De ontwikkeling naar competentiegericht onderwijs brengt voor u als docent nogal wat veranderingen met zich mee. Er wordt van u verwacht dat u niet langer alleen optreedt als instructeur of trainer maar ook als coach, studieloopbaanbegeleider, projectbegeleider, vaardigheidstrainer, et cetera. Dit boek ondersteunt u bij deze omschakeling. Het boek legt uit wat competentiegericht leren betekent en wat competentiegericht opleiden inhoudt. Tevens komen nieuwe docentenrollen en -vaardigheden aan de orde en geeft het boek handvatten hoe je 'een docent nieuwe stijl' kunt blijven.. Tenslotte worden de gevolgen ten aanzien van persoonlijke en beroepsvaardigheden van de nieuwe leeromgeving voor de student besproken.
MULTIFILE
Diverse vmbo-scholen experimenteren met vormen van competentiegericht onderwijs (CGO). De verwachting is dat leerlingen, dankzij realistische en beroepsgerichte opdrachten, meer gemotiveerd raken. Verder is het de bedoeling dat leerlingen kennis, vaardigheden én houdingen weten te ontwikkelen, zodat ze ook beter voorbereid raken op de beroepspraktijk. Tijd om eens te kijken naar de stand van zaken.
DOCUMENT
Profiel/competentie van een bruggenbouwerBruggenbouwers spelen een cruciale rol bij het bevorderen van samenwerking, innovatie en systeemverandering over organisatorische, disciplinaire en culturele grenzen heen. Dit artikel integreert toonaangevende theoretische inzichten, waaronder Systems Thinking (Jesiek et al., 2018), Social Capital Theory (Putnam, 2000) en Adaptive Leadership (Heifetz, 1994; Zhang & Guo, 2020, 2021), om een omvattend competentiegerichte kader te ontwikkelen. Gebaseerd op empirische bevindingen uit focusgroepen met praktijkprofessionals belicht deze studie essentiële competenties, gegroepeerd in strategische, relationele en adaptieve domeinen. De resultaten tonen significante overeenkomsten en discrepanties tussen theorie en praktijk en bieden concrete aanbevelingen ter versterking van de ontwikkeling en toepassing van competenties van bruggenbouwers binnen organisatorische en educatieve contexten. Door conceptuele en empirische inzichten te overbruggen, draagt dit onderzoek bij aan zowel wetenschappelijke kennis als praktische strategieën om complexe, multidimensionale uitdagingen aan te pakken via grensoverstijgende samenwerking.
The precarity in the cultural sector became exposed during the COVID-19 pandemic. With the lockdowns, the sources of income for cultural venues and cultural workers vanished overnight, intensifying an already challenging labour market. Particularly freelance cultural workers were hit hard. While the immediate shock of the pandemic on the cultural sector has been well documented, the effects on the sector in the aftermath of the pandemic are still to be revealed and repaired. This project tackles these issues by zooming in on the case of the performing arts scene in Groningen. This scene constitutes the part of the cultural sector that was affected the most by the lockdowns. Currently, venues and event organizers in Groningen lack qualified freelance staff as many left the industry during the pandemic. At the same time, self-employed cultural workers find it difficult to generate sufficient incomes and develop sustainable careers in the city. The municipality is eager to support the industry, including freelancers, but is unsure about how best to do so. With a consortium composed of the university, the municipality, a knowledge organisation specialised in cultural entrepreneurship, and a network for creative freelancers in the North of the Netherlands the project is well-equipped to reach its two-fold aims of investigating this current situation and coming up with suggestions for solutions. The core component of the project is an interview study with three groups of self-employed cultural freelancers: experienced production staff, experienced performers, and nascent freelancers (both production staff and performers). Based on data from this study, the project provides a multifaceted picture of the cultural ecosystem in Groningen, highlighting how this system is experienced. This establishes a solid foundation for staging discussions on working conditions in the sector, enabling the project to eventually conclude with recommendations on how to improve the situation.