Onderzoek naar de ouderdom van de schutterijen van Heel en Panheel, eind 19e, begin 20e eeuw. Ook een instructie hoe men oude foto's zou kunnen interpreteren en analyseren.
DOCUMENT
Japan begon aan het einde van de 19e eeuw met het moderne concept ‘the movement of civilization’. Meer dan honderd jaar volgde Japan de westerse modellen van onder andere het sociale domein. Japan werd na de Tweede Wereldoorlog het eerste land in Azië met een verzorgingsstaat. Dit terwijl het sociaal werk in die tijd nog niet erkend werd.
DOCUMENT
Dit artikel is gewijd aan de kernbegrippen van dit themanummer: innoveren, ondernemen, globalisering en de relaties daartussen. Uiteenlopende invalshoeken en disciplines zijn nodig om die verbanden te duiden. Gebruikmakend van kennis over innovaties en innovatieprocessen laten zich verschillende typen innovaties schetsen. Door innoveren in historisch perspectief te plaatsen laat zich de relatie leggen naar globalisering. Economie en economische wetenschap maken het mogelijk om de relatie tussen innoveren en ondernemen te expliciteren. Sociale psychologie tenslotte helpt bij het beantwoorden van een hele praktische vraag: innoveren – hoe doe je dat?1
DOCUMENT
Drie Nederlandse MKB-bedrijven in het veld van de landschapsarchitectuur en stedenbouw (H+N+S, Palmbout en Bosch Slabbers) bouwen een portfolio op op de Amerikaanse markt. Zij brengen een specifiek Nederlandse traditie in van integrale planning, die erg goed aansluit bij het concept van circulaire economie. Het toepassen van die Nederlandse traditie in een Amerikaanse context vraagt om allerlei kleinere en grotere innovatiestappen. Zij schatten in dat hun marktaandeel groter kan zijn als opdrachtgevers beter kunnen plaatsen wat hun werk inhoudt. In het project wordt een bekend 19e-eeuws ontwerp voor Back Bay Fens in Boston (VS) van de beroemde Amerikaanse landschapsarchitect Frederick Law Olmsted, nader geanalyseerd vanuit het oogpunt van duurzaamheid en circulaire economie. Door het ontwerp en de onderliggende duurzaamheidsprincipes te vergelijken met enkele hedendaagse projecten van de bureaus wordt inzicht verkregen in de verschillen en overeenkomsten in de ontwerpbenadering en –aanpak. We willen van deze vergelijking leren en hiermee laten zien hoe de bureaus een dergelijk gedachtengoed in de huidige beroepspraktijk operationeel maken. Het project gebruikt dus het terugblikken op een historisch Amerikaans ontwerp en ontwerpproces om hiervan te leren voor hedendaagse ontwerpopgaven en om huidige eigen ontwerpen voor potentiële Amerikaanse opdrachtgevers beter begrijpbaar te maken, perspectief te geven en daarmee de positie van de Nederlandse bureaus op het gebied van innovatieve en duurzame projecten op de Amerikaanse markt te versterken.
A) De muziek uit de lange 19e eeuw (vanaf Beethoven tot Debussy) is de kern van het repertoire dat de klassieke muziekindustrie op ieder niveau domineert: vanaf de conservatoriumopleidingen tot de concert- en festivalprogrammering en het academisch onderzoek. Dit wordt vaak opgevoerd als een reden om dit repertoire ‘met rust te laten’. We weten echter dat de wereld van klassieke muziek ‘in crisis’ is, met aan de ene kant teruglopende publieksparticipatie en dalende budgetten en aan de andere kant de vrees om de status quo te verstoren en daardoor het geringe publiek en de beperkte middelen te verliezen. B) Artistiek onderzoekers hebben recentelijk een diepe kloof ontdekt in de manier waarop dit kernrepertoire in de 19e eeuw werd gespeeld, ervaren, begrepen en onderwezen, in vergelijking tot de manier waarop dit tegenwoordig wordt gedaan. Zij ontdekten ook een verontrustende kloof tussen wat ‘moderne’ musici weten, wat zij denken te doen, en wat zij feitelijk doen – met name met betrekking tot hun overtuigingen over artistieke ‘eigenaarschap’ en historische informatie. Onderzoekers hebben ontdekt dat dit uitvoerders-perspectief nieuw leven in blazen een verfrissende werking heeft op hoe wij ons verbinden met dit repertoire, terwijl tegelijkertijd oplossingen gezocht en aangedragen worden in het streven van de klassieke muziek naar relevantie en verbinding met de werkelijkheid van vandaag. Deze bevindingen dienen echter vanuit de sfeer van het artistiek onderzoek door te vloeien naar andere segmenten van de muziekindustrie. C) Dit project heeft als casus de heroverweging van het meest vereerde romantische repertoire, dat van Johannes Brahms, en stelt zich ten doel de 19e-eeuwse muzikale praktijk te ‘reanimeren’, zodat de hierboven onder A) genoemde crisis van de klassieke muziekindustrie, en ook de onder B) genoemde kloof tussen mainstream ‘moderne’ uitvoeringspraktijk en historische geïnformeerde uitvoeringspraktijk onder handen genomen worden.