Als de veiligheid verbetert, maar de Rotterdammers dat niet lijken te merken, schiet het veiligheidsbeleid tekort. Bij de behandeling van het nieuwe veiligheidsprogramma, #Veilig010 (Gemeente Rotterdam, 2013), werd een raadsbrede motie ingediend om te achterhalen wat achter deze ontwikkeling schuilgaat. En vooral natuurlijk, wat daaraan gedaan zou kunnen worden. Dus werd besloten tot een zogenaamde ‘brede consultatie’. Als Rotterdamse lector Publiek Vertrouwen in Veiligheid legt Marnix Eysink Smeets zich al geruime tijd toe op de vraag hoe burgers hun veiligheid ervaren, waardoor die ervaring wordt beïnvloed en – vooral – wat je als bestuur eraan kunt doen om de veiligheidsbeleving op een voldoende niveau te brengen of te houden.
Het belang van sport en bewegen voor een gezond en vitaal Nederland is overduidelijk voor de ‘believers’ in de kracht van sport. De sport heeft echter moeite om deze kracht daadwerkelijk aan te tonen in het politieke en publieke debat. Daarnaast zijn er nog veel (groepen van) burgers die niet of te weinig bewegen en een inactief leven leiden.
In dit paper vind je een toelichting op de Cirkel van Interactie, een aanpak die helpt bij het ontwerpen en uitvoeren van constructieve gesprekken tussen publieke organisaties en hun omgeving. Dit paper is geschreven voor (aankomend) professionals die gesprekken organiseren als onderdeel van participatieprocessen waar verschillende groepen betrokkenen, waaronder burgers aan deelnemen. Het kan gaan om bijeenkomsten met een klein of groot aantal deelnemers. De inhoud van dit paper is geschreven voor projectleiders, omgevingsmanagers en communicatieprofessionals van publieke organisaties of initiatiefnemers van een burgerinitiatief.
In veel Afrikaanse landen zien we een inperking van de maatschappelijke ruimte (‘civic space’). Deze ruimte is cruciaal om in democratische staten transparantie, vrijheid van meningsuiting en verantwoording van bestuur te realiseren. In een steeds sterke digitaliserende maatschappij wordt toegang tot digitale middelen een mensenrecht. Daar waar regeringen proberen hun burgers en organisaties dat recht tot digitale informatievoorziening en –uitwisselingen te ontnemen komen de Sustainable Development Goals in het gedrang. Doel African Digital Rights Network (ADRN) wil inzicht verkrijgen in de stakeholders ne technologieën die betrokken zijn net het openen of onderdrukken van de online maatschappelijke ruimte (‘civic space’). Het netwerk beoogt bij te dragen aam empowerment van burgers om hun digitale mensenrechten uit te oefenen. Resultaten ADRN heeft een vergelijkende studie van 10 Afrikaanse landen uitgevoerd naar het gebruik van digitale technologieën voor het openen of onderdrukken van de online maatschappelijke ruimte (‘civic space’). Het project heeft onder andere geleidt tot de volgende publicatie: Mapping the Supply of Surveillance Technologies to Africa: Case Studies from Nigeria, Ghana, Morocco, Malawi, and Zambia Looptijd 01 mei 2020 - 20 april 2021 Aanpak ADRN organiseert een netwerk van onderzoekers, analisten, digitale rechtenorganisaties en activisten om de dynamiek van het openen en onderdrukken van de digitale maatschappelijke ruimte in kaart te brengen. Het netwerk bouwt op een interdisciplinaire onderzoeksaanpak o.l.v. het Institute for Development Studies, een vooraanstaand onderzoeksinstituut. Relevantie van het project Het onderzoek leidt tot aanbevelingen voor o.a. beleidsmakers en maatschappelijke organisaties ter bevordering van de digitale maatschappelijke ruimte. Daarnaast worden digitale tools en trainingsmateriaal gefaciliteerd voor het monitoren van ontwikkelingen en dreigingen van de digitale maatschappelijke ruimte. CofinancieringDit onderzoek wordt gefinancierd door UKRI - GCRF Digital Innovation for Development in Africa (DIDA)Meer weten? UKRI GCRF: African Digital Rights Network Website ADRN
AI4debunk is een vierjarige EU-innovatieactie, gefinancierd door Horizon Europe, gewijd aan de bestrijding van desinformatie. Het project brengt 13 partners uit acht landen samen om burgers te empoweren met door AI aangedreven tools. Te midden van toenemende nepnieuws en propaganda streeft AI4Debunk naar het bevorderen van betrouwbaar online gedrag, in navolging van de oproep van de Europese Commissie voor een verstandige toepassing van AI.
In de lerarenopleiding wordt aandacht besteed aan het ontwikkelen van pedagogisch handelen waarbij aangesloten wordt bij de ‘bekwaamheidseisen voor leraren basisonderwijs’. Het gaat dan om de ontwikkeling van pedagogische kennis en kunde en het stimuleren van bewustwording van het eigen handelen. Het expliciteren van het pedagogisch handelen van leraren is vaak nog lastig en blijft impliciet. Aanstaande leraren lijken zich wel bewust van het belang van hun pedagogische opdracht, maar kunnen hun pedagogisch handelen soms lastig verwoorden, onderbouwen of expliciteren. Zo ook bij het creëren van een oefenplaats voor burgerschapsvorming. Het ontbreekt hen aan taal om situaties te herkennen en hun pedagogisch handelen te duiden, terwijl ze er wel degelijk vorm aan geven. Dit onderzoeksproject heeft als doel om (aanstaande) leraren te ondersteunen bij het expliciteren van hun pedagogische opdracht bij het creëren van een oefenplaats voor burgerschapsvorming. Met behulp van de centrale vraag: “Op welke wijze kunnen alledaagse ervaringen – gericht op pedagogisch handelen bij het creëren van een oefenplaats voor burgerschapsvorming – benut worden om het handelen van (aanstaande) leraren te verstevigen?” wil de postdoc inzicht creëren in: - de manieren om alledaagse pedagogische ervaringen tot uitdrukking te brengen; en - de manier waarop deze ervaringen gebruikt kunnen worden om (aanstaande) leraren te ondersteunen bij de bewustwording van hun pedagogisch handelen en het zodoende te verstevigen. Het startpunt voor bewustwording is het expliciteren van alledaagse pedagogische ervaringen, zogenaamde lived experiences. Deze zijn de basis voor reflectie, dialoog met anderen en daarmee bewustwording. Het delen van verhalen over praktijkervaringen wordt gezien als een belangrijk startpunt bij het ontwikkelen van pedagogisch handelen . Bovenstaande sluit aan bij het instellingsplan 2017-2022 genaamd ‘Le(ra)ren met Lef’ en het onderzoeksprofiel van het onderzoekscentrum. De hbo-postdoc besteedt 50% van haar tijd aan onderzoek, de andere 50% wordt besteed aan het geven van onderwijs.