In Nederland komen maandelijks mensen in vertelgroepen bij elkaar om samen de kunst van het verhalen vertellen te beoefenen. Tekla Slangen liep een half jaar als participerend onderzoeker mee met een lokale vertelgroep. In dit artikel geeft ze een inkijk in wat vertellers beweegt en waaraan ze hun waarde ontlenen.Lang voordat Netflix ons elke dag duizend en een verhalen kon vertellen via een beeldscherm, waren er mensen die de mooiste verhalen in geuren en kleuren uit de doeken deden en hun publiek van alles lieten beleven:verhalenvertellers.Heden ten dage zijn er in Nederland nog steeds tal van vertellers en vertelgroepen actief die voor groot en klein publiek optreden. Zij vertellen uit het hoofd allerlei soorten verhalen, van sprookjes, mythes en fabels tot fragmenten uit de geschiedenis en persoonlijke ervaringen. Wat is de aantrekkingskracht van het verhalen vertellen voor de individuele verteller? Wat voor activiteiten ondernemen zij? En wanneer vinden ze het vertellen van een verhaal echt geslaagd? Deze vragen zijn de aanleiding geweest voor een kleinschalig etnografisch onderzoek naar vertellers bij een vertelgroep. In dit artikel beschrijf ik de belangrijkste resultaten, met de Nederlandse vertelscene als kader.
DOCUMENT
50% van onze studenten vindt een stageopdracht waarin de term ‘social media’ voorkomt. Dat wil volgens mij een aantal dingen zeggen. 1) Bedrijven missen kennis van sociale media en/of hebben geen tijd het zelf op te pakken en 2) bedrijven denken dat een Twitterende student genoeg is om enige social presence te krijgen. Niet beseffende dat een gedegen strategie essentieel is voor een goede inzet van social media. Bij deze dus een crash course social media basics om je kennis en inzicht te verschaffen in hoe social media strategisch in te zetten. Dit artikel is gebaseerd op mijn onderzoek vanuit het Kenniscentrum Innovatie in Business van Hogeschool Utrecht. Na deel 1 en deel 2, is dit deel 3 in een reeks van 5.
DOCUMENT
Patiënten-participatie wordt steeds belangrijker gevonden, omdat men inziet dat patiënten veel ervaring en kennis over hun aandoening en eigen zorg hebben. Deze is nuttig voor verbeteren van zorg en ontwikkeling van nieuwe therapieën. Ervaringen (narratieven: teksten, tekeningen etc) van patiënten kunnen deze kennis ontsluiten. De daarvoor bestaande StoryConnect PNI/SIDE methode werkt, maar is weinig schaalbaar. Deze take-off behelst de verdere ontwikkeling van algoritmes voor tekst/patroon analyse om dit te versnellen en te verdiepen. Daarnaast wordt een business model uitgewerkt om deze nieuwe analyse van patiëntervaringen aan te bieden aan zorginstellingen en bedrijven die zelf producten ontwikkelen voor patiënten.