Kleine regionale voedselketens, die boeren midden in natuurgebieden een alternatief voor de huidige praktijk verschaffen, dat klinkt te mooi om waar te zijn. Maar het kan.
LINK
Dit rapport is het eindresultaat van een 2,5 jarig RAAK MKB project met als doel om mogelijkheden te onderzoeken waardoor lokale foodbedrijven (meer) voedsel aan de zorg kunnen leveren. Er zijn diverse onderzoekslijnen gevolgd waaronder enquetes bij patienten, voedselinkopers in de zorg en aanbieders van lokaal food. Ook zijn experimenten opgezet en gevolgd. Het blijkt dat beide partijen (aanbieders en inkopers) stappen moeten ondernemen die haalbaar zijn om de economische, gezondheids- en duurzame voordelen van lokaal voedsel beter te benutten. Hier worden concrete suggesties voor gedaan.
DOCUMENT
In het najaar van 2014 is de motie Ruim baan voor Oost Groningen aangenomen, waarna de ‘Commissie van Zijl’ voor Oost Groningen is ingesteld. Om het hoofd te bieden aan de buitengewoon complexe maatschappelijke opgaven in de regio Oost-Groningen, voerde de commissie een tweeledige opdracht uit: het realiseren van een bestuursakkoord (het Akkoord van Westerlee van februari 2015) en het verkennen van mogelijkheden tot vergroting van de werkgelegenheid in de regio. Voor dit tweede punt zijn vijf werkgroepen met vertegenwoordigers van onderwijsinstellingen, zorgorganisaties, ondernemers, FNV, gemeenten en provincie gevormd die projectvoorstellen hebben voorbereid. Een daarvan gaat over de verwaarding van de landbouwproductie door het opzetten van regionale ketens tussen producenten, verwerkers en afnemers. Door de primaire producten binnen de regio te verwaarden creëer je nieuwe werkgelegenheid. Bovendien ontstaat een breed palet aan regionale producten en specialisaties, wordt de agri-foodsector economisch krachtiger en minder milieubelastend – allemaal resultaten waar je de regio positief op de kaart kunt zetten. In december 2015 heeft de commissie haar bevindingen, aanbevelingen en een werkagenda voor de voorgestelde projecten vastgelegd in het eindrapport Kop d'r Veur. GS hebben laten weten dat ze de door de commissie ingezette beweging willen voortzetten. Daarom wordt en is gewerkt aan een voorstel om de projecten verder uit te voeren en een regisseur aan te stellen. Dit is het kader waarin het aanbod voor de voorbereiding van de regionale voedselketen tot stand is gekomen. Verantwoordelijk voor dit bid is de werkgroep landbouw, mede met inbreng vanuit het lectoraat Duurzaam Coöperatief Ondernemen van Hanzehogeschool en Terra MBO.
DOCUMENT
Voedsel en voeding gaan ons letterlijk en figuurlijk aan het hart. De Nederlandse consument eet volgens het Wereld Natuur Fonds jaarlijks bijna 20m2 Amazone-oerwoud weg en is daarmee de grootste Amazoneveelvraat van Europa. We staan voor een even complexe als noodzakelijke opgave: het realiseren van een duurzaam voedselsysteem dat geen beslag legt op waardevol land, bodem, water, fossiele energie en andere grondstoffen. Het huidige voedselsysteem is grootschalig, globaal georiënteerd en leidt tot vele onverwachte en ongewenste neveneffecten. Nieuwe oplossingen voor duurzame circulaire voedselvoorziening zijn daarom gewenst. Een mogelijke oplossingsrichting is het verkorten en lokaal maken van ‘voedselvoortbrengingsketens’ door participatie van producent en consument in een co-creatieproces. Het gezamenlijk ontwikkelen van iconische voorbeelden inspireert producenten en consumenten andere ontwikkelingspaden te overwegen. Lokale grassroot-initiatieven zijn voorbeelden van kleinschalige bottom-up ontwikkelingen die, indien succesvol, als goodpractice op grotere schaal uitgerold kunnen worden. Dit project heeft tot doel met een aantal lokale grassroot-initiatieven nieuwe korte lokale ketens te ontwikkelen en te optimaliseren die als “goodpractice”-voorbeeld kunnen dienen. Creativiteit van ondernemers, burgers en consumenten met verschillende culturele inspiratie wordt benut voor het realiseren van nieuwe lokale korte voedselketens met de tuinbouwkas als uitgangspunt. Het project ontwikkelt in co-creatie twee nieuwe productconcepten in een multiculturele setting en realiseert deze concepten in de kas van de historische tuinbouwschool Frederiksoord in Drenthe.
