Geschiedenis & samenleving is een studieboek speciaal voor de pabo, waarin studenten kennismaken met inhoud en didactiek van de vakken geschiedenis, maatschappelijke verhoudingen (o.a. staatsinrichting) en geestelijke stromingen. Dit boek bestaat uit twee delen: Kennisbasis Inhoud, waarin het geschiedenisverhaal vanaf de Tijd van Jagers en Boeren tot en met de Tijd van Televisie en Computer aan bod komt met de vesnaters van de Canon van Nederland Kennisbasis Didactiek waarin een overzicht van didactische aspecten van geschiedenisonderwijs wordt gegeven.
DOCUMENT
Op 1 januari 2007 hield de gemeente Heel (L) op te bestaan. In de laatste gemeentegids uit 2006, wordt in een korte schets de geschiedenis van de drie kernen Heel, Wessem en Beegden uit de doeken gedaan.
DOCUMENT
Kun je zeggen dat studenten “recht hebben” op geschiedenis? Ik vind van wel. De geschiedenis van hun toekomstige beroep hoort thuis in het curriculum van MWD, SPH, CMV, SJD, CT, HRM en Pedagogiek. Zeven colleges is echt het minimum. Dat heb je nodig om het ontstaan, de ontwikkeling en de veranderingen in het sociale beroepenveld in de historische, maatschappelijke en veranderende context uit te leggen. In vogelvlucht en daarbij kun je lijnen trekken naar de actualiteit. Met deze colleges, met studieopdrachten, onder andere met behulp van de Canon Sociaal Werk, en het bestuderen van een handboek, verwerven studenten een kennisbasis en een referentiekader (www.canonsociaalwerk.eu1; Bijlsma & Janssen, 2010; Van der Linde, 2010). Een voorwaarde hiervoor is wel dat het onderdeel wordt afgesloten met een kennistoets. Kennis die niet getoetst wordt, hoeft niet geleerd te worden. Dat weet elke student. Op deze kennisbasis kan in andere lessen worden voortgebouwd. Werkterreinen als jeugdzorg, gehandicaptenzorg, huiselijk geweld, maatschappelijke opvang, ouderenwerk, schuldhulpverlening, jongerenwerk, opbouwwerk hebben elk een fascinerende en leerzame geschiedenis. Binnen de hbo opleidingen staat de geschiedenis van de eigen beroepen en werkterreinen niet vanzelfsprekend in het curriculum. Enkele opleidingen hebben het vak in ere gehouden. De meeste hebben de geschiedenis geschrapt: “verleden tijd”. Of het is ooit geïntegreerd in een methodiek-onderdeel en daar geleidelijk verdwenen
DOCUMENT
"Artificial Kinship" is een innovatief artistiek onderzoeksproject dat de synergie tussen kunst, technologie en zorg onderzoekt. Het project bouwt voort op de ervaring met belichaamde kunstmatige intelligentie (AI) in de robotkunst en zet die kennis in om de complexe en dynamische interacties binnen de zorgsector te herdefiniëren. Traditionele, rigide robotsystemen hebben moeite met de menselijke dynamiek in zorgverlening. Tegelijkertijd laten de ethische principes van de zorg weinig ruimte voor de onvoorspelbaarheid van praktijkexperimenten. Robotkunst heeft binnen de robotica een rijke geschiedenis in het bevragen van wetenschappelijke tradities. Een terugkerend thema is het contrast tussen het feilloze imago van robots in gecontroleerde omgevingen en hun ogenschijnlijke hulpeloosheid in de onvoorspelbare buitenwereld. Dit thema wint aan maatschappelijke, maar ook artistieke urgentie nu de verwachtingen van AI-toepassingen stijgen. Om op die urgentie te sturen heeft artistiek onderzoek naar AI meer uitwisseling tussen, en ontwikkeling van relevante praktijken nodig. Dit project verkent zulke verbinding en ontwikkeling in onderzoek naar AI-toepassingen die beter aansluiten bij de vaak onvoorspelbare realiteit van zorgsituaties. Het project is opgezet als een multidisciplinaire samenwerking waarin studenten, onderzoekers, zorgprofessionals en kunstenaars gezamenlijk experimenteren en in dialoog treden. We onderzoeken hoe kunstzinnige experimenten bijdragen aan het ontwerpen van mensgerichte zorgsystemen. Hierbij combineren we de potentie van AI om zorgprocessen te ondersteunen met de lessen uit de robotkunst over de mogelijkheden en beperkingen van AI in de realisatie van "Artificial Kinship": empathie, affiniteit en verbondenheid tussen mens, machine en omgeving. "Artificial Kinship" benut technologie en artistieke kennis om zorg en welzijn toekomstbestendig te maken, met als doel inzichten te genereren die zowel de zorgsector verrijken als artistieke praktijken rond deze thema’s verder ontwikkelen en beter met elkaar verbinden. De resultaten worden breed gedeeld, zodat de opgedane kennis direct bijdraagt aan vernieuwende benaderingen in het onderwijs en de praktijk van zorg en welzijn.
