© 2025 SURF
Er is iets vreemds aan de hand in het Nederlandse onderwijs. Waar decennialang rust en orde leken te heersen en het onderwijs overzichtelijk verdeeld was naar leeftijd, doelgroep en levensbeschouwing, daar brak eind jaren ‘90 plotseling de pleuris uit.
DOCUMENT
Meertaligheid is zowel een gegeven als een doel binnen het Nederlandse voortgezet onderwijs. De inventarisatiestudie van Catherine van Beuningen en Daniela Polišenská laat zien hoe talendocenten in het voortgezet onderwijs denken en handelen ten aanzien van deze meertaligheid. Uit de gerapporteerde opvattingen concluderen zij dat er op dit vlak nog misvattingen heersen en dat er ruimte is voor meer doelgerichte erkenning en benutting van de meertalige repertoires van leerlingen. De talendocenten in de studie zijn zich ook bewust van deze ontwikkelkansen; de overgrote meerderheid van de ondervraagden geeft bijvoorbeeld aan behoefte te hebben aan handvatten voor talensensibiliserend en/of functioneel meertalig taalonderwijs.
LINK
Inaugurele rede uitgesproken bij de aanvaarding van het ambt van lector aan Hogeschool van Hall Larenstein, 16 juni 2023. Rivieren en beken zijn een gemeenschappelijk, gedeeld goed (in het Engels: common property). De grote rivieren stonden via transport van sediment aan de oorsprong van ons Deltaland en zijn een manifestatie van een belangrijk gedeeld proces: de waterkringloop (Fig. 1). De biogeochemische processen binnen diehydrologische kringloop zorgen voor ons belangrijkste gemeenschappelijk goed: zoet water. Oppervlaktewater – zoals zeewater – verdampt, en wordt door de wind in de vorm van wolken landinwaarts gebracht. Daar valthet als neerslag en zakt in de aarde, wordt gebruikt door planten, verdampt of stroomt vanuit een groter of kleiner stroomgebied via beken en rivieren terug naar zee. Het is daarbij van levensbelang voor ons allen: mensen, dieren en planten. Wij gebruiken rivieren en beken voor ons drinkwater, omvoedsel te verzamelen, als transportader, als riool, als natuurlijke hulpbron inagrarische en industriële productie, voor energieproductie (zowel waterkracht als koeling), als aantrekkelijke woonplaats en voor recreatie. Maar ook wilde dieren en planten gebruiken het als drinkwater,transportader, om voedsel te verzamelen en als leefomgeving. Daarnaast genieten we van de schoonheid van rivieren en beken en biedt het onsinspiratie. Een goed beheer van (het stroomgebied van) beken en rivieren is daarom een gemeenschappelijk belang, waarbij het cruciaal is om de draagkracht van onze watersystemen te kennen en ze niet te overschrijden. Soms moeten we daarvoor terug of verder kijken: naar hoe het vroegerwas, hoe onze buren het doen, of hoe het zou kunnen. In deze rede wordt geschetst hoe er met natuur-gebaseerd rivierbeheer op zoek wordt gegaan naar grote gemene delers: maatregelen waar velen baat bij hebben en waar de belangen ook samenvallen, terwijl we binnen de systeemgrenzen blijven en de draagkracht niet wordt overschreden.
MULTIFILE
Dit rapport bevat de uitkomsten van het eerste deel van het onderzoek, te weten de digitale enquête. Het pretendeert niet een allesomvattende beschouwing over het onderwerp te zijn. Daarvoor kleven er wellicht te veel methodische bezwaren aan, zowel van kwalitatieve als van kwantitatieve aard. Niettemin geeft deze publicatie een indicatief beeld van de verschillende meningen en opvattingen die er heersen binnen de sector. Een beeld dat wordt bevestigd bij het tweede deel van het onderzoek, het rondetafelgesprek met de experts. De bevindingen daarvan staan gepubliceerd in Building Business van november 2008, onder de titel Vernieuwing van de bouw moet doorgaan.
DOCUMENT
‘Brandweer uren bezig om water uit kelders en tunnels te pompen’. ‘Ondergelopen kelders, woningen en tunnels’.
DOCUMENT
Het landschap meenemen in een omgevingsvisie, hoe kunnen gemeenten dat doen? En hoe kunnen zij hierbij bewoners en andere betrokkenen meenemen (participatie)? Deze handreiking helpt gemeenten hierin, stap voor stap. Bijvoorbeeld door een landschapsbiografie te maken. Een gemeente brengt hiermee samen met bewoners uit de streek de kernkwaliteiten en ontwikkelrichtingen van een gebied in kaart. De handreiking bevat vier casussen die laten zien hoe je dit kunt aanpakken. Vervolgens wordt besproken hoe de biografie en de kernkwaliteiten van het landschap richting kunnen geven aan de plannen, ontwerpen en ambities van gemeenten.
MULTIFILE
Op 10 juli 2018 vond op Boerderij De Diek’n te Zeerijp in opdracht van Kenniscentrum Biobased Economy (KCBBE) van de Hanzehogeschool Groningen een schetsatelier plaats. Het atelier, dat onder leiding stond van landschapsarchitect Wim Boetze, was een pilot, beoogd om uitvoering te geven aan het Europese Interreg programma North Sea Periscope1. Hierin maken zes Noordzeelanden (Denemarken, Duitsland, Nederland, Noorwegen, Verenigd Koninkrijk en Zweden) een start voor een permanent innovatieplatform voor nieuwe duurzame ondernemersontwikkelingen (business opportunities) binnen de Noordzeeregio’s. Dit verslag is het product wat hieruit voort kwam.
DOCUMENT