Juist in tijden waarin we allemaal dag in dag uit achter een schermpje zitten, is een gemeenschapsgevoel belangrijk. Marca Wolfensberger, lector aan de Hanzehogeschool en honourscoördinator van de faculteit Geowetenschappen en UU-bachelorstudent Marte Vroom doen onderzoek naar communityvorming in het hoger onderwijs in coronatijd. Zij raden aan studenten meer te betrekken bij hun eigen onderwijs en komen met vier tips.
MULTIFILE
This paper explores how residents of Helmond Brandevoort, a neotraditional neighbourhood in the Netherlands, socially construct a 'classed' place identity and what role the historicised architecture plays within that process. Given that place identity is constructed through social and cultural practices, the paper argues that residents' consumption of historicised environment is bound up with drawing symbolic boundaries which were explored here by analysing residents’ narratives. Two prominent types of narratives were found: their aesthetic judgement of the residential environment and the way they use it. Through these layered narratives, all interviewees appear to use historicized aesthetics to classify themselves as part of a valued social category. In the neighbourhood explored, the way of boundary drawing based on fostering moral judgements of social behaviour accompanied by efforts to keep neighbourhoods' historicised image unchanged.
De HvA zou moeten inzetten op krimp van studentenaantallen, maar andere gebieden dan een groei moeten streven, vindt August Hans den Boef. De auteur beschrijft hoe hij in de jaren 70 de hogeschool heeft zien veranderen, de gebouwen verhuisden naar de periferie van de stad. Studenten werden klanten. Door groei in kwaliteit en aantal studenten moesten de hogescholen aan kwaliteit inboeten. De auteur beschrijft vervolgens waar de hogeschool zich wel op zou moeten richten.
De bacheloropleiding sociale geografie en planologie van de Universiteit Utrecht heeft het afgelopen jaar geëxperimenteerd met community engagement. Binnen deze (pilot)cursus werken studenten in de wijk Lunetten samen met lokale actoren aan maatschappelijke vraagstukken. Een belangrijke pijler in dit proces betreft het identificeren van de lokale maatschappelijke kwesties die spelen op buurtniveau. Welke relevante vraagstukken spelen er daadwerkelijk in de wijk, en hoe kunnen we de lokale actoren hier bij betrekken? Het uitgangspunt hierbij is dat lokale actoren en inwoners beschikken over cruciale en relevante kennis die nodig is om een succesvolle samenwerking op te zetten. De ervaring van de pilotcursus leert dat het nog niet duidelijk is welke vaardigheden studenten leren binnen deze specifieke onderwijscontext. Daarbij is het van belang om te onderzoeken welke vaardigheden nodig zijn om de samenwerking tussen maatschappelijke partners en de Universiteit te versterken. Zodoende is het oogpunt van dit onderzoek gericht op de volgende hoofdvraag: Welke vaardigheden ontwikkelen bachelorstudenten sociale geografie en planologie tijdens het identificeren-, en uitwerken van maatschappelijke relevante thema’s op buurtniveau, en welke vaardigheden zijn hierbij relevant om een effectieve samenwerking met lokale actoren te onderhouden? Het onderzoek neemt hierbij de bekende uitspraak van de Romeinse filosoof Seneca als uitgangspunt 'non scholae sed vitae discimus' (we leren niet voor school maar voor het leven). Middels een literatuurstudie worden allereerst de relevante wetenschappelijke theorieën m.b.t. de effecten van rijke leeromgevingen op het opdoen van kennis en vaardigheden in kaart gebracht. Het empirische onderzoek vindt vervolgens plaats binnen de cursus Community Engagement Lunetten. Dit betreft een multiple methods approach waarbij enerzijds kwantitatieve data zal worden verzameld om de verschillende vaardigheden inzichtelijk te maken, alsmede het effect van de leeromgeving en opdrachten binnen de cursus. Daarnaast wordt er ook gebruik gemaakt van kwalitatieve onderzoeksmethoden die zullen zorgen voor meer diepgang binnen de empirische data.