordt naar overeenkomsten en verschillen in de gewenste aanpak in de vertaalslag naar de nieuwe doelgroep. Deze rapportage is tot stand gekomen dankzij de medewerking van medewerkers van SWA en Stichting Boogh en de gastvrije ontvangst van de studentonderzoekers door de deelnemers zelf.
DOCUMENT