Met de JIM-aanpak wordt beoogd gezinnen met jongeren te ondersteunen zelf de regie te nemen in het hanteerbaar maken van hun problematiek, door het betrekken van een door de jongere zelfgekozen mentor. Huidig onderzoek richt zich op de manier waarop professionals bij Youké tijdens het uitvoeren van de JIM-aanpak uiting geven aan vier theoretische kernconcepten onderliggend aan de JIM-aanpak. Dit is onderzocht door middel van kwalitatieve analyses van audio-opnames bij 17 gezinnen en interviews met negen gezinnen, waarvan negen ouders en acht jongeren. Uit de resultaten is gebleken dat de vier kernconcepten duidelijk terugkomen in het handelen van de professionals en ook als zodanig door jongeren en ouders worden herkend. Jongeren en ouders zijn over het algemeen tevreden over de hulp die zij hebben ontvangen en zouden de JIM-aanpak aanraden aan anderen. Er kwam een aantal aanbevelingen uit het onderzoek naar voren: 1) Meer duidelijkheid in de keuze wie van de gezinsleden wel of niet betrokken wordt in een gesprek tijdens het traject, 2) Het maken van heldere afspraken tussen alle betrokkenen over rolverdeling, contactmomenten en de richting van het traject, 3) Concrete afspraken met de gezinsleden en de JIM over de betrokkenheid van de JIM na afsluiting van het traject. De bevindingen uit dit onderzoek kunnen bijdragen aan de doorontwikkeling van de JIMaanpak binnen Youké en de JIM-training voor professionals. Om implementatie van de bevindingen te stimuleren, worden deze besproken en geduid met professionals tijdens een organisatiebrede methodiekbijeenkomst.
Huidig onderzoek naar de samenwerking tussen professionals uit de specialistische hulp voor jeugd en informele mentoren binnen de JIM-aanpak is één van de projecten in de Academische Werkplaats Transformatie Jeugd (AWTJ) Utrecht. De AWTJ Utrecht is een samenwerkingsverband tussen kennis-, praktijk- en opleidingsorganisaties en de gemeente Utrecht. Met de JIM-aanpak worden gezinnen ondersteund om zelf de regie te nemen in het hanteerbaar maken van de problematiek, door het betrekken van een door de jongere zelfgekozen mentor. Met dit onderzoek wordt inzicht verworven in de factoren die bijdragen aan een optimale samenwerking tussen professionals en JIM’s. Binnen een kwalitatief design werden professionals van Youké, specialistische jeugdhulp, en JIM’s binnen 15 trajecten geïnterviewd over de samenwerking. Uit de resultaten blijkt dat de succesfactoren in de samenwerking vooral liggen op het gebied van een gelijkwaardige samenwerkingsrelatie. De verbeterpunten betreffen met name de sturing van de professionals tijdens het traject, de roldefiniëring van de JIM aan het begin en het einde van het traject en de ondersteuning van de JIM door de professional. Meer afstemming en duidelijkheid voor JIM’s en professionals over de rolinvulling van de JIM is nodig. Tevens is het inbouwen van intensievere ondersteuning tijdens vaste contactmomenten voor JIM’s die hier behoefte aan hebben gewenst. De bevindingen uit dit onderzoek kunnen bijdragen aan de verdere ontwikkeling van de JIM-aanpak en de JIM-training voor professionals.
Wereldwijd wordt taal dé indicator genoemd van het welbevinden van kinderen. Een niet goed verlopende taalontwikkeling heeft grote impact op het emotioneel welbevinden van kinderen. Ongeveer 7% van alle kinderen heeft een taalontwikkelingsstoornis. Taalontwikkelingsstoornissen gaan vaak gepaard met andere ontwikkelingsproblemen. Taalexperts zien vaak motorische problemen bij kinderen met taalontwikkelingsstoornissen. Aan de andere kant zien bewegingsexperts vaak taalproblemen bij kinderen met motorische stoornissen. Kinderen met taalstoornissen én motorische stoornissen hebben een dubbele handicap; schoolse, sociale en fysieke activiteiten vormen een uitdaging. Vroege identificatie en behandeling van kinderen met taal- en motorische stoornissen is van cruciaal belang om hun kansen op maatschappelijke participatie te vergroten. Taalstoornissen en motorische stoornissen kunnen al goed worden opgespoord. Echter, taalexperts en bewegingsexperts geven aan handvatten nodig te hebben om in een vroeg stadium onderscheid te kunnen maken tussen hardnekkige neurologische stoornissen en tijdelijke achterstanden in taal en motoriek. Het maken van dit onderscheid is belangrijk voor de keuze van het juiste zorgtraject. De verwachting is dat taalproblemen in combinatie met motorische problemen kan duiden op een onderliggende neurologische stoornis. Deze informatie zou zowel taalexperts als bewegingsexperts in staat kunnen stellen om al voor het vijfde levensjaarjaar een neurologische ontwikkelingsstoornis in taal en/of motoriek te identificeren en te onderscheiden van niet-neurologische taal- en motorische achterstanden. De missie van BEPTOS is om samen met taalexperts en bewegingsexperts een vroegere diagnose van taal- en motorische stoornissen mogelijk te maken, zodat de juiste zorg kan worden ingezet en de kans op maatschappelijke participatie van jonge kinderen vergroot kan worden. Deze missie sluit aan bij NWA-route Jeugd in ontwikkeling bij het Thema Gezondheid & Zorg en het geven van een kansrijke start aan kinderen met behulp van een interprofessionele gezondheidsaanpak.
