The challenge: to construct an Enterprise Architecture course with a size of 15 European Credit points (approx. 400 hours of study) for an audience of Bachelor students in IT. The students have an IT-related job and follow this course part-time. Consequently, contact time is restricted to one evening per week.
Dit artikel beschrijft onderzoek naar de rol die Enterprise Architectuur kan hebben bij het verduurzamen van een organisatie van hoger onderwijs. Hierbij zijn de volgende producten opgeleverd: - Een overzicht van relevante literatuur met betrekking tot Enterprise Architectuur en Duurzaamheid. - Een overzicht van de rol die Enterprise Architectuur speelt in geselecteerde organisaties en instellingen voor Hoger Onderwijs. - Een validatie van de beschreven ‘best practices’. - Lesmateriaal over de rol van Enterprise Architectuur en Duurzaamheid. Uit het onderzoek blijkt dat de rol van Enterprise Architectuur bij het behalen van duurzaamheidsdoelstellingen op dit ogenblik nog gering is. Wel zien de geïnterviewde architecten en duurzaamheidscoördinatoren op termijn een grotere rol weggelegd voor Enterprise Architectuur.
With the development of Enterprise Architecture (EA) as a discipline, measuring and understanding its value for business and IT has become relevant. In this paper a framework for categorizing the benefits of EA, the Enterprise Architecture Value Framework (EAVF), is presented and based on this framework, a measurability maturity scale is introduced. In the EAVF the value aspects of EA are expressed using the four perspectives of the Balanced Scorecard with regard to the development of these aspects over time, defining sixteen key areas in which EA may provide value. In its current form the framework can support architects and researchers in describing and categorizing the benefits of EA. As part of our ongoing research on the value of EA, two pilots using the framework have been carried out at large financial institutions. These pilots illustrate how to use the EAVF as a tool in measuring the benefits of EA
De markt vraagt om steeds meer productvariëteit. Veel bedrijven realiseren productvariëteit nu met veel klant-specifiek engineeringswerk (Engineer-to-Order/EtO). Dit zet druk op alle afdelingen in het bedrijf zoals sales, engineering, productie en service. Een uitdagende manier voor deze bedrijven, om beter met het spanningsveld tussen externe en interne eisen om te gaan, is het ontwikkelen van meer configureerbare producten (lego principe}. Hiervoor is een modulaire opbouw van het product nodig waarin verschillende productonderdelen gestandaardiseerd zijn en gebruikt kunnen worden in verschillende eindproducten. Zo kan, met minder engineeringsactiviteiten, een product geconfigureerd worden (Configure-to-Order/CtO) en de klant productvariëteit worden geboden zonder alle interne druk. Voor diverse bedrijven vormen ook de mogelijkheden van Industry 4.0 en sustainabilty ambities belangrijke drivers in hun streven naar meer CtO. Het implementeren van CtO is echter niet eenvoudig. Het vraagt om aanzienlijke capaciteit, kennis en kunde op het gebied van productontwikkeling, procesontwikkeling en het veranderproces. Betrokkenheid van medewerkers uit alle belangrijke afdelingen (verkoop, engineering, productie, service etc.) is een vereiste. Mkb-bedrijven worstelen hiermee en hebben behoefte aan goede tools en technieken, zowel inhoudelijk, over de ontwikkeling van de productarchitectuur en de impact hiervan op de bedrijfsprocessen, als veranderkundig, hoe deze transitie tot stand te brengen. In dit Sia RAAK-mkb onderzoek willen wij samen met productie mkb-bedrijven, kennisinstellingen en brancheorganisaties een integrale aanpak ontwikkelen om CtO op een goede manier te implementeren. De deelnemende mkb-bedrijven hebben de duidelijke wens om dit de komende jaren te doen. Voor de specifieke casussen zullen met casestudies en interventieonderzoek aanpakken ontwikkeld worden. Studentprojecten zullen ondersteuning geven aan de verschillende interventies. Vervolgens zal systematisch case-vergelijkend onderzoek worden uitgevoerd om inzicht te krijgen in wat in welke situatie werkt. Op basis van het case-vergelijkend onderzoek worden tools en technieken ontwikkeld die enerzijds generiek zijn en anderzijds kunnen worden aangepast aan specifieke bedrijfssituaties.
Wie een raket, vliegtuig of grote autotunnel wil ontwikkelen is jaren bezig om te zorgen dat alle belanghebbenden blij zijn met het ontwerp. Wetgeving, elektronica, milieubelangen, mechanisch ontwerp worden meegenomen om veiligheid, functionaliteit en gebruiksgemak veilig te stellen. Om dit goed te doen zijn bij grote bedrijven heel duidelijke procedures en werkvormen gemaakt om goed te ontwerpen terwijl er veel tegenstrijdige en veranderende belangen zijn. Dit werkterrein heet systems engineering. In het werkterrein van Systems Engineering is de afgelopen jaren veel aan het veranderen; ontwikkelcycli worden korter, en zelfs het ontwerpen van raketten gaat tegenwoordig niet meer zoals het de afgelopen 40 jaar ging, zie de snelle ontwikkeling van de Falcon-X van SpaceX. De ontwikkelproblematiek van een raket of grote tunnel heeft zeker overeenkomsten met datgene wat MKB bedrijven en ontwikkelafdelingen van grootbedrijven doen; het afwegen van veranderende belangen, en proberen de beste ontwerpkeuzes te maken. De vergelijking met grote projecten gaat nu meer dan ooit op, omdat door “Smart Industry” er steeds meer klantspecifieke producten komen die steeds vaker uit deelsystemen bestaan die ook allemaal hun klantspecifieke opties hebben. Een grote uitdaging is dan het ontwerp duidelijk en beheersbaar te houden, niet alleen voor de ingenieurs en klanten van nu, maar ook voor de servicetechnici die de komende jaren met deze ontwerpen moeten werken. Er komen vanuit wetenschap, grote bedrijven en softwareleveranciers wel nieuwe methoden en gereedschappen voor de productontwikkeling, bij het MKB is de vraag welke methodes passen bij hun proces In dit project geeft de Universiteit Twente kennis over de theoretische kant van het Systems Engineering, en zullen de 3 robotica bedrijven (Riwo, Hencon, HollanderTechniek) ervaringen uitwisselen over hun eigen methodieken en uitdagingen. Het lectoraat mechatronica van Saxion zal evalueren welke methoden voor de bedrijven toegepast kunnen worden.