De Noordelijke provincies staan als gevolg van onder andere selectieve bevolkingskrimp, de noodzaak van verduurzaming van de woningvoorraad en de door aardbevingen veroorzaakte schade de komende jaren voor een grote ruimtelijke planningsopgave. Tegelijkertijd treedt in 2022 de Omgevingswet in werking. Deze wet vervangt grote delen van het omgevingsrecht en moet de huidige vaak complexe, langdurige en kostbare procedures voorkomen door een efficiënter en eenvoudiger systeem van ruimtelijke planning te introduceren. Binnen dit nieuwe systeem is burgerparticipatie één van de speerpunten. De wetgever wil de burger eerder en meer betrekken bij het maken van ruimtelijke plannen om zo de kwaliteit van de leefomgeving te verbeteren. Echter zijn die burgers zelf niet of nauwelijks bij de vormgeving van deze burgerparticipatie betrokken geweest en ook bestaande onderzoeken richten zich met name op de visie van de overheid. Dit onderzoek betrekt juist de burger en onderzoekt welke wijze(n) van burgerparticipatie volgens zowel de gemeenten als de burgers uit door aardbevingen getroffen dorpen de meest doeltreffende wijze is om de ruimtelijke kwaliteit te verhogen. Daarmee past het onderzoek binnen de thema’s Aardbevingen en Leefbaarheid van het Kenniscentrum Noorderruimte en sluit het aan bij lopend onderzoek binnen het lectoraat Leefomgeving in Transitie. Het onderzoek wordt uitgevoerd met behulp van mixed methods waarbij documentanalyse, literatuuronderzoek, paneldiscussies en interviews worden ingezet en leidt tot publicaties, bijdragen aan het onderwijs van de Hanzehogeschool Groningen en aanbevelingen richting gemeentebesturen. De centrale vraag luidt: Op welke wijze(n) kunnen diverse vormen van burgerparticipatie uit de Omgevingswet volgens gemeenten en bewoners het meest doeltreffend worden geïmplementeerd om de ruimtelijke kwaliteit en daarmee de leefbaarheid in dorpen in het Groningenveld zoveel als mogelijk en op een duurzame wijze te verhogen?
De managementgame is de populaire benaming voor het ontwerpvak BK6ON5, een verplicht vak voor derdejaars Bachelors van de faculteit Bouwkunde, met ieder jaar zo’n 300-350 studenten. Een rollenspel, waarbij studenten in groepen van 9-10 rollen gedurende 10 weken een gebied analyseren en een ontwikkelingsvisie voor de komende 50 jaar formuleren. Elk jaar wordt een actuele casus waar vraag naar is opgepakt: Herontwikkeling van Blaak (Rotterdam 2013), Pompenburg (Rotterdam 2014), Campus TU (Delft 2015), barrièrewerking A20 (Schiedam 2016), M4H (Schiedam en Rotterdam 2017), Spoorzone (Dordrecht en Zwijndrecht 2018), Alexanderpolder (Rotterdam 2019) en Van A tot Z (Rotterdam 2020). Met deze cases wordt geschiedenis geschreven: toenemende complexiteit en integraliteit, gevolgen van klimaatverandering, economische ontwikkeling, verschuivende politieke verhoudingen, de verschuivingen in sturing op ontwikkeling, een meer circulaire economie en inclusieve samenleving. Het beschrijven van de opeenvolgende processen, de relatie met de gemeente die de opdracht heeft geformuleerd en de impact van de ‘lessons learned’ is