Voedsel en voeding gaan ons letterlijk en figuurlijk aan het hart. De Nederlandse consument eet volgens het Wereld Natuur Fonds jaarlijks bijna 20m2 Amazone-oerwoud weg en is daarmee de grootste Amazoneveelvraat van Europa. We staan voor een even complexe als noodzakelijke opgave: het realiseren van een duurzaam voedselsysteem dat geen beslag legt op waardevol land, bodem, water, fossiele energie en andere grondstoffen. Het huidige voedselsysteem is grootschalig, globaal georiënteerd en leidt tot vele onverwachte en ongewenste neveneffecten. Nieuwe oplossingen voor duurzame circulaire voedselvoorziening zijn daarom gewenst. Een mogelijke oplossingsrichting is het verkorten en lokaal maken van ‘voedselvoortbrengingsketens’ door participatie van producent en consument in een co-creatieproces. Het gezamenlijk ontwikkelen van iconische voorbeelden inspireert producenten en consumenten andere ontwikkelingspaden te overwegen. Lokale grassroot-initiatieven zijn voorbeelden van kleinschalige bottom-up ontwikkelingen die, indien succesvol, als goodpractice op grotere schaal uitgerold kunnen worden. Dit project heeft tot doel met een aantal lokale grassroot-initiatieven nieuwe korte lokale ketens te ontwikkelen en te optimaliseren die als “goodpractice”-voorbeeld kunnen dienen. Creativiteit van ondernemers, burgers en consumenten met verschillende culturele inspiratie wordt benut voor het realiseren van nieuwe lokale korte voedselketens met de tuinbouwkas als uitgangspunt. Het project ontwikkelt in co-creatie twee nieuwe productconcepten in een multiculturele setting en realiseert deze concepten in de kas van de historische tuinbouwschool Frederiksoord in Drenthe
Dit project richt zich op de opschaling van True Pricing (TP) binnen het voedselsysteem, waarbij de echte kosten van voedselproductie, inclusief sociale en milieukosten, worden berekend. Door het opschalen van het toepassen van deze werkelijke kosten, wil het project bijdragen aan gezondere en duurzamere keuzes bij zowel consumenten als producenten. True pricing (TP) fungeert als een instrument om bewustwording te creëren over de verborgen gevolgen van voedselproductie en -consumptie en stimuleert daarmee een eerlijkere verdeling van kosten en baten. Het project onderzoekt de toepasbaarheid van TP, brengt kansen en knelpunten in kaart en ontwikkelt handelingsperspectieven voor uiteenlopende actoren zoals consumenten, boeren, bedrijven en beleidsmakers. Via praktijkexperimenten wordt getest hoe TP in de praktijk kan worden opgeschaald, met interventies bij boeren, toepassing in voedselketens en gedragsonderzoek bij consumenten. Daarnaast worden scenario’s ontwikkeld voor toekomstig beleid rondom TP, waarbij diverse stakeholders betrokken worden via participatieve sessies. Een belangrijk onderdeel van het project is de verankering van TP in onderwijs en onderzoek. Hiervoor worden leernetwerken voor docenten opgezet, lesmaterialen ontwikkeld en inzichten gedeeld via conferenties en publicaties. Zo wordt beoogd om toekomstige professionals uit te rusten met kennis en vaardigheden die bijdragen aan de bredere toepassing van TP. Het onderzoeksplan is opgebouwd rond vier samenhangende werkpakketten: toepasbaarheid van TP, opschaling in de praktijk, ontwikkeling van beleidsscenario’s en doorwerking in onderwijs, praktijk en onderzoek. Deze geïntegreerde aanpak moet leiden tot een structurele bijdrage aan een duurzaam, rechtvaardig en transparant voedselsysteem. Door maatschappelijke kosten te verlagen en maatschappelijke baten te vergroten, vormt het project een belangrijke stap richting een voedselsysteem waarin de echte prijs van voedsel de norm wordt.