Zoekresultaten

Producten 3.332

product

Fear of movement in patients attending cardiac rehabilitation

Objectives: To determine the psychometric properties of a questionnaire to assess fear of movement (kinesiophobia): the Tampa Scale for Kinesiophobia (TSK-NL Heart), and to investigate the prevalence of kinesiophobia in patients attending cardiac rehabilitation.Methods: A total of 152 patients were evaluated with the TSK-NL Heart during intake and 7 days later. Internal consistency, test-retest reliability and construct validity were assessed. For construct validity, the Cardiac Anxiety Questionnaire (CAQ) and the Hospital Anxiety and Depression Scale (HADS) were used. The factor structure of the TSK-NL Heart was determined by a principal component analysis (PCA).Results: After removal of 4 items due to low internal consistency, the TSK-NL Heart showed substantial reliability (intraclass correlation coefficient; ICC: 0.80). A strong positive correlation was found between the TSK-NL Heart and the CAQ (rs: 0.61). Strong positive correlations were found between the TSK-NL Heart and de HADS (Anxiety) (rs: 0.60) and between the TSK-NL Heart and the CAQ (rs: 0.61). The PCA revealed a 3-factor structure as most suitable (fear of injury, avoidance of physical activity, perception of risk). High levels of kinesiophobia were found in 45.4% of patients.Conclusion: The 13-item TSK-NL Heart has good psychometric properties, and we recommend using this version to assess kinesiophobia, which is present in a substantial proportion of patients referred for cardiac rehabilitation.Keywords: Tampa Scale for Kinesiophobia; cardiac rehabilitation; exercise; fear of movement; physical activity; cardiovascular disease

PDF

26-02-2020
Fear of movement in patients attending cardiac rehabilitation
product

How Older People Experience the Age-Friendliness of Their City

The World Health Organization engages cities and communities all over the world in becoming age-friendly. There is a need for assessing the age-friendliness of cities and communities by means of a transparently constructed and validated tool which measures the construct as a whole. The aim of this study was to develop a questionnaire measuring age-friendliness, providing full transparency and reproducibility. The development and validation of the Age Friendly Cities and Communities Questionnaire (AFCCQ) followed the criteria of the COnsensus-based Standards for selection of health Measurement INstruments (COSMIN). Four phases were followed: (1) development of the conceptual model, themes and items; (2) initial (qualitative) validation; (3) psychometric validation, and (4) translating the instrument using the forward-backward translation method. This rigorous process of development and validation resulted in a valid, psychometrically sound, comprehensive 23-item questionnaire. This questionnaire can be used to measure older people’s experiences regarding the eight domains of the WHO Age-Friendly Cities model, and an additional financial domain. The AFCCQ allows practitioners and researchers to capture the age-friendliness of a city or community in a numerical fashion, which helps monitor the age-friendliness and the potential impact of policies or social programmes. The AFCCQ was created in Dutch and translated into British-English. CC-BY Original article: https://doi.org/10.3390/ijerph17186867 (This article belongs to the Special Issue Feature Papers "Age-Friendly Cities & Communities: State of the Art and Future Perspectives") https://www.dehaagsehogeschool.nl/onderzoek/lectoraten/details/urban-ageing#over-het-lectoraat Extra: Vragenlijst bijlage / Questionnaire attachement

MULTIFILE

19-09-2020
How Older People Experience the Age-Friendliness of Their City
product

