Composietmaterialen zijn niet meer weg te denken uit de hedendaagse techniek. Niet alleen in de luchtvaart, maar ook in de bouwkunde, civiele techniek, transport en logistiek, scheepvaart, werktuigbouwkunde, en technische bedrijfskunde zal een (hbo) ingenieur vroeg of laat met deze materialen in aanraking komen. Dit boek geeft inzicht in de eigenschappen, vervaardigingsmethoden en ontwerpmethoden die onontbeerlijk zijn om volwaardige oplossingen vorm te geven door slim vezels en matrix te combineren.
DOCUMENT
In het kader van actualisering van voorlichtingspublicaties (een samenwerkingsverband tussen FDP, FME, NIL, NIMR, Syntens en TNO Industrie & Techniek), is deze voorlichtingspublicatie aangepast aan de huidige stand der techniek. De originele publicatie is in 1992 tot stand gekomen door samenwerking van de Vereniging FME/CWM en het Nederlands Instituut voor Lastechniek in het kader van het FME/NIL project "Het lijmen als verbindingstechniek".
DOCUMENT
De eerste uitgave van deze publicatie is in 1995 samengesteld door de werkgroep "Dieptrekken van dunne plaat, staal, aluminium" en geeft gerichte theoretische en praktische informatie ten behoeve van respectievelijk de gebruikers van het omvormproces (dieptrekken, kraagtrekken, strekken), geïnteresseerden in dit proces, technische cursussen en opleidingen. In 2008 is deze publicatie aangepast aan de huidige stand der techniek. De inhoud van deze publicatie behandelt de aspecten welke voor het vormgeven van plaat door middel van dieptrekken, kraagtrekken en strekken van belang zijn. De achterin toegevoegde supplementen over materialen en over machines en gereedschappen geven processpecifieke informatie over de desbetreffende onderwerpen. In de voorlichtingspublicaties VM 111 "Materialen" en VM 112 "Machines en gereedschappen" worden de algemene gegevens over deze onderwerpen behandeld.
DOCUMENT
Alle auto's, windmolens en o.a. houten kozijnen hebben één ding gemeen. Ze moeten gecoat worden om het materiaal te beschermen. Alleen al in Nederland wordt ruim 1 miljard euro omzet gerealiseerd met coatings. Er is dringend behoefte aan verduurzaming en innovatie. Aan het einde van de levensduur wordt de coating meestal verbrand, dit leidt tot meer CO2 omdat coatings veelal van fossiele grondstoffen zijn gemaakt. Het maken van een biobased coating is daarom essentieel. Echter, één belangrijk ingrediënt mist, de aromaat. Het zijn de aromaten die de coating glanzend, krasvast en uv-bestendig maken. De coatingindustrie heeft geprobeerd het fossiele ingrediënt ftaalzuuranhydride (PA) in de hars te vervangen, maar er is tot op heden geen goede oplossing gevonden. Relement ontwikkelde als eerste bedrijf wereldwijd een bio-aromaat, te weten biobased 3-methylftaalzuuranhydride (bio-MPA). Een showmodel van een coating gebaseerd op bio-MPA ontbreekt en dat is precies wat samen met Fontys Hogeschool onderzocht gaat worden in dit KIEM Go-Chem project. Het doel van het project Alchemist is om een biobased alkyd coating showmodel te realiseren gebaseerd op bio-MPA i.p.v. fossiel PA. De eigenschappen van de coating worden getest en vergeleken met een alkyd coating gebaseerd op fossiel PA. Er worden betere eigenschappen verwacht door het vervangen van PA door MPA.
