Voorlopig resultaten van een enquête over kwaliteit van leven en tevredenheid onder bijna 2000 mensen met een verminderde schildklierwerking (hyperthyreoïdie).
DOCUMENT
In opdracht van de gemeente Den Haag en TIG Sports is er onderzoek gedaan naar de economische impact en de tevredenheid van het DELA EK Beachvolleybal 2018, wat plaatsvond van 15 tot en met 22 juli 2018 in Apeldoorn, Den Haag, Rotterdam en Utrecht. In dit onderzoeksrapport staat de gemeente Den Haag centraal. Alie onderzoeken hebben als uitgangspunt de richtlijnen van de Werkgroep Evaluatie Sportevenementen (WESP). Door het gebruiken van online en offline enquetes, bezoekersaantallen en gegevens van de organiserende partijen konden de economische impact en de mate van tevredenheid onder de bezoekers warden vastgesteld. De economische impact is berekend aan de hand van 788 online afgenomen enquetes en 279 enquetes verzameld gedurende het evenement. De tevredenheid is gemeten aan de hand van 138 enquetes verzameld in het finaleweekend en tevens aan de hand van de 788 online enquetes. De economische impact bestaat in dit geval uit bestedingen van de bezoekers en van de organisatie. Bij grotere evenementen warden vaak ook de bestedingen bepaald van vrijwilligers, VIP's, pers/ media en deelnemers. De deelnemers zijn echter meegenomen in de bestedingen van de organisatie aangezien zij verantwoordelijk waren voor de overnachtingen van deze groep. De VI P's zijn niet als losse groep beschouwd maar meegenomen in de berekeningen van de reguliere bezoekers. De bestedingen van pers/media en vrijwilligers zijn tijdens dit evenement niet noemenswaardig. In het totaal zijn er ruim 9.300 betalende bezoekers geweest in de hofstad, zij waren goed voor in het totaal ruim 13.000 bezoeken. Een bezoeker kan namelijk op meerdere dagen een bezoek brengen aan het evenement. Deze bezoekers hebben in totaal bijna 171.000 euro uitgegeven aan dagelijkse bestedingen. Daarnaast gaven zij nog bijna 73.000 euro uit aan overnachtingen. Tezamen is er dus bijna 244.000 euro uitgegeven door bezoekers in de stad Den Haag. De organisatie gaf verder aan dat zij in het totaal ruim 1,8 miljoen ontvangen hebben vanuit de stad Den Haag. Dit is een optelsom van a.a. de subsidie van de Gemeente Den Haag, Haagse sponsoren en tickets gekocht door Hagenezen. Daarentegen gaf TIG Sports ruim 2,5 miljoen euro uit in de stad Den Haag. Voornaamste kostenposten waren het huren van de Sportcampus Zuiderpark, hotelovernachtingen en de bouw van een tijdelijk tweede stadion. TIG Sports heeft ruim 675.000 euro meer uitgegeven in Den Haag dan ontvangen vanuit Den Haag en dit geeft dus een positieve bijdrage aan de economische impact. Tezamen zijn de bezoekers en de organisatie goed voor een economische impact van ruim 918.000 euro. Naast de economische impact is er gekeken naar de tevredenheid van de bezoekers. Maar liefst 86% van de bezoekers was tevreden of zeer tevreden over het evenement. Als rapportcijfer kreeg het evenement een 8,1 en de Sportcampus Zuiderpark een 7,3. Ook zijn er 7 stellingen voorgelegd aan de bezoekers en was het beeld ook daar positief. Er lijkt veel draagvlak te zijn voor dergelijke evenementen onder de bezoekers. De stelling waarin gevraagd werd of de (regionale) overheid moet blijven investeren in (top) sportevenementen stak er met 97% van de bezoekers die (zeer) mee eens gaven als antwoord er bovenuit. De eindconclusie van het onderzoek is dan ook dat het DELA EK Beachvolleybal goed was voor een economische impact van ruim 918.000 euro en dat het grootste gedeelte van de bezoekers een hoge mate van tevredenheid had. LinkedIn: https://www.linkedin.com/in/jvb92/ https://www.linkedin.com/in/noud-van-herpen-71a0724/
DOCUMENT
Voor u ligt het onderzoeksrapport welke ingaat op de tevredenheid van gebruikers van vastgoed met culturele doeleinden in Assen.Aanleiding van dit rapport is een eerder uitgevoerd onderzoek welke zich ook richtte op tevredenheid van gebruikers maar dan op het gebied van sportaccommodaties en wijkcentra. Dit rapport moet worden gezien als een verbreding van het vorige rapport.De gemeente Assen heeft opnieuw te kennen gegeven geïnteresseerd te zijn in een tevredenheidonderzoek met betrekking tot beheer, ditmaal gericht op voorzieningen met een culturele bestemming.Cultureel vastgoed valt onder maatschappelijk vastgoed. Dit is een ‘hot issue’ waar enorm veel geld in omgaat. Belangrijk is dan ook hoe het beheer is geregeld en op welke punten dit eventueel verbeterd kan worden.Na oriëntatie en gesprekken met de gemeente opdrachtgever is er voor de volgende doelen probleemstelling gekozen: In welke mate zijn de gebruikers van cultureel vastgoed van de gemeente Assen tevreden over het beheer?Bovenstaande probleemstelling is uitgangspunt geweest voor het onderzoek. De gemeente Assen kan met behulp van dit rapport het beheer op sommige punten optimaliseren. De doelstelling van de gemeente is dan ook iets anders geformuleerd, en wel als volgt:Het vaststellen van de tevredenheid van de gebruikers over het beheer van het cultureel vastgoed in Assen om aan de hand hiervan het beheer te kunnen optimaliseren.