De diversiteitswijzer

PDF

31-12-2015
De diversiteitswijzer

Projecten 6

project

App4Support – doorontwikkeling en validering

Het project ‘App4Support – doorontwikkeling en validering’ ondersteunt vrijwillige jeugdtrainers om sportuitval te voorkomen bij kinderen met milde psychosociale problemen. Hoewel sporten belangrijk is voor hun fysieke en mentale gezondheid, haken juist deze kwetsbare kinderen vaak vroeg¬tijdig af op de sportclub. Dit project wil daar verandering in brengen door de app ‘App4Support’ die we recentelijk vanuit Hogeschool Winderheim tezamen met het bedrijfsleven, sportclubs en professionals hebben ontworpen, verder te ontwikkelen en te valideren. De app ‘App4Support’ is ontworpen om vrijwillige jeugdtrainers te ondersteunen in het pedagogisch verantwoord omgaan met moeilijk-te-verstaan gedrag van kinderen op de sportclub. De app biedt inzicht in gedragingen van kinderen en de aanleidingen hiervoor en geeft praktische tips voor vrijwillige jeugdtrainers, gebaseerd op wetenschappelijk onderzoek en praktijkkennis. We werken in dit project aan een uitgebreidere en gevalideerde versie van de recentelijk ontworpen app. Een belangrijk aandachtspunt daarbij is het toevoegen van een digitaal samenwerkings¬platform waarop jeugdtrainers en sportprofessionals kennis en ervaringen kunnen uitwisselen. Om een beeld te krijgen van de bruikbaarheid – oftewel ter validering – van deze volgende versie van de app creëren we een living lab-setting tijdens één van de vele sportfestivals die jaarlijks in ons land plaatsvinden. Onder de bezoekers van het sportfestival zal zich ongetwijfeld een aanzienlijk aantal vrijwillige jeugdtrainers bevinden. We nodigen deze jeugd¬trainers op het sportfestival uit om de app, inclusief het digitale samenwerkingsplatform, ter plekke te verkennen in een interactieve setting, met een focus op de gebruiksvriendelijkheid, relevantie en compleetheid van de app. Het doel van deze testcase is om waardevolle input te verzamelen voor de doorontwikkeling en validering van de app ‘App4Support’. Hierdoor zal de app zo goed mogelijk aansluiten bij de behoeftes van vrijwillige jeugdtrainers in de dagelijkse praktijk op sportclubs. Dat voorkomt sport¬uitval bij kwetsbare kinderen en draagt in die zin bij aan een inclusieve sportparticipatie.

Lopend
project

Bijdrage van ervaringskennis en -deskundigheid aan herstelgerichte GGZ

Ervaringsdeskundigheid in de zorg is sterk in opmars: hulpverleners die hun eigen persoonlijke ervaringen professioneel inzetten bij het herstel van hun cliënten. Onder andere beroeps-en gedragscodes en negatieve beeldvorming staan de optimale inzet hiervan in de weg. Dit promotieonderzoek wil de professionele inzet van ervaringsdeskundigheid in de geestelijke gezondheidszorg (GGZ) onderzoeken en verstevigen.Doel Dit promotieonderzoek heeft als doel om de professionele inzet van ervaringsdeskundigheid in de GGZ te onderzoeken en te verstevigen. Ervaringsdeskundigen hebben vaak creatieve oplossingen, zijn in staat om vanuit hun eigen ervaring aan te moedigen en kunnen helpen het stigma op psychische problemen te verminderen.  Dit onderzoek gaat in op relationeel-ethische verschuivingen die plaatsvinden bij de implementatie van ervaringsdeskundigheid en de betekenis van die inkleuring. Het onderzoek wil een bijdrage te leveren aan zowel theorievorming, de waarde van ervaringsdeskundigheid en in het bijzonder een versteviging en verduurzaming daarvan binnen de (ggz) praktijk- en beroepsinnovatie. Een ander doel van het onderzoek is om de opleidingen Social Work te verrijken met nieuwe kennis over ervaringsdeskundigheid. Resultaten Dit onderzoek is een vervolg op eerder onderzoek, waarin we de ervaringsdeskundigheid onder zorgprofessionals onderzochten. Daaruit kwam een aantal interessante inzichten. 45% van de ondervraagde zorgprofessionals bleek zelf ervaring te hebben met de ggz. Zij gaven aan die te willen inzetten in hun werk, maar wisten niet altijd hoe ze hun persoonlijke ervaringen konden combineren met hun professionele rol. Cliënten reageerden over het algemeen goed op hulpverleners die hun eigen ervaring meenamen in de zorg. Maar in de organisaties is nog veel onwetendheid over deze nieuwe rol, met name onder regiebehandelaren (psychiaters en psychologen). In mei '22 vond het jaarlijkse congres plaats van de Nederlandse Vereniging voor Psychiatrie. De poster over het gebruik van ervaringskennis in de rol van psychiater won een aanmoedigingsprijs. Use of experiential knowledge by mental health professionals and its contribution to recovery: literature review Professionals harnessing experiential knowledge in Dutch mental health settings Lees meer over onze tussentijdse bevindingen in het artikel Ervaringskennis professionals draagt bij aan betere geestelijke gezondheidszorg Posterpresentatie ‘Resultaten voorstudie ervaringskennis onder zorgprofessionals’. Luister onderstaande aflevering uit de podcastserie Lessen uit #HUonderzoek met Simona Karbouniaris (ook te vinden via je favoriete podcastapp).  Looptijd 01 maart 2019 - 01 maart 2023 Aanpak Hoewel veel zorgorganisaties moeten wennen aan het idee dat ook reeds werkende zorgprofessionals ervaringsdeskundig kunnen zijn en zich als zodanig profileren, is een groeiend aantal professionals met ervaringsdeskundigheid aan het werk. Deze zorgprofessionals hebben behoefte aan verdere validering van hun nieuwe rol, kennis en praktische handvatten teneinde hun ervaringsdeskundigheid adequaat te kunnen benutten. Dit wetenschappelijk onderzoek bestaat uit een literatuurstudie en een praktijkdeel. Er vindt kwalitatief participatief onderzoek plaats op drie niveaus in de organisatie: onder professionals met ervaringskennis en hun collega's; bij cliënten; bij de 3 participerende organisaties.

