Deze handreiking ‘Triage, Advance Care Planning en symptomatische behandeling bij een ernstig verloop van corona binnen de GGZ-instelling of thuis’ hoort bij de Richtlijn GGZ en corona. Bji het maken van de afweging om een patiënt wel/niet in het ziekenhuis te laten opnemen, dan wel of de patiënt wel/niet naar IC kan gaan gelden deze overwegingen: zie bestand.
DOCUMENT
Ambulantisering is in de eerste plaats een bezuinigingsmaatregel ingezet als onderdeel van de transitie van de AWBZ naar de WMO. In dit artikel wordt, aan de hand van het verhaal van een cliënt in een beschermende woonvorm, beschreven welke kansen ambulantisering biedt in een tijd waarin in de psychiatrie een paradigmashift gaande is. De focus van ziekte en symptoombestrijding wordtverlegd naar rehabilitatie en herstel. Het focussen op ontwikkeling en mogelijkheden vraagt het nodige lef van de cliënt, en van de professionals die hem begeleiden.
DOCUMENT
Full text via link. Wat zijn wetenschappelijk gezien de beste manieren om armoede te bestrijden? Jurriaan Omlo dook in de literatuur en zette zijn bevindingen op een rijtje. Empowerment, het vergroten van het sociaal kapitaal van mensen, biedt perspectief.
LINK
In dit artikel, eerder in langere versie verschenen in het Tijdschrift voor Sociale Vraagstukken, wordt de activerende aanpak van werkloosheid in relatie tot armoedebestrijding besproken. De lector Armoede en Participatie aan de Hogeschool van Amsterdam beschrijft aan hand van de cijfers van het SCP en het CBS welke groepen precies door armoede worden getroffen. Omdat niet-werken en armoede aan elkaar gekoppeld zijn, lijkt de oplossing voor de hand te liggen: de 'banenmotor' aandrijven. Echter, werk vinden biedt niet zonder meer de oplossing en ondersteuning is in bepaalde gevallen nodig. De auteur pleit voor een ondersteuning gericht op het bevorderen van zelfsturing. Werkplekken in reguliere werkomgevingen en periodiek switchen tussen werkplekken bevorderen de mobiliteit en het geloof in eigen kracht. Hoewel armoede volgens de auteur nooit helemaal kan worden uitgebannen, is het grote voordeel van een activerende aanpak dat armoedebeleid is gericht op eigen inkomen verwerven en niet op symptoombestrijding.
DOCUMENT
Deze publicatie beschrijft ervaringen met innnovatie in trajecten in de zorg en de bouw. Daarbij wordt gebruik gemaakt van de theorie van Peter Senge die complexe veranderingen in systeemdenken beschrijft. Deze Duurzame SysteemInnovatie/aanpak (DSI-aanpak) wordt beschreven met theoretische aanknopingspunten: Transitiemanagement, Sustainability by Design en Eco-acupunctuur. het project is mogelijk gemaakt door subsidieregeling duurzaamheid van de Provincie Utrecht.
DOCUMENT
In Nederland staat het traditionele aanbod aan hulpverlening, dienstverlening en maatschappelijke ondersteuning onder druk. Onder invloed van maatschappelijke en beleidsmatige ontwikkelingen in Nederland lijken de hulpverlenings-, welzijns- en zorginstellingen steeds meer naar elkaar toe te groeien. Er ontstaan samenwerkingsverbanden waarin elke participant vanuit eigen verantwoordelijkheid en deskundigheid zijn eigen bijdrage levert. Dergelijke samenwerkingsverbanden worden “ketens” genoemd. Om het ontstaan van deze ketens goed te kunnen begrijpen worden in dit artikel eerst de belangrijkste maatschappelijke en beleidsmatige ontwikkelingen beschreven, die van invloed zijn op de praktijk van hulpverlening, dienstverlening en maatschappelijke ondersteuning in Nederland. Vervolgens worden verschillende manieren van multiprofessionele samenwerking in Nederland op het gebied zorg, hulp- en dienstverlening met elkaar vergeleken. Tenslotte wordt de ketenbenadering geïllustreerd met een good-practice-voorbeeld: de ketenbenadering van voetbalvandalisme bij SportClub Cambuur te Leeuwarden. Het artikel wordt besloten met enkele kritische kanttekeningen.
DOCUMENT
Background: Palliative care patients desire more symptom management interventions that are complementary to their medical treatment. Within the multi-professional team, nurses could help support pain management with non-pharmacological interventions feasible for their practice and adaptable to palliative care patients’ needs.Objectives: The objective was to identify non-pharmacological interventions feasible in the nursing scope of practice affecting pain in palliative care patients.Design: A systematic review.Data sources and methods: A defined search strategy was used in PubMed, CINAHL, PsycINFO, and Embase. Search results were screened double-blinded. Methodological quality was double-appraised with the Joanna Briggs Institute Critical Appraisal Tools. Data were extracted from selected studies and the findings were summarized. The methodological quality, quantity of studies evaluating the same intervention, and consistency in the findings were synthesized in a best-evidence synthesis to rank evidence as strong, moderate, limited, mixed, or insufficient.Results: Out of 2385 articles, 22 studies highlighted non-pharmacological interventions in the nursing scope of practice. Interventions using massage therapy and virtual reality demonstrated most evidentiary support for pain management, while art therapy lacked sufficient evidence. Mindful breathing intervention showed no significant reduction in pain. Hypnosis, progressive muscle-relaxation-interactive-guided imagery, cognitive-behavioral audiotapes, wrapped warm footbath, reflexology, and music therapy exhibited promising results in pain reduction, whereas mindfulness-based stress reduction program, aromatherapy, and aroma-massage therapy did not.Conclusion: Despite not all studies reaching significant changes in pain scores, non-pharmacological interventions can be clinically relevant to palliative care patients. Its use should be discussed for its potential value and nurses to be trained for safe practice. Methodologically rigorous research for non-pharmacological interventions in nursing scope of practice for pain relief in palliative care patients is necessary.
DOCUMENT
Het thema ‘Onderzoek in het onderwijs en afstuderen’ is het belangrijkste speerpunt van het Kenniscentrum MFR (jaarplan kenniscentrum MFR/MTV 2010-2011). Om te komen tot normering van de kwaliteit van afstudeeronderzoek heeft een werkgroep zich gebogen over kwaliteitscriteria. Het resultaat is opgenomen in deze notitie. Besloten is uit te gaan van het beoordelingskader dat ontwikkeld is door Oost (2004) en dit aan te vullen met criteria die te maken hebben met het praktijkgerichte karakter van het onderzoek aan het HBO. De criteria bestaan uit twee onderdelen: ontvankelijkheidseisen te stellen aan het afstudeerwerkstuk en kwaliteitscriteria voor het afstudeerwerkstuk.
DOCUMENT
Deze trainingshandleiding biedt een overzicht van trainingsbijeenkomsten voor het scholen van medewerkers in de ggz ten aanzien van de toepassing van de toolkit in de praktijk. De totale training bestaat uit drie bijeenkomsten met daaraan gekoppeld huiswerkopdrachten. Voor iedere bijeenkomst is een powerpointpresentatie ontworpen.
DOCUMENT
Deze trainingshandleiding biedt een overzicht van trainingsbijeenkomsten voor het scholen van medewerkers in de ggz ten aanzien van de toepassing van de toolkit in de praktijk. De totale training bestaat uit drie bijeenkomsten met daaraan gekoppeld huiswerkopdrachten. Voor iedere bijeenkomst is een powerpointpresentatie ontworpen.
DOCUMENT