In this article, we investigate how small museums running on volunteers deal with the challenge of innovation given that the future is becoming more digital. From the literature, little is known about the strategies and practices for designing innovative visitor experiences in small museums and about the skills needed for doing so. In particular, we were interested in understanding how professionals working in small museums design experiences that mainly appeal to and engage a younger public and how digital innovation can play a role in both attracting and keeping such audiences engaged with the museum. Our most important conclusion is that the question of “how to innovate” is misplaced and that small museums rather need to capitalize on the strong tie with the community they serve. Only in this way can they lower the threshold to access and connect to a broader public that is younger and more diverse.
DOCUMENT
In dit artikel worden de posities van verschillende actoren, die actief zijn op het gebied van maatschappelijk verantwoord ondernemen en assurance, geïdentificeerd en geanalyseerd. De nadruk wordt momenteel gelegd op vrijwillige activiteiten op het gebied van maatschappelijk verantwoord ondernemen en het rapporteren over deze activiteiten, ondanks dat een nieuwe richtlijn op Europees niveau bepaalde Nederlandse ondernemingen verplicht te rapporteren over maatschappelijk verantwoord ondernemen. Door het vrijwillige karakter van rapportages over maatschappelijk verantwoord ondernemen en het ontbreken van formele regelgeving is er een verhoogd risico dat bedrijven misbruik maken van mvo-rapportages voor bijvoorbeeld zakelijk of persoonlijk gewin. De verwachting is echter dat het belang en de kwaliteit van mvo-rapportages zal toenemen in de nabije toekomst om transparantie te verhogen binnen verschillende branches en sectoren. Hierdoor kunnen mvo-rapportages en de controle hierop ingezet worden om onethisch gedrag te verminderen en meer openheid van zaken te geven hoe ondernemingen te werk gaan.
DOCUMENT
Met de transities in het sociale domein wordt van professionals gevraagd in de uitvoering van de maatschappelijke dienstverlening meer samen te werken met sociale netwerken en vrijwilligers. Internationaal is er veel bekend over het werken met vrijwilligers, maar de literatuur die hierover verschenen is wordt in Nederland nauwelijks gebruikt. Dit boek biedt een overzicht van de belangrijkste internationale publicaties over dit onderwerp en past het toe op ontwikkelingen in de jeugd- en sociale sector in Nederland.
DOCUMENT
In dit artikel wordt de literatuur verkend op het terrein van een meer sociaalparticipatieve benadering van actief burgerschap. In deze literatuur wordt de ontwikkeling van burgerschap verbonden met de noodzaak zicht te ontwikkelen op handelingscontexten die voor zowel burgers als sociale professionals van belang zijn. We verkennen relevante literatuur van onder andere De Tocqueville, Dewey, Putnam, Lichterman en Biesta. Door aandacht te besteden aan burgerschap als praktijk beogen we dichter op de huid van het werk van sociale professionals te kruipen, waardoor de huidige ontwikkelingen rondom de bevordering van actief burgerschap bevraagd kunnen worden. Wat deze literatuurverkenning in beeld brengt is dat actief burgerschap niet tot bloei komt vanuit een opgelegde moraal, maar verbonden dient te worden met het dagelijkse handelen van burgers, waarin het “al doende leren” samen op gaat met de ontwikkeling van betekenisvolle praktijken. Sociale professionals hebben vooral tot taak dit type praktijken te ondersteunen en te faciliteren.
DOCUMENT
The applied University of Amsterdam developed a toolkit, in collaboration with Home-Start Nederland, to support volunteers in applying the Home-Start principles. This study evaluated the implementation of this toolkit.---Dutch:(Implementatie van de Home-Start Toolkit)De Hogeschool van Amsterdam heeft i.s.m. Home-Start Nederland een toolkit ontwikkeld om vrijwilligers te ondersteunen in het toepassen van deze uitgangspunten. De toolkit bestaat uit een set gesprekskaarten, een poster en een werkblad. De toolkit is in het najaar van 2023 verspreid onder Home-Start coördinatoren (professionals die vrijwilligers ondersteunen). Het doel van dit onderzoek was om de ervaringen van coördinatoren met de toolkit in kaart te brengen, en te onderzoeken welke factoren die implementatie van de toolkit beinvloeden.
DOCUMENT
Begin 2020 heeft de gemeente Den Haag aan De Haagse Hogeschool (Lectoraat Urban Ageing) gevraagd om samen met Hulsebosch Advies en AFEdemy een integrale monitor te ontwikkelen en uit te voeren waarbij, door middel van kwalitatieve en kwantitatieve methoden, onderzoek wordt gedaan naar de stand van zaken van Den Haag als seniorvriendelijke stad en tevens te kijken naar huidige trends aangaande ouderen. Tevens vroeg de gemeente om de ontwikkeling van een meetinstrument dat in de toekomst eenvoudig bij herhaling kan worden ingezet voor onderzoek: de standaard Age Friendly Cities and Communities Questionnaire (AFCCQ) voor ouderen1. In een stadsenquête en in zogenaamde stadsateliers zijn ouderen gevraagd naar hun bevindingen. In totaal hebben 393 Haagse ouderen meegedaan aan de enquête en 50 aan de stadsateliers. De aan de ouderen gestelde vragen gingen over de volgende acht onderwerpen die volgens de Wereldgezondheidsorganisatie (WHO) gezamenlijk de seniorvriendelijkheid van een stad bepalen: ●Huisvesting; ●Sociale participatie; ●Respect en sociale inclusie; ●Burgerschap en werkgelegenheid; ●Communicatie en informatie; ●Sociale en gezondheidsvoorzieningen; ●Buitenruimte en gebouwen; ●Transport; ● en aanvullend, een negende domein: Financiën. CC-BY NC ND https://www.dehaagsehogeschool.nl/onderzoek/lectoraten/details/urban-ageing#over-het-lectoraat
MULTIFILE
In dit hoofdstuk wordt het Nederlandse beleid geschetst van het tegengaan van radicalisering en het voorkomen van terroristisch geweld. Hierin neemt het ‘Actieprogramma integrale aanpak Jihadisme’ een belangrijke plaats in. Besproken wordt wat er goed gaat en wat de ontwikkelingsvragen zijn. Het hoofdstuk eindigt met een beschouwing over de behoefte aan sociale innovatie. Aangezien een aantal preventieve interventies behoorlijk ingrijpend kunnen zijn, is het zaak om bij de uitvoering te letten op eenduidigheid en adequate rechtsbescherming.
MULTIFILE
Onderzoeker Philip Marcel Karré bespreekt twee recente rapporten die sociale innovatie in de stadslandbouw belichten. De auteurs beschrijven en analyseren Rotterdamse projecten vanuit twee resp. invalshoeken: als burgerinitiatief in de buitenruimte en als sociale onderneming, en schetsen zo een beeld van de stand van zaken in de praktijk.
LINK
Crowdsourcing is niet nieuw. Er zijn tal van historische voorbeelden waarbij ‘het volk’ opgeroepen wordt vrijwillig bij te dragen aan een probleem of vraag. Met de komst van het internet is het echter veel eenvoudiger geworden een grote groep te enthousiasmeren, het proces efficiënt te begeleiden en de deelnemers blijvend te stimuleren. Bedrijven luisteren al langere tijd naar klanten, gebruiken hun input en hebben focusgroepen om behoeften te achterhalen. Maar nu kan ‘de klant’ op een grotere en directere manier worden benaderd dan ooit (Bonabeau, 2009).
DOCUMENT