During the Middle Ages and early modern period, a dramatic culture of astonishing vitality developed in the Low Countries. Owing to the activities of organisations known as rederijkerskamers, or "chambers of rhetoric", drama became a central aspect of public life in the cities of the Netherlands. The comedies produced by these groups are particularly interesting. Drawing their forms and narratives from folklore and popular ritual, and entertaining in their own right, they also bring together a range of important concerns; they respond directly to some of the key developments in the period, reflecting the political and religious turmoil of the Reformation and Dutch Revolt, the emergence of humanism, and the appearance of an early capitalist economy. This collection brings together the original Middle Dutch text of ten of these comic plays, with facing translation into modern English. The selection is divided evenly between formal stage-plays and monologues, and provides a representation of the full range of rederijker drama, from the sophisticated Farce of the Fisherman, with its sly undermining of audience expectation, to the hearty scatology of A Mock-Sermon on Saint Nobody, and the grim gallows humour of The Farce of the Beggar. An introduction and notes place the plays in their context and elucidate difficulties of interpretation.
In de kunsten wordt altijd geschapen, gecreëerd. Je kan met de kunsten leren je vaststaande gedachten en denkbeelden over je wereld en over jezelf te herzien. Bij muziek maken, toneel spelen, dansen en beeldend werken, ontdek je het spelen met je handen, je stem, je lichaam steeds weer op een nieuwe manier. Je herontdekt jezelf voortdurend en je verwondert je opnieuw over je wereld. Door doen, durven, gaan en maken leer je dat je een creatieve geest bent, ook al was je ervan overtuigd niet creatief te zijn. Creativiteit is geen gave, creativiteit is een keuze, een keuze voor het gaan, het doen, het maken, het toelaten van nieuwe energiestromen tot je zijn, tot je gedachten en tot je handelen. Je bevrijdt jezelf van je beperkingen, van je blokkades en van belemmerende overtuigingen. Veel heb je jezelf opgelegd of heb je je laten aanpraten dankzij het genoten onderwijs. Zeker, het is moeilijk je te ontworstelen aan vertrouwde denkbeelden, maar je bent zelf degene die het besluit neemt om jezelf opnieuw te ontdekken. Door jezelf ruimte te gunnen bij kunstvakken help je jezelf plezier in je leren te krijgen, ga je je eigen wereld vorm geven en vernieuw je jezelf. Levend Leren krijgt een heel natuurlijke plaats in je leven. Vanuit die nieuw verworven vrijheid geef je jezelf de kans te worden wie je bent. Zelfrealisatie is een hoog goed. En het ligt binnen je bereik. Als je wilt en durft, gaat het loslaten en uitgroeien daarna moeiteloos. Door deze ervaring kun je kinderen ook begeleiden en ze zich laten ontwikkelen.
