Voor dit onderzoek is gekeken naar vrijetijdsactiviteiten in een wijkcentrum en bij een vrijwilligersorganisatie die (vrijetijds)activiteiten organiseert voor vluchtelingen. De resultaten van het onderzoek laten zien dat deelname aan activiteiten en de contacten die mensen daar opdoen niet los kan worden gezien van het gehele netwerk aan activiteiten, faciliteiten, vrijwilligers en lokale organisaties. Dit netwerk beïnvloedt op een positieve manier de mogelijkheden voor deelname aan activiteiten en daarmee ook de mogelijkheden voor het aangaan en uitbouwen van contacten. Ook het internet speelt hier een rol in, omdat het communicatie en informatievoorziening vergemakkelijkt (gebruik van Whatsapp en Facebook). Uit aanvullend onderzoek naar activiteiten die hun oorsprong online vinden (bijvoorbeeld virtuele communities rondom een bepaald onderwerp zoals het lezen van boeken of fancultuur) blijkt dat contacten niet beperkt blijven tot het virtuele. Er is behoefte om elkaar ook fysiek te ontmoeten. Of en hoe fysieke ontmoetingen gerealiseerd worden, hangt wederom af van de aanwezige sociale infrastructuur, zoals de beschikbaarheid van bibliotheken als openbare ontmoetingsruimte en van al aanwezige activiteiten of evenementen als ontmoetingsaanleiding. Dit pleit ervoor om naar de anatomie van vrijetijdsbesteding kijken als voedingsbodem voor sociale cohesie en sociaal kapitaal in lokale gemeenschappen. Het gaat dan om het samenspel van ruimtes, plekken, projecten en evenementen die niet beperkt zijn tot één vrijetijdsdomein zoals sport of cultuur: het betreft een bont veld met een scala aan meer informele en meer formele plekken en activiteiten waarbinnen en waartussen mensen zich bewegen. We moeten niet alleen kijken naar de mate waarin mensen aan bepaalde activiteiten deelnemen (collectief) en wat het voor hen betekent (individueel), maar ook hoe deelname aan een activiteit ontstaat door de context waarin het plaats heeft, en ook hoe die activiteit vervolgens bijdraagt aan die context en er onderdeel van wordt.
Dit project heeft tot doel in kaart te brengen hoe virtuele en fysieke sociale interacties in de vrije tijd zich tot elkaar verhouden. Wat is de impact van virtualisering van de vrijetijd op lokale praktijken? Vrijetijdspraktijken worden traditioneel gezien als gelegenheden bij uitstek om op een laagdrempelige manier in contact te komen met anderen en worden aangewend om sociale cohesie te bewerkstelligen (bijvoorbeeld via urban gardens). Het internet heeft echter voor nieuwe vormen van vrijetijdsbesteding en daarmee gepaard gaande sociale interactie gezorgd. Het is mogelijk om -bijvoorbeeld in het kader van een hobby zoals gamen- contact te leggen met gelijkgestemden aan de andere kant van de wereld. Dit roept de vraag op naar de invloed van digitale media en individualisering van de vrije tijd op de omvang en aard van sociale netwerken die aan de basis staan van sociale cohesie en sociaal kapitaal. Mogelijk versterken virtuele praktijken lokale sociale netwerken. Aan de andere kant kunnen mensen met een beperkte toegang tot de virtuele wereld buitengesloten raken. Onderzoek is nodig om te begrijpen hoe virtuele en fysieke sociale contacten op elkaar inwerken. In afstemming met bewoners en lokale organisaties beoogt dit project vervolgens een antwoord te geven op de vraag hoe de interactie tussen virtuele en fysieke praktijken succesvol kan bijdragen aan de kwaliteit van de sociale leefomgeving.
Het onderzoek zal een mixed methods benadering toepassen om inzicht te verkrijgen in de (micro)dynamiek van de interactie tussen virtuele en fysieke vrijetijdspraktijken Vervolgens zullen de resultaten van het onderzoek benut worden om met bewoners en lokale organisaties een instrument te ontwikkelen om zowel fysieke als virtuele sociale verbindingen in de buurt in kaart te brengen en te versterken.
Het project maakt deel uit van het onderzoeksprogramma Placemaking and Events van Breda University of Applied Sciences.