Het project Beter Voorbereid optimaliseert, onderzoekt en verduurzaamt de e-health applicatie BeterVoorbereid om het preoperatieve zorgtraject te ondersteunen. Goede voorbereiding is het halve werk. Dit geldt ook voor patiënten op de wachtlijst voor een chirurgische ingreep. Onderzoek laat zien dat een sneller herstel gerelateerd is aan een goede gezondheidsstatus voorafgaand aan een operatie. Het aanpassen van leefstijl en fysieke conditie voor een operatie is daarom effectief in het verbeteren van fysiek functioneren na de operatie. Het blijkt echter lastig om patiënten goed te informeren in de hectische periode voor een operatie. Onderzoek laat zien dat slechts 15% van de gegeven informatie wordt onthouden. Daarnaast is het voor tweedelijns fysiotherapeuten lastig om gepaste zorg te organiseren voor de patiënt in zijn/haar woonomgeving. Dit heeft er toe geleid dat vanuit de (ziekenhuis)fysiotherapie het initiatief is genomen om samen met MKB partijen op zoek te gaan naar een mogelijke oplossing. Uit dit initiatief is de app BeterVoorbereid voort gekomen. Deze app bevat gepaste adviezen om de leefstijl en fysieke conditie van patiënten te verbeteren, en een koppeling naar een platform waar eerstelijns fysiotherapeut hun expertise aanbieden voor aanvullende persoonlijke begeleiding. De eerste versie van de app is in 2019 in een pilot getest. Op basis van resultaten en feedback uit de pilot is de app verder gepersonaliseerd en is in juni 2020 gestart met de grootschalige multicenter RCT. Het onderzoek Beter Voorbereid richt zich op de randvoorwaarden voor een duurzame implementatie van de app en de daaraan gekoppelde zorg door 1) het personaliseren van de app, 2) het opzetten van een preoperatief netwerk, 3) onderzoek naar de effectiviteit op patiëntuitkomsten en 4) inzet op implementatie en businessmodellen van de innovatie. In alle werkpakketten wordt zowel onderwijs als de beroepspraktijk vanaf het begin van het project actief betrokken.
Het project BeterVoorbereid optimaliseert, onderzoekt en implementeert de e-health applicatie BeterVoorbereid om het preoperatieve zorgtraject te ondersteunen en het fysiek herstel van patiënten te verbeteren. Een goede voorbereiding is het halve werk, ook voor patiënten op de wachtlijst voor een chirurgische ingreep. Onderzoek laat zien dat verbeteren van leefstijl en fysieke conditie voorafgaand aan een operatie positieve effecten heeft op het fysieke herstel na de operatie . Het blijkt echter lastig om patiënten goed te informeren in de hectische periode voor operatie. Onderzoek laat zien dat slechts 20% van de informatie wordt onthouden. Daarnaast is het voor patiënten en tweedelijns fysiotherapeuten lastig om gepaste zorg te vinden in de woonomgeving van de patiënt en is financiering van deze preoperatieve zorg een uitdaging. Dit heeft er toe geleid dat enkele fysiotherapeuten het initiatief hebben genomen om samen met MKB partijen op zoek te gaan naar een mogelijke oplossing. Uit dit initiatief is de app BeterVoorbereid voort gekomen. Deze app bevat gepaste adviezen om de leefstijl en fysieke conditie van patiënten te verbeteren, en een koppeling naar een platform waar eerstelijns fysiotherapeuten hun expertise aanbieden om patiënten te begeleiden bij hun preoperatieve voor bereiding. De eerste versie van de app wordt in het voorjaar van 2018 in een pilot getest. Er liggen reeds wensen voor het verder personaliseren van de app en het opzetten van een robuust preoperatief netwerk van eerstelijns fysiotherapeuten rondom de ziekenhuizen die de app aanbieden. Dit voorstel richt zich daarom op de randvoorwaarden voor een duurzame implementatie van de app en de daaraan gekoppelde zorg door 1) het personaliseren van de app, 2) het opzetten van een preoperatief netwerk, 3) onderzoek naar de effectiviteit op patiëntuitkomsten en 4) inzet op implementatie en businessmodellen van de innovatie. In de werkpakketten wordt zowel onderwijs als de beroepspraktijk actief betrokken.