De zorgsector wordt in toenemende mate geconfronteerd met uitdagingen als gevolg van groeiende vraag (o.a. door vergrijzing en complexiteit van zorg) en afnemend aanbod van zorgverleners (o.a. door personeelstekorten). Kunstmatige Intelligentie (AI) wordt als mogelijke oplossing gezien, maar wordt vaak vanuit een technologisch perspectief benaderd. Dit artikel kiest een mensgerichte benadering en bestudeert hoe zorgmedewerkers het werken met AI ervaren. Dit is belangrijk omdat zij uiteindelijk met deze applicaties moeten werken om de uitdagingen in de zorg het hoofd te bieden. Op basis van 21 semigestructureerde interviews met zorgmedewerkers die AI hebben gebruikt, beschrijven we de werkervaringen met AI. Met behulp van het AMO-raamwerk - wat staat voor abilities, motivation en opportunities - laten we zien dat AI een impact heeft op het werk van zorgmedewerkers. Het gebruik van AI vereist nieuwe competenties en de overtuiging dat AI de zorg kan verbeteren. Daarbij is er een noodzaak voor voldoende beschikbaarheid van training en ondersteuning. Tenslotte bediscussiëren we de implicaties voor theorie en geven we aanbevelingen voor HR-professionals.
MULTIFILE
Ervaringen met racisme kunnen subtiel doorwerken in de leerstrategieën, motivaties en werkervaringen van zowel studenten als medewerkers, wat hun kansen op succes in het hoger onderwijs kan beïnvloeden (Nieto, 2004). Bewustzijn hierover is cruciaal om een inclusieve, gelijkwaardige en effectieve onderwijsomgeving te creëren. Een open gesprek kan bijdragen aan het vergroten van dit bewustzijn. Ons uitgangspunt is dat onderwijsprofessionals middels een groepsgesprek kunnen deelnemen aan een betekenisvolle uitwisseling waarin zij de aanpak van uitsluiting en ongelijkheid in verband leren brengen met hun pedagogische verantwoordelijkheid. Maar er is weinig bekend over de randvoorwaarden voor dergelijke gespreksvoering. In dit actieonderzoek staat daarom de volgende vraag centraal: Hoe voer je een eerste, gezamenlijk groepsgesprek over racisme, macht en privilege met professionals?
MULTIFILE
De flexibilisering van de arbeidsmarkt en de individualisering van de samenleving confronteren individuen met de eis om meer zelfsturend te worden. Zelfsturing is gebaseerd op het vermogen om aan zichzelf en aan anderen een verhaal te vertellen over de persoonlijke zin en de sociale betekenis van het eigen leven. Traditioneel was dit verhaal een afspiegeling van de verhalen die in de eigen familie werden verteld over hoe men een zin- en betekenisvol bestaan kon hebben. In onzekere omstandigheden hebben familieverhalen meestal echter maar een beperkte waarde. Veel mensen moeten daarom hun verhaal regelmatig updaten en soms zelfs een compleet nieuw verhaal ontwikkelen. Wij noemen dit identiteitsleren.
DOCUMENT
Binnen twee zorginnovatiecentra in de ouderenzorg wordt op bijzondere wijze theoretische en praktische kennis geïntegreerd. Lecturer practitioners ondersteunen deze integratie van meerdere kennisbronnen. In dit artikel wordt ingegaan op de context en inhoud van de rol van de Lecturer Practitioner en wordt aan de hand van enkele praktijkvoorbeelden geïllustreerd hoe kennisbronnen geïntegreerd worden.
DOCUMENT
In 2024 staat OenG in het teken van 'een duurzaam leerwerkklimaat'. Gastredacteur Sabya van Elswijk sprak hierover met practoren Désirée Bierlaagh en Anne van de Graaf en lector/hoogleraar Manon Ruijters. Hoe kunnen practoraten en lectoraten, samen met het werkveld, impulsen geven aan professionele ontwikkeling en 'goed werk'? Hoe helpt (praktijk)onderzoek daarbij?
DOCUMENT
Als jeugdprofessional leer je door regelmatig op je ervaringen te reflecteren. Voor die reflectie bewandel je een pad waarop je jezelf allerlei vragen kunt stellen. De antwoorden die je vindt, verrijken je inzicht en maken je een evenwichtiger professional.
