De nieuwe Wet Maatschappelijke Ondersteuning (Wmo) dankt haar bestaansrecht deels aan een nakend gebrek aan zorgpersoneel. Deze tekst schetst waar deze zorg vandaan komt en welke oplossingsstrategieen beschikbaar zijn.
DOCUMENT
De alarmbellen luiden al een tijd voor de zorg. Het CBS telde onlangs 68 duizend vacatures. Ook vindt de helft van het zorgpersoneel de werkdruk te hoog. De piek van de vergrijzing moet dan nog komen, die wordt in 2040 verwacht.
DOCUMENT
De zorgen om het risico van het COVID19-virus voor de volksgezondheid nopen tot hernieuwde aandacht voor zorg. Elke dag komt in het journaal wel een arts of de minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport of een deskundige van het RIVM aan het woord. In de media kan iedereen de – vaak schrijnende – verhalen van verpleegkundigen, verzorgenden en professionals uit het sociaal werk lezen. Wij (werkzaam in kenniscentra van hogescholen waar verpleegkundigen, paramedici en sociale professionals worden opgeleid) juichen het toe dat er meer aandacht is voor zorg. We willen echter een aantal kanttekeningen plaatsen bij de manier waarop deze aandacht wordt ingevuld. We doen dit vanuit een zorgethisch perspectief, geïnspireerd door het werk van María Puig de la Bellacasa.
DOCUMENT
Het zorgsysteem staat onder druk. Dit heeft alles te maken met de stijgende complexe zorgvraag en schaarste in zorgpersoneel. Dit heeft ertoe geleid dat de druk op bedden in het ziekenhuis enorm is, waardoor patiënten sneller en daardoor vaak ook zieker dan voorheen naar huis gaan. Patiënten zijn meer dan ooit afhankelijk van hun eigen sociale netwerk.Het is van groot belang dat zowel patiënten als familieleden hierop worden voorbereid.Het lectoraat draagt bij aan kennisontwikkeling over hoe we patiënten- en familieleden het beste tijdens de ziekenhuisopname kunnen betrekken en wat de effecten daarvan zijn. En hoe zorgprofessionals de participatie van familieleden tijdens ziekenhuisopnames kunnen stimuleren.
DOCUMENT
Het Stroke Cohort Outcomes of REhabilitation (SCORE)-onderzoek bestaat tien jaar. Dit observationele onderzoek van Basalt volgt patiënten met een beroerte. Aanvankelijk was het doel om uitkomsten, praktijkvariatie in proces en structuur, en kosten te meten. Momenteel is het onderzoek meer gericht op meeteigenschappen van nieuwere Patient-Reported Outcome Measures (PROMs). In dit artikel geven we een overzicht van de resultaten van het SCORE-onderzoek met gerichte aanbevelingen en blikken we vooruit.
DOCUMENT
In de zorg loopt het aan alle kanten vast. Steeds meer rapporten en zorgverleners geven dezelfde boodschap af: er is een zorginfarct. Dat betekent dat een deel van de zorg vastloopt, achteruitgaat of mogelijk verdwijnt als we op deze manier doorgaan. Kan de Hanzehogeschool er met praktijkgericht onderzoek voor zorgen dat de zorg in de toekomst duurzaam en werkbaar is? In de podcast gaat Tjarda Polderman in gesprek met Dr. Marie Louise Luttik, Gepke Veenstra en Lenie Oziel-Schut die alle drie werken aan een mogelijke route uit het Zorginfarct. Onderwerpen in het Hanze Impact Magazine laten zien hoe de Hanzehogeschool de wereld in beweging brengt. Bekijk via deze link het artikel over het Zorginfarct: https://sway.office.com/yLpIlzEYu6SG9GC1
MULTIFILE
De digitalisering binnen de zorgsector heeft geleid tot aanzienlijke veranderingen in de manier waarop zorgdossiers worden beheerd. Voor verpleegkundigen in opleiding betekent dit dat zij moeten leren werken met deze digitale tools. Om hen hierop voor te bereiden, willen onderwijsinstellingen een zo realistisch en authentiek mogelijke leeromgeving creëren. Ondanks deze inspanningen blijven er uitdagingen bestaan bij de implementatie van didactische elektronische patiëntendossiers (EPD).
LINK
In de wereld om ons heen hebben we te maken met data en cijfers. Het vermogen om met getalsmatige informatie om te gaan, heet gecijferdheid. 1 op de 6 inwoners in Nederland heeft moeite met cijfers. De infographic geeft de uitdagingen weer van mensen die in het dagelijks leven moeite hebben met gecijferdheid en laat zien welke factoren een rol spelen bij gecijferdheid.
MULTIFILE
Over eenzaamheid in verpleeghuizen is relatief weinig bekend. Het doel van deze studie is inzicht krijgen in de prevalentie van sociale, emotionele en existentiële eenzaamheid onder verpleeghuisbewoners en de samenhang tussen eenzaamheid en deelname aan activiteiten en het hebben van contacten. Data is verzameld onder verpleeghuisbewoners van zorgcentra en groepswoningen in de provincie Zeeland (N = 101; leeftijdsrange = 42 tot 103 jaar; mediaan = 83 jaar; 71% = vrouw). Sociale, emotionele en existentiële eenzaamheid zijn bevraagd, alsmede persoonsgegevens en deelname aan activiteiten en het hebben van contacten. Prevalentiecijfers van eenzaamheid zijn berekend. Regressieanalyses zijn uitgevoerd om de relatie tussen eenzaamheid en persoonsgegevens, deelname aan activiteiten en het hebben van contacten te onderzoeken. De meerderheid van de respondenten voelt zich emotioneel, sociaal en/of existentieel eenzaam. Een langere verblijfsduur in het verpleeghuis en deelname aan beweegactiviteiten hangen samen met een mindere mate van sociale eenzaamheid, maar niet met emotionele of existentiële eenzaamheid. Het aanbod aan activiteiten in het verpleeghuis is gericht op sociale eenzaamheid. Voor emotionele en existentiële eenzaamheid lijkt geen aanbod te bestaan, terwijl deze vormen van eenzaamheid vaak voorkomen in het verpleeghuis.
MULTIFILE