Afgerond
project

KIT2.0: KwaliteitsInstrument Toetsprogramma

Wil je als docententeam meer zicht krijgen op het gehele toetsprogramma? Wil je kritisch kijken naar mogelijke verbeterpunten? Of ben je bezig met herontwerp? Met KIT2.0 kijk je als opleidingsteam vanuit de principes van programmatisch toetsen naar de inrichting van de opleiding.Doel Met KIT2.0 willen we opleidingsteams helpen om kritisch naar het curriculum en het toetsprogramma te kijken. Dit doen we aan de hand van vijf kwaliteitscriteria: fitness for purpose, validiteit, leerfunctie, beslisfunctie en condities. Resultaten Op de website van KIT2.0 vind je informatie en filmpjes met verdere uitleg. Via de website kun je ook (gratis) inloggen en zelf aan slag met KIT2.0. Op de website www.husite.nl/toetsing vind je informatie en praktijkvoorbeelden over programmatisch toetsen Blog over interview met Liesbeth Baartman over KIT2.0. Korte uitleg van dr. Liesbeth Baartman (2017) programmatisch toetsen. Toetsbijeenkomst Hogeschool van Rotterdam. Keynote van dr. Liesbeth Baartman (2017) met een inleiding over toetsprogramma’s. Fontys Toetscongres. Baartman, L.K.J., Kloppenburg, R., & Prins, F.J. (2017). Kwaliteit van toetsprogramma’s. In H. van Berkel, A. Bax, & D. Joosten-ten-Brinke (Red.). Toetsen in het Hoger Onderwijs, pp.38-49. Bohn Stafleu van Loghum Van der Vleuten, C.P.M., Schuwirth, L.T.W., Driessen, E., Dijkstra, J., Tigelaar, D., Baartman, L.K.J., & Van Tartwijk, J. (2012). A model for programmatic assessment fit for purposes. Medical Teacher, 34, 205-214. Dronkers, J., de Kwant, E., Kruitwagen, C., & Baartman, L. (2017). Kwantitatieve analyse van een toetsprogramma. Examens, 3, augustus. Looptijd 01 september 2018 - 01 september 2020 Aanpak KIT2.0 is gebaseerd op wetenschappelijk onderzoek naar programmatisch toetsen. De oorsprong van KIT2.0 ligt in de promotieonderzoeken van dr. Liesbeth Baartman en dr. Raymond Kloppenburg (waaruit KIT1.0 voortkwam). KIT2.0 is ontwikkeld op basis van nieuwste inzichten in de wetenschappelijk literatuur over programmatisch toetsen én 10 jaar praktijkervaringen. KIT2.0 is ontwikkeld in valideringsrondes met opleidingen en wetenschappers. Meedoen? Wil je als opleiding meedoen aan het onderzoek naar KIT2.0? Neem dan contact op met Liesbeth Baartman. We werken aan de evaluatie en verbetering van KIT2.0 op basis van praktijkervaringen.

Afgerond