In this study, the outcome of treatment with Flammacerium in burn patients is studied. The retrospective study involved patients with acute burns admitted to the Burn Centre of Martini Hospital, Groningen, The Netherlands, between 2009 and 2014. The outcome parameters were mortality, complications (noninfectious and infectious), need of surgery, and length of stay. The group of patients consisted of 853 patients, of which 554 were male (64.9%). There were 23 patients with a total burn size of 40% TBSA or more (2.7%). In total, 13 of the 853 patients (1.5%) died, and none of them were children (<16 years). The overall mortality in the group of patient with burns >40% TBSA was 30.4%. In the elderly group (>70 years), the mortality rate was 6.3%. Treatment with Flammacerium is applicable in all thermal burn patients. Especially children, elderly patients, and patients with severe burns can benefit from a more conservative treatment with Flammacerium whereby the first operation can be postponed until the patient is stabilized and in which the wounds can be covered directly with skin transplants.
DOCUMENT
In deze tekst wordt een balans opgemaakt van de pogingen om de vermeende digitale kloof tussen jongeren en ouderen te dichten. Sinds voor de eerste keer over de digitale kloof werd gesproken, gingen overheden en maatschappelijke instanties op zoek naar oplossingen. Het resultaat is een decennium van sociale interventies geweest. Doelstelling was de burger te verleiden tot het zich eigen maken van nieuwe media. De tekst maakt een grand tour langs de verschillende sociale interventies door nationaal en lokaal beleid. Tevens wordt ingegaan op de vraag OF die kloof wel zo nodig gedicht moet worden, of elke variatie in bezit en gebruik van nieuwe technologie aanleiding moet zijn van overheidsbeleid.
DOCUMENT
Heerlen is een van de snelst verouderende gemeenten in Nederland. Bovendien is Heerlen een gemeente met een onevenredig groot aandeel mensen in een uitkeringssituatie die op of onder de grens van de armoede leven. Het aantal arme ouderen in Heerlen die van een laag of ontoereikend pensioen moeten rondkomen, is naar verwachting dan ook hoog. De verwachting is dus dat er in Heerlen een aanzienlijke groep ouderen is die als kwetsbare ouderen kunnen worden beschouwd. De WMO omschrijft in prestatieveld 3 de gemeentelijke taak om cliënten te informeren, te adviseren en te ondersteunen. Deze algemene taak wordt in dit onderzoek vertaald naar het armoedevraagstuk van ouderen in de gemeente Heerlen. Hoe kan de gemeente ouderen, die hetzij reeds onder de armoedegrens leven, hetzij dreigen daarin te komen ondersteunen om hun plek in de Heerlense samenleving in te vullen? Welke projecten zijn er die zich richten op deze doelgroep en hoe kunnen dergelijke projecten worden uitgevoerd door Heerlense diensten en instellingen, die zich op het terrein van het armoedevraagstuk bewegen? Voor ouderen is een gang naar de arbeidsmarkt om uit hun armoedesituatie te komen geen optie. Sociale activering van ouderen dient dan ook een ander karakter te hebben dan sociale activering bij ontvangers van een uitkering. Dit onderzoek zoekt naar manieren waarop de gemeente Heerlen haar ouderen – en specifiek haar arme ouderen – kan uitnodigen en ondersteunen om actief aan de samenleving deel te nemen. Anders gezegd – wat kan actief burgerschap betekenen voor ouderen op of onder de armoedegrens in Heerlen? Het onderzoek richt zich op de verbetering van de uitvoeringspraktijk van de gemeente Heerlen ten aanzien van ouderen, die op het sociale minimum of daaronder zitten. Speciale aandacht zal er in dit verband uitgaan naar de sociale activering van die ouderen. Hiertoe zullen ‘practices’ van elders onderzocht worden en geanalyseerd op hun bruikbaarheid voor de gemeente Heerlen. In dit onderzoek worden dus twee begrippen gecombineerd, namelijk het begrip kwetsbare ouderen met de aan elkaar verwante begrippen sociale activering en actief burgerschap.
DOCUMENT
Waarom houden vrezers van 'fiat' geld wel van bitcoin?
