Hoe dichters dichten sullen ende wat sie hantieren sullen (ca. 1330) van Jan van Boendale leent zich bij uitstek om scholieren een literair-wetenschappelijk onderzoekje te laten doen. In deze tekst legt Boendale uit waaraan een goed verhaal en een goede schrijver moeten voldoen. Zijn puntsgewijze uitleg zorgt voor een helder en begrijpelijk betoog. Hiermee kan de leerling zelfstandig aan de slag met een middeleeuws literair boek: hoeveel 'Boendale-aspecten' vind je terug in de door jou gekozen tekst? Hoe meer aspecten je ziet, hoe beter het verhaal past binnen de middeleeuwse poëtica, hoe mooier de middeleeuwers het verhaal gevonden hebben.