Taalkunde als onderdeel van het schoolvak Nederlands staat met name de laatste jaren steeds meer in de belangstelling. Ondanks een actieve taalkundelobby (zie bijvoorbeeld Hendrix & Hulshof 2010) is het, zoals Hulshof aangeeft in zijn afscheidsrede, nog maar ‘hier en daar’ gelukt om taalkunde op middelbare scholen te implementeren, al dan niet als autonoom vak (Hulshof 2011). Begrijpelijkerwijs richten de meeste bijdragen over taalkundeonderwijs zich op de bovenbouw. Maar taalkunde is ook haalbaar in de onderbouw, mits op de juiste manier aangepakt. Dit artikel doet verslag van een kleinschalig taalkundig onderzoek dat uitgevoerd is door leerlingen van een brugklas van het Valuascollege in Venlo.
MULTIFILE
Artikel dat een stand van zaken geeft van (onderzoek naar en implementatie van) semantisch grammaticaonderwijs in het voortgezet onderwijs. Tevens wordt in dit artikel ingegaan op de semantische benadering van voorzetsels. Dit artikel vormt achtergrondinformatie bij de workshop die ik op 29-11-2013 op de HSN-conferentie op de Hogeschool van Utrecht heb gegeven.
MULTIFILE
Heeft een doordachte en verantwoorde doeltaaldidactiek gunstige effecten op het leren van leerlingen in het voortgezet onderwijs, en is zo’n didactiek duurzaam aan te leren door docenten? Om tot de antwoorden op deze vragen te komen, ontwierpen Sebastiaan Dönszelmann, Anna Kaal, Rick de Graaff en Jos Beishuizen een complete didactiek, gericht op toepassing in de reguliere vreemdetalencontext, en daarnaast een intensief professionaliseringstraject. Deelnemende docenten onderwezen hun leerlingen van 1 havo/vwo een jaar lang met behulp van het programma Doeltaal-Leertaal, waarna de prestaties in kaart werden gebracht en vergeleken met die van controleklassen. Het blijkt dat toepassing van de didactiek positieve invloed heeft op de taalvaardigheid van de leerlingen bij zowel lezen als luisteren, spreken en schrijven.
DOCUMENT
In L1 grammar teaching, teachers often struggle with the students’ conceptual understanding of the subject matter. Frequently, students do not acquire an in-depth understanding of grammar, and they seem generally incapable of reasoning about grammatical problems. Some scholars have argued that an in-depth understanding of grammar requires making connections between concepts from traditional grammar and underlying metaconcepts from linguistic theory. In the current study, we evaluate an intervention aiming to do this, following up on a previous study that found a significant effect for such an approach in university students of Dutch Language and Literature (d = 0.62). In the current study, 119 Dutch secondary school students’ grammatical reasonings (N=684) were evaluated by language teachers, teacher educators and linguists pre and post intervention using comparative judgement. Results indicate that the intervention significantly boosted the students’ ability to reason grammatically (d = 0.46), and that many students can reason based on linguistic metaconcepts. The study also shows that reasoning based on explicit underlying linguistic metaconcepts and on explicit concepts from traditional grammar is more favored by teachers and (educational) linguists than reasoning without explicit (meta)concepts. However, some students show signs of incomplete acquisition of the metaconcepts. The paper discusses explanations for this incomplete acquisition.
DOCUMENT
Teacher beliefs have been shown to play a major role in shaping educational practice, especially in the area of grammar teaching―an area of language education that teachers have particularly strong views on. Traditional grammar education is regularly criticized for its focus on rules-of-thumb rather than on insights from modern linguistics, and for its focus on lower order thinking. A growing body of literature on grammar teaching promotes the opposite, arguing for more linguistic conceptual knowledge and reflective or higher order thinking in grammar pedagogy. In the Netherlands, this discussion plays an important role in the national development of a new curriculum. This study explores current Dutch teachers’ beliefs on the use of modern linguistic concepts and reflective judgment in grammar teaching. To this end, we conducted a questionnaire among 110 Dutch language teachers from secondary education and analyzed contemporary school textbooks likely to reflect existing teachers’ beliefs. Results indicate that teachers generally appear to favor stimulating reflective judgement in grammar teaching, although implementing activities aimed at fostering reflective thinking seems to be difficult for two reasons: (1) existing textbooks fail to implement sufficient concepts from modern linguistics, nor do they stimulate reflective thinking; (2) teachers lack sufficient conceptual knowledge from linguistics necessary to adequately address reflective thinking.
DOCUMENT
When teaching grammar, one of the biggest challenges teachers face is how to make their students achieve conceptual understanding. Some scholars have argued that metaconcepts from theoretical linguistics should be used to pedagogically and conceptually enrich traditional L1 grammar teaching, generating more opportunities for conceptual understanding. However, no empirical evidence exists to support this theoretical position. The current study is the first to explore the role of linguistic metaconcepts in the grammatical reasoning of university students of Dutch Language and Literature. Its goal was to gain a better understanding of the characteristics of students’ grammatical conceptual knowledge and reasoning and to investigate whether students’ reasoning benefits from an intervention that related linguistic metaconcepts to concepts from traditional grammar. Results indicate, among other things, that using explicit linguistic metaconcepts and explicit concepts from traditional grammar is a powerful contributor to the quality of students’ grammatical reasoning. Moreover, the intervention significantly improved students’ use of linguistic metaconcepts.
DOCUMENT
In het magazine “Blijven werken in onderwijs”, uitgebracht ter gelegenheid van het 4-jarig bestaan van het lectoraat Werken in Onderwijs, lees je meer over de vragen, inzichten, thema’s en mensen van het lectoraat.” Met bijdragen van: Mieke Koeslag-Kreunen, Saskia Brokamp, Patricia Brouwer,, Angela de Jong, Kaoutar El Khatoutti, Elsemarijn Ippel, Mees Kok, Maaike Koopman, Anneke Offereins, Tamar Tas, Edy van Renselaar, Bibi van Wolput
LINK
Een competent NT2-docent houdt ontwikkelingen in zijn/haar vakgebied bij: professionaliseren is een must. Wanneer onderwijsprofessionals kennisnemen van inzichten uit onderzoek over wat werkt (en wat niet), kunnen zij hun onderwijs ‘evidence-informed’ vormgeven en vernieuwen. Dat vereist natuurlijk wel dat docenten weten wat werkt en daarvoor is toegang tot wetenschappelijke kennis nodig. Internationaal onderzoek laat echter zien dat het professionals in de onderwijspraktijk vaak schort aan tijd en middelen om kennis te nemen van de nieuwste wetenschappelijke inzichten. Een gevolg daarvan zou kunnen zijn dat het onderwijs te weinig vernieuwt en/of dat vernieuwingen die wel plaatsvinden niet evidence-informed zijn. De onderwijsinspectie concludeerde recent dat het lerend vermogen van het onderwijs inderdaad relatief klein is in vergelijking met andere disciplines, en dat onderwijsvernieuwing te weinig systematisch plaatsvindt en onvoldoende duurzaam is (Inspectie van het onderwijs, 2019). Daar zijn ongetwijfeld vele redenen voor, maar één ervan is dat de afstand tussen onderwijs en onderzoek vrij groot is. Er vindt nog weinig kennisdeling plaats tussen wetenschap en de onderwijspraktijk in vergelijking met sommige andere disciplines.
DOCUMENT
Presentatie op tweedaags bestuur Landelijk Expertisecentrum Special Onderwijs (LESCO) in Dordrecht.
DOCUMENT