Reflectie van Cees-Jan Pen op zijn periode als parttime lector Vastgoed bij het lectoraat Brainport, vanaf het aantreden in 2012 tot eind 2015.
Het is allemaal natuurlijk al door Schumpeter (1942) voorspeld maar het blijft verbazingwekkend dat zoveel 'intellectuelen' vijandige, vrijblijvende en ongefundeerde vooroordelen blijven verkondigen tegen de vrije markt economie terwijl die toch zo evident veel beter werkt dan een staatsgeleide economie waar het gaat om het bevorderen van welvaart en menselijk geluk en welzijn.
Kunstenaars en andere ‘creatieven’ vinden steeds moeilijker betaalbare werkruimte. Atelierstichtingen en broedplaatsorganisaties zitten klem tussen oplopende kosten, teruglopende subsidies en de structureel zwak-ke inkomenspositie van de hurende kunstenaars. Een manifest van Platform BK, dat beeldend kunstenaars vertegenwoordigt, en de KunstenBond agendeert dit vraagstuk. Een bijkomend probleem vormt de hoogspan-ning op de vastgoedmarkt, waardoor panden zeer gewild zijn bij projectontwikkelaars en gemeenten geneigd zijn om voor de panden die zij aan deze organisaties verhuren andere draagkrachtigere huurders te zoeken. Medewerkers en management van broedplaatsorganisaties staan voor de uitdaging om hun businesscase maatschappelijk en financieel te verduurzamen. Dit vraagt om nieuwe waardeproposities en herpositionering ten opzichte van de gemeente en andere publieke en private stakeholders. Ook het profiel van de broed-plaatsprofessional verandert. Ontwikkelaars van broedplaatsen zijn veelal geleidelijk in hun organiseren-de/coördinerende rol gegroeid. Het speelveld van stedelijke (gebieds)ontwikkeling waarop zij opereren is echter dynamisch. De broedplaatsprofessional krijgt steeds nadrukkelijker de positie van stedelijke kwartiermaker: een nieuwe, hybride rol op het snijvlak van vastgoed, cultuur, welzijn en ruimtelijk(-economisch)e ontwikkeling. Dit project beoogt broedplaatsorganisaties te voeden met (bedrijfs-)strategieën om hun businessmodel toe-komstbestendig te maken en deze te vertalen naar benodigde competenties voor de betrokken professionals. Alleen zo kunnen zij blijven bijdragen aan de politiek gewenste levendige en veelkleurige stad, waar mensen graag wonen en bedrijven zich graag vestigen. Veel onderzoek onderbouwt dat steden die investeren in cultuur economisch beter presteren. Daarbij gaat het niet alleen om toptheaters en –musea maar juist ook om innova-tie en creativiteit ‘van onderop’. Fontys Hogescholen gaat deze problematiek onderzoeken met inzet van een breed consortium creatieve ver-zamelgebouwen, netwerk- en kennispartners. Gezamenlijk vertegenwoordigen deze organisaties ruim 300 ate-liergebouwen/broedplaatsen, 4.700 werkruimten en honderdveertig professionals. De broedplaatsenproble-matiek speelt bovendien in vrijwel alle G40-steden, hetgeen de resultaten van dit project potentieel relevant maakt voor honderden professionals bij gemeenten, woningcorporaties en andere vastgoedeigenaren.
De bouw- en vastgoedmarkt is na de crisis noodgedwongen meer vraaggestuurd geworden. Architecten, bouwbedrijven en projectontwikkelaars zijn daarom op zoek naar hoogwaardige oplossingen voor de realisatie van duurzame gebouwen. Toeleverende mkb-bedrijven zien een toenemende behoefte aan biobased materialen met lagere milieuimpact en extra functionaliteit, waaronder smart functions. Maar zij weten niet goed hoe ze dit moeten realiseren. Voor deze bedrijven is de ontwikkeling van duurzame producten met meer toegevoegde waarde niet vrijblijvend. Door de toenemende concurrentie vanuit lage loonlanden rondom bulkproducten en de toenemende regelgeving is een dergelijke ontwikkeling noodzakelijk voor hun voortbestaan. Een groep van bedrijven is via TNO in aanraking gekomen met polypyrrol, een biopolymeer met een aantal voor bouwproducten zeer interessante eigenschappen. Door biobased dragermaterialen met milieuvriendelijke polypyrrol te behandelen ontstaan materialen met meerdere functies. Doelstelling: Toeleverende mkb-bedrijven willen graag exploreren hoe zij met polypyrrol meer functies in duurzame biomaterialen kunnen introduceren en daarmee nieuwe (smart) biobased materials & products kunnen leveren aan architecten, bouwbedrijven en projectontwikkelaars. Architecten en projectontwikkelaars willen deze materialen en producten graag toepassen. Betrokken mkb-bedrijven: toeleverende bedrijven (producenten en handelaren van additieven, grondstoffen en halffabrikaten) en toepassende bedrijven (architecten, adviseurs, bouwbedrijven, projectontwikkelaars). Resultaat van dit project: een overzicht van mogelijkheden voor het toevoegen van (smart) functions aan met polypyrrol behandelde biobased materialen (hout, bamboe en biocomposieten). Relevante functies worden verder verkend op hun potentie voor de bouw, zoals bijvoorbeeld de potentie van het licht elektrisch geleidend vermogen voor vochtsensoring en stralingsabsorptie. Een deel van de functies wordt doorontwikkeld zodat zij gereed zijn voor toepassing in bouwproducten (denk aan UV bescherming, schimmelwering, brandwerendheid). Deze worden getest in proefopstellingen en een pilotgebouw. Mogelijke (technologische) drempels voor de toepassing worden zo veel mogelijk opgelost. Daarnaast worden nieuwe ketens van bedrijven gevormd om de nieuwe materialen en producten te realiseren.