Binnen dit project zal de initiatiefnemer Paques Biomaterials B.V., in samenwerking met de MKB-ondernemingen Maan Glueing Technologies, Senbis Polymer Innovations en de kennisinstellingen Rijksuniversiteit Groningen, Hanzehogeschool Groningen en NHL Stenden Hogeschool werken aan het verbeteren van de aantrekkelijkheid van PHA’s als biobased en biodegradeerbaar polymeer voor tal van toepassingen. Binnen dit JTF-project wordt een deze mismatch tussen vraag en aanbod opgelost waardoor het potentieel van PHA’s voor hoogwaardige toepassingen ontsloten wordt. Er zal hiervoor nieuwe kennis worden ontwikkeld en uitgewisseld op zowel labschaal als een grotere onderzoekschaal van de fermentatie- en extractieprocessen die kunnen sturen op de geselecteerde hydroxyvaloraat-gehalte (HV-gehalte) en molecuulgewicht/viscositeit voor de betreffende applicaties. Paques Biomaterials richt zich binnen dit JTF-project op een gepatenteerd groen oplosmiddelextractieproces voor PHA dat een hoge mate van kwaliteitscontrole mogelijk maakt, vooral bij het gebruik van PHA-biomassa van verschillende herkomst en met verschillende kwaliteiten. Het project zal grotendeels uitgevoerd worden op de nieuwe bedrijfslocatie van Paques Biomaterials, te Emmen. Daarnaast zullen enkele activiteiten ook plaatsvinden op de vestigingslocaties van de samenwerkingspartners, welke overwegend gevestigd zijn in het Noorden.
Aanleiding Klimaatverandering door overmatig gebruik van fossiele brandstoffen bedreigt onze planeet. Mondiaal zoekt men daarom naar alternatieven om de CO2-uitstoot te verlagen. Een aantal bedrijven heeft HAN BioCentre benaderd om hen te helpen een alternatieve olie te vinden als basis voor hun kleurstof-concentraten, verven en bitumineus materiaal. Vanwege de nadelen van plantaardige olie als grondstof, zijn de bedrijven specifiek geïnteresseerd in de mogelijkheden van microbiële olie (tweedegeneratie bio-olie). Doelstelling Hoofddoelstelling van het project is om te komen tot een duurzame en economisch rendabele productie van microbiële olie met een samenstelling die voldoet aan de eisen van de bedrijven. Hiervan afgeleid heeft het onderzoek 3 subdoelen: " het met gist ontsluiten van biomassa (afvalstromen, o.a. papierpulp) naar een tweedegeneratie bio-olie; " de samenstelling van de olie op maat maken door de gist genetisch aan te passen en de groeicondities te optimaliseren; " het verhogen van de olieopbrengst en isolatie-efficiëntie om het proces economisch rendabel te maken. Het onderzoek is georganiseerd in 6 werkpakketten (WP) waarbij ieder werkpakket eigen 'deliverables' en een specifieke expertise heeft. De werkpakketten starten gelijktijdig, ieder onder leiding van een domeinexpert. Daarbij bevat WP1 de in silico-activiteiten (bio-informatica en 'comparative genomics'), WP2 de moleculaire biologie (mutagenese en qPCR), WP3 de chemische analyse (GC en LC/MS) en WP5 de bioraffinage. De centrale werkpakketten zijn WP4, de productie van bio-olie met stam HBC025 (fermentatie van biomassa), en WP6, het testen van de gezuiverde olie in de praktijk. Beoogde resultaten 1) De ontwikkeling van een microbiële olie die men economisch rendabel en maatschappelijk verantwoord kan produceren en die in samenstelling aangepast kan worden aan verschillende producttoepassingen. 2) Het uitbreiden en verduurzamen van het bestaande netwerk rond gistenolie. Hiertoe wordt een consortium gevormd van onderwijsinstellingen, bedrijven en brancheorganisaties dat de hele keten van grondstof tot aan toepassing dekt, zowel op het gebied van kennis als op economische activiteit. Het project is geïntegreerd in het bestaande curriculum Biologie & Medisch, Chemie en Bio-Informatica. De HAN vernieuwt de chemieminor 'Discovery, analysis and production of bio-molecules' en ontwikkelt een minor bio-informatica en een onderwijsmodule voor professionals (i.s.m. consortiumpartners). Brancheorganisatie MVO rapporteert de voortgang van het onderzoek aan bedrijven die zich bezighouden met duurzame productie. Na afloop van het onderzoek zal de betrokken promovendus vakinhoudelijk onderwijs verzorgen. De communicatie- en disseminatieactiviteiten worden in het tweede projectjaar nader uitgewerkt.