MULTIFILE
‘De docent in het beroepsonderwijs opent de deuren naar de kennis, zienswijzen, vaardigheid, opvattingen en houdingen die horen bij de toekomstige beroepspraktijk van de student en draagt zorg voor de verwerving van een startpositie daarbinnen. Dat vraagt van docenten om de kleur en geur van een sector of functiedomein te verweven in het eigen zijn, denken en doen’(de Bruijn, 2009, pagina 40, op citaat).
DOCUMENT
Het gaat goed met vrouwen in het Nederlandse hoger onderwijs. Hogescholen en universiteiten hebben al decennialang meer vrouwelijke dan mannelijke studenten, hun studiesucces ligt gemiddeld hoger dan van hun mannelijke studiegenoten en vrouwen doen er gemiddeld korter over om een diploma te halen. Toch verloopt de start van hoogopgeleide vrouwen op de arbeidsmarkt minder rooskleurig dan die van hun mannelijke leeftijdsgenoten die ook hoogopgeleid zijn. Dat is feitelijk al kort na hun start op de arbeidsmarkt zichtbaar. Het percentage burn-out is bij geen enkele groep zo hoog als bij de jonge hoogopgeleide vrouwen. Wat is er aan de hand? En vooral: wat is er nodig voor een betere start op de arbeidsmarkt van deze vrouwen?
DOCUMENT
De uitstroom van professionals uit de jeugdhulp is hoog, ook in de regio Haaglanden. Toch blijft een aanzienlijk aantal jeugdhulpprofessionals in het vak en haalt jarenlang voldoening uit hun werk. Onderzoekers van De Haagse Hogeschool hebben de ervaringen van deze professionals onderzocht om beter te begrijpen wat hen motiveert, hoe ze omgaan met uitdagingen, en hoe ze hun werkplezier weten te behouden. Uit het onderzoek blijkt dat de ruimte om van betekenis te zijn voor jeugdigen en gezinnen belangrijk is voor jeugdhulpprofessionals. Ze halen werkplezier uit het nieuwsgierig kunnen zijn naar de situatie van jeugdigen en gezinnen en het benutten van hun professionele vrijheid om te doen wat nodig is. Het vermogen om hun werk zelf vorm te geven en hun creativiteit en competenties in te zetten, maakt het werk extra aantrekkelijk voor hen.Werken in de jeugdhulp is niet alleen werk dat ertoe doet, maar ook werk dat raakt. Jeugdhulpprofessionals ervaren frustratie wanneer het niet lukt om resultaten te bereiken voor jeugdigen en gezinnen. Het is daarom belangrijk om realistische verwachtingen te hebben, kleine stappen als successen te zien en te accepteren dat niet alles binnen hun invloed ligt. Fijne collega's zijn een belangrijke bron van steun. Professionals hebben baat bij de mogelijkheid om hun verhaal te delen, samen oplossingen te vinden en de verantwoordelijkheid te delen, wat het werkplezier vergroot. Ook organisaties spelen een cruciale rol. Het onderzoek laat zien dat zij het werkplezier kunnen bevorderen door te werken vanuit een langetermijnvisie, professionals meer zeggenschap te geven over hun werk, steunende leidinggevenden in te zetten, ontwikkelingsmogelijkheden te bieden en waardering te tonen. Dit onderzoek is onderdeel van het professional-ervaringsonderzoek (PEO), dat periodiek wordt uitgevoerd in samenwerking met professionals van het Platform Jeugdhulpprofessionals Haaglanden.
MULTIFILE
Deze publicatie gaat over de problematische aard van de transitie van het onderwijs naar de werkplek. Een soepele overgang tussen onderwijs en de werkplek vereist dat lerenden een geïntegreerde kennisbasis ontwikkelen, maar de ontwikkeling daarvan is vaak problematisch omdat de meeste opleidingen kennis en ervaringen versnipperd aanbieden, verdeeld over verschillende vakken, modules en stageervaringen. Om dit probleem te ondervangen stellen wij een ontwerpaanpak voor waarbij de focus verschuift van alleen de individuele deelnemer naar de leeromgeving als geheel. In het bredere concept van leeromgevingen is er ruimte om horizontale verbindingen te leggen tussen de school en de werkplek.
DOCUMENT