De laatste jaren zien we een hernieuwde aandacht voor de maatschappijkritische rol van het sociaal werk die vanaf halverwege de jaren ’90 nagenoeg van het toneel verdween (Peeters, 2010; Banks, 2014; Scholte, 2018). De participatiesamenleving doet een appel op de zelfredzaamheid, de eigen kracht en het informele netwerk van het individu om problemen aan te pakken, zonder daarbij de structurele oorzaken van sociale problemen te adresseren (Peeters, 2010; Banks, 2014; Nachtergaele e.a., 2017; Hubeau, 2018; Reynaert, Roose & Hermans, 2018; Scholte, 2018; Kampen, z.d.). Steeds meer onderzoek laat echter zien dat een beroep op de zelfredzaamheid en de eigen kracht van het individu juist voor kwetsbare groepen niet realistisch is (WRR, 2017; De Brabander, 2014). Sociaal werk zonder maatschappijkritische visie leidt tot een professioneel en democratisch tekort (Bredewold, e.a., 2018). Empowerment speelt een belangrijke rol in de maatschappijkritische positie van sociaal werk (Peeters, 2010; Banks, 2014). Empowerment richt zich niet alleen op het versterken van het zelfvertrouwen van het individu, het bevorderen van een gedeelde verantwoordelijkheid en inclusie, maar ook op het veranderen van structurele oorzaken die sociaal onrecht, sociale ongelijkheid en ongelijke machtsverhoudingen in stand houden (IFSW, juli 2018; Hubeau, 2018). Hier krijgt empowerment een ethisch-politieke dimensie (Van Regenmortel, 2011; Banks, 2012). Dit onderzoek spitst zich toe op de vraag wat de ethisch-politieke dimensie van empowerment inhoudt en op welke wijze empowerment kan bijdragen aan het ontwikkelen van de maatschappijkritische rol van het sociaal werk. Het uitgangspunt is daarbij dat ethiek ‘situated and politicized’ is (Banks, 2014). Deze invalshoek op ethiek biedt een verbreding van de beroepsethiek, die doorgaans ethische kwesties reduceert tot persoonlijke dilemma’s. Over deze bredere ethisch-politieke invalshoek is in Nederland nog nauwelijks geschreven. Het doel van dit onderzoek is kennis over deze ethisch-politieke invalshoek te ontsluiten voor studenten, docenten en professionals.
Traditioneel focussen veel kunstorganisaties zich op het maken van kunstwerken. De laatste decennia echter zijn zij zich, vanuit een groeiende aandacht voor hun maatschappelijke verantwoordelijkheid, meer gaan richten op (de communicatie met) publiek. Die communicatie blijkt echter vooral eenrichtingsverkeer. Dat is problematisch omdat juist bezoekers een cruciale schakel vormen in de realisatie van de maatschappelijke functie van kunst. Professionals van zowel marketing- als educatieve afdelingen zoeken daarom naar nieuwe interactieve manieren om relaties met (potentieel) publiek vorm te geven. Met name sociale media kunnen bijdragen aan het tot stand brengen van een actieve dialoog rond kunstactiviteiten. Dit vraagt om een andere houding en een nieuwe manier van denken en werken die de betrokken professionals zich nog niet eigen hebben gemaakt. De centrale vraag van het onderzoeksproject ?Ruimte voor dialoog? richt zich op het ontwikkelen van effectieve strategieën en werkwijzen waarmee de interactie tussen kunstorganisaties en bezoekers en bezoekers onderling vorm krijgt. Het onderzoek is opgezet als een ontwerponderzoek met verschillende cases, waarin strategieën en werkwijzen in een iteratief proces worden ontworpen en geëvalueerd. Daarbij wordt gebruik gemaakt van onderzoeksmethoden zoals content-analyse, netwerk-analyse, interviews met gebruikers en analyse van de implementatie van de ontwikkelde strategieën op basis waarvan bijstelling plaatsvindt. Het onderzoek levert een set van methoden op die door professionals in de kunsten gebruikt kunnen worden om (artistieke) interactie tot stand te brengen op sociale media. Het consortium van het onderzoeksproject wordt gevormd door de Noordelijke Hogeschool Leeuwarden (NHL), Stenden University (Media Entertainment Management) en de belangrijkste Friese kunstorganisaties: Tryater, Keunstwurk en het Fries Museum. Verdere projectpartners zijn: Kunstkade, Stadsschouwburg De Harmonie en Lwd2018. Daarnaast zijn betrokken: het Expertisecentrum Arts in Society (RUG) en de onderzoeksgroep Media, Communicatie en Organisatie (UT). Het project sluit aan bij de doelstellingen van Leeuwarden 2018, dat in het kader van de toewijzing Culturele Hoofdstad van Europa, streeft naar ?iepen mienskippen? (open gemeenschappen), waarin organisaties en individuen in dialoog met elkaar zoeken naar nieuwe benaderingen voor culturele, economische en ecologische uitdagingen.