DOCUMENT
Verschillende onderzoeken laten een verband zien tussen de toegenomen keuzemogelijkheden om online gebruik te maken van alternatieve nieuwsbronnen en wantrouwen tegenover de journalistiek. Ondanks dat alternatief mediagebruik geen nieuw fenomeen is weten we nog heel weinig over de nieuwsgebruikers van deze media.
Veel mensen met een spierziekte, ook wel neuromusculaire aandoeningen (NMA) genoemd, hebben een hulpvraag over conditie, en worden hiervoor begeleid door een fysiotherapeut. Door een gebrek aan richtlijnen ervaren fysiotherapeuten problemen met toepassing van aerobe training in de dagelijkse praktijk en is er een grote steunbehoefte m.b.t. het voorschrijven van training. De B-FIT trainingswijzer voorziet in deze behoefte door fysiotherapeuten praktische handvatten te bieden voor het voorschrijven van gepersonaliseerde aerobe training in de eigen leefomgeving. Na een succesvolle pilotstudie wordt de B-FIT trainingswijzer gebruikt in academische ziekenhuizen en revalidatiecentra in de 3e en 2e lijn in Nederland. B-FIT wordt echter beperkt toegepast door fysiotherapeuten in de 1e lijn, waar veel mensen met een NMA onder behandeling zijn. Er zijn verschillende mogelijke oorzaken, waaronder een gebrek aan kennis over NMA in de 1e lijn (door de zeldzaamheid van aandoeningen), en moeizame kennisoverdracht van de 2e/3e lijn naar de 1e lijn en vice versa. Er is meer inzicht nodig in mogelijke andere belemmerende en bevorderende factoren voor betere implementatie van B-FIT in de eigen leefomgeving onder begeleiding van een fysiotherapeut in de 1e lijn. Met een Community of Practice zullen deze factoren in kaart worden gebracht. Vervolgens wordt de B-FIT trainingswijzer doorontwikkeld voor optimale toepassing in de 1e lijn, en in een pilotstudie onderzoeken we de bruikbaarheid en evalueren we de tevredenheid onder fysiotherapeuten en patiënten. In dit project wordt een bestaand consortium met onderzoekers, revalidatieartsen en fysiotherapeuten vanuit universitair medische centra en revalidatiecentra en vertegenwoordigers van de patiëntenvereniging (Spierziekten Nederland) en beroepsvereniging (KNGF), verder uitgebreid met fysiotherapiepraktijken in de 1e lijn (MKB) en docenten van hogescholen. Dit project draagt bij aan verbeterde NMA zorg en verbeterde samenwerking tussen fysiotherapeuten in de 1e lijn en zorgprofessionals in de 2e/3e lijn (juiste zorg op de juiste plek), die hier allen van profiteren.
In het Groningse aardbevingsgebied moeten de komende jaren volgens de contourenschets van de Nationaal Coördinator Groningen tussen de 35.000 en 100.000 woningen worden versterkt. Er is geen regio in Nederland waar ineens, op zo?n korte termijn en in zo?n grote omvang, de noodzaak van grootschalig aardbevingsbestendig bouwen is ontstaan. De Groningse mkb-bouwbedrijven werken samen om via bedrijfsinterne verbeteringen deze opdracht te realiseren. De praktijkvragen van de betrokken bouwbedrijven zijn: " Hoe kan ik mijn bedrijfscapaciteit optimaal managen, gezien de kansen rondom aardbevingsbestendig bouwen, maar zodanig dat de orderportefeuille en het personeelsbestand in balans zijn? " Hoe richt ik mijn bedrijfsprocessen zodanig op de verwachte groei in, dat de werkzaamheden binnen acceptabele doorlooptijden en naar tevredenheid van bewoners en opdrachtgevers duurzaam kunnen worden uitgevoerd? De kern van het consortium bestaat uit 10 mkb-bouwbedrijven, Bouwend Nederland regio Noord en de Hanzehogeschool Groningen. Het lectoraat Flexicurity is penvoerder, daarnaast is het lectoraat Arbeidsorganisatie en ?productiviteit en het lectoraat Ruimtelijke Transformaties betrokken. Vanuit het onderwijs participeren de Academie voor Architectuur, Bouwkunde en Civiele Techniek en EPI-kenniscentrum. EPI-kenniscentrum is een samenwerkingsverband van de Hanzehogeschool Groningen, Alfa College en Rijksuniversiteit Groningen ? en andere publieke en private partners. Het bundelt onderwijs en scholing op het terrein van aardbevingsbestendig bouwen voor de regio. Het doel van het consortium is om: " Kennis te ontwikkelen over capaciteitsmanagement en slim organiseren (binnen en tussen bedrijven) van het aardbevingsbestendig bouwproces, en de (arbeids)marktwerking daaromheen. " Deze kennis en inzichten te vertalen in voor het mkb bruikbare producten zoals tools, startcondities en randvoorwaarden (Handboek capaciteitsmanagement- en procesverbetering voor mkb-bouwbedrijven). " De verworven praktijkkennis om te zetten in onderwijsproducten zoals een nieuwe minor in het HG bouwonderwijs en innovatie van onderwijs en scholing via EPI-kenniscentrum. " Te komen tot een structurele en intensieve samenwerking tussen mkb-bouwbedrijven, onderwijs en praktijkgericht onderzoek aan de Hanzehogeschool Groningen (en andere onderwijsinstellingen).