Om concreet te maken wat er precies verandert in de techniek en wat dat betekent voor de competenties die technici in de toekomst nodig hebben, riepen wij de hulp in van werkgevers in de techniek. Technische bedrijven maken de opkomst van de Smart Industry en/of daaraan verwante ontwikkelingen ten slotte van dichtbij mee, als ze die niet al zelf vormgeven. Om een idee te krijgen van de competenties die van belang zouden zijn, hebben wij onderzoek gedaan onder 236 werkgevers in de technische sector. Wij bevroegen ze uitgebreid over de kennis, vaardigheden en houdingsaspecten (competenties) die ze onontbeerlijk achten voor technici die tussen nu en vijf jaar afstuderen. Wij stelden ze daarbij de vraag om zowel op huidige én toekomstige werksituaties te reflecteren, rekening houdend met technologische ontwikkelingen in hun werkveld. Na de introductie in Hoofdstuk 1, duikt Hoofdstuk 2 allereerst in de belangrijkste veranderingen in werk in de technische sector, volgens de door ons ondervraagde werkgevers. Hoofdstuk drie gaat vervolgens in op de gevolgen van deze veranderingen: welke competenties hebben werknemers van de toekomst hierdoor nodig? Het vierde hoofdstuk neemt je mee naar de werkvloer. We maken kennis met technici van de toekomst door een achttal portretten van werknemers die al (deels) over de benodigde competenties bezitten. Hoofdstuk vijf bevat een interview met innovatiedeskundige en wetenschapper Janina den Hertog waarin zij vertelt hoe bedrijven technici van de toekomst kunnen enthousiasmeren om te blijven vernieuwen. Het zesde en laatste hoofdstuk bespreekt ten slotte de belangrijkste bevindingen van ons onderzoek. Daarnaast bevat het concrete tips voor zowel (aankomende) technici, als werkgevers en docenten om zoveel mogelijk ‘toekomstproof’ te worden. Het boekje wordt afgesloten met een praktisch voorbeeld hoe het in de praktijk werkt: Smart Industry vereist Smart HRM!
MULTIFILE
De globale trend van bevolkingsgroei en verstedelijking leidt onherroepelijk tot meer vraag naar voedsel in de stad. Tegelijkertijd is er een trend in de vraag naar duurzaam en/of lokaal geproduceerd voedsel te herkennen. Het in de stad produceren van voedsel, Urban Farming, kan een antwoord bieden op beide trends. Er zijn verschillende vormen van Urban Farming te benoemen. Eén daarvan is verticale landbouw, waarbij er in hoogbouw in de stad teelt van groente, fruit en wellicht ook vis en vlees plaatsvindt. Hoewel er inmiddels veel kennis over verticale landbouw voorhanden is, zijn er nog altijd geen high-tech verticale boerderijen in Nederland gerealiseerd. De hoge mate van leegstand van kantoorpanden in Amsterdam in combinatie met de aanwezige kennis biedt veel mogelijkheden voor de realisatie van een hoogwaardige ‘Urban Farm’ in deze stadsregio. In dit boekwerk leest u de resultaten van het toegepast onderzoek naar verticale stadslandbouw, ook wel vertical farming genoemd. Dit is één van de twee publicaties van het onderzoeksproject Sustainable Systems for Food. Het project is uitgevoerd door het CleanTech onderzoeksprogramma met behulp van RAAK-mkb subsidie van de Stichting Innovatie Alliantie. Deze publicatie is bedoeld voor professionals geïnteresseerd in de technologische aspecten van verticale stadslandbouw. Het boek geeft inzicht in wat verticale stadslandbouw inhoudt en welke technologieën en innovatieve concepten nu en in de toekomst voorhanden zijn om verticale stadslandbouw te bedrijven. Het boek laat ondernemers en beleidsmakers zien hoe verticale teelt kan bijdragen aan hun doelstellingen en voor welke uitdagingen ze staan. Daarnaast geeft het eigenaren van leegstaande gebouwen inzicht in de mogelijkheden en implicaties van verticale teelt voor hun pand. Voor bedrijven die technologische systemen ontwikkelen en leveren voor gebouwen en (glas)tuinbouw, biedt deze publicatie een blik op de toekomstige technologische mogelijkheden en geeft het een aanzet tot een strategische ontwikkelagenda voor verticale stadslandbouw. Tot besluit toont deze publicatie de onderzoeksactiviteiten die de HvA op dit terrein ontplooit, waaronder de ontwikkeling van vertical farming prototypes en demonstrators, en waar voor eenieder mogelijkheden liggen voor samenwerking.
DOCUMENT
Rapport verschenen n.a.v. onderzoek, uitgevoerd door Altenburg & Wymenga, in opdracht van hogeschool Van Hall Larenstein. Dit kennisoverzicht heeft als doel een overzicht te geven aan beschikbare kennis en kennisleemten. Waar staan we nu? En wat moet nog verder worden uitgezocht? Lisdoddeteelt en veenmosteelt staan centraal, aangezien deze twee natte teeltvormen reeds zijn onderzocht binnen de pilotstudies van Better Wetter. Aanvullend op bovengenoemde uitgangspunten wordt in een apart hoofdstuk de verwachte impact van teeltwerkzaamheden toegelicht. Ten slotte worden de belangrijkste conclusies, kennisleemtes en openstaande onderzoeksvragen bondig op een rij gezet.
MULTIFILE
Lectoraat, onderdeel van HAS green academy