LINK
Dit onderzoek gaat over de recreatieve senior en zijn wensen op het gebied van vakantie. Het onderzoek richt zich op de drie noordelijke provincies namelijk Groningen, Friesland en Drenthe. Verder wordt er gekeken hoe deze wensen in een vakantiepark toegepast kunnen worden. De senior van dit onderzoek valt onder het segment ‘Rustig Groen’ van het BSR-model van The SmartAgent Company onderzoek in opdracht van RECRON. Dit is een onderzoek waarin de verschillende soorten vakantiegangers zijn onder gebracht om voor de recreatieve parken een duidelijk beeld te geven wat hun doelgroep wil en wat eenpark moet veranderen als hij zich op een andere doelgroep wil richten.De doelstelling van dit onderzoek is het ontwikkelen van een scan die kan worden toegepast op recreatieve ondernemingen die zich willen gaan toeleggen op een nieuwe doelgroep. Hiervoor is de centrale vraag; Waar moet een recreatieve onderneming aan voldoen om zo volledig mogelijk aan te sluiten bijde ‘Rustig Groene’ doelgroep? Het antwoord op deze vraag is gevonden door middel van een enquête, desk onderzoek en veld onderzoek. De enquête is afgenomen op de Vijftig Plus Beurs voor senioren in Utrecht van 16-20 september 2009. Dit heeft er voor gezorgd dat het beeld dat is ontstaan representatief is voor een grotere groep. Een uitgebreide oriëntatie op het onderwerp heeft een duidelijk beeld gegeven van de huidige situatie. Daarnaast is door eigen veldresearch informatie verkregen voor een goed objectief beeld van het onderwerp. De vorm van het onderzoek is voor 90% kwalitatief.De centrale vraag wordt beantwoordt door een aantal deelvragen te stellen deze zijn:- Wie is de ‘Rustig Groene’ doelgroep?- Wat wil de ‘Rustig Groene’ doelgroep op het gebied van recreatie?- Waarom moet de recreatieve ondernemer inspelen op de doelgroep ‘Rustig Groen’?- Aan welke vereisten moet een recreatieve onderneming voldoen om de ‘Rustig Groene’ doelgroep aan te spreken?- Op welke wijze kunnen de wensen van de ‘Rustig Groene’ doelgroep (het beste) worden vertaald in een scan voor ondernemers? Studentenonderzoek in het kader van het thema Leefomgeving.
DOCUMENT
Formatief beoordelen is bezig aan een stevige opmars in het onderwijs, ook in de lichamelijke opvoeding. Het is een manier van didactisch handelen, waarbij heel wat meer komt kijken dan (alleen) het verminderen van het aantal toetsmomenten, of het geven van meer feedback. En het is zeker iets anders dan het simpelweg afschaffen van cijfers.
DOCUMENT
Evenementen en Festivals zijn voor steden tegenwoordig serious business. Ze zijn bepalend voor het imago van de organiserende stad en ze trekken honderdduizenden bezoekers, voor wie het soms een eerste kennismaking met de stad betekent. Zo ook voor de gemeente Den Haag die haar evenementen prominent inzet als stedelijk marketinginstrument. Daarnaast zorgen evenementen jaarlijks voor enkele miljoenen euro's aan omzet en dus ook voor werkgelegenheid in de stad. De gemeente Den Haag wil weten of haar evenementen milieubewuster kunnen en is op zoek naar praktische mogelijkheden. Tegelijkertijd staat het behoud en de stimulering van evenementen hoog in het vaandel. Daarom heeft wethouder Duurzaamheid, de heer R. Smits aan de Haagse Hogeschool gevraagd een 'Roadmap' voor Green Events op te stellen. Dit in het kader van het 'Partnership Duurzame Transitie Den Haag' De Haagse Hogeschool heeft, ter aanvulling van de eigen expertise, advies- en ingenieursbureau DHV ingeschakeld om de vraag van de gemeente Den Haag te beantwoorden. Een 'Green Event' is een evenement met een uitgekiend milieuplan. Daarbij gaat het om mogelijke maatregelen op het gebied van watergebruik, energie, mobiliteit (hoe komen en gaan de bezoekers) en afval. De Kernvraag van het onderzoek is: Hoe kan op efficiënte en evenementvriendelijke manier een 'vergroening' van de Haagse evenementen worden doorgevoerd?
DOCUMENT
Zelfsturing vraagt om medewerkers die zelf initiatief nemen. Maar het vraagt ook om een nieuwe vorm van leiderschap. Het bewerkstelligen van een zelfsturende werkcontext is de sleutel tot succes. De leidinggevende in de rol van architect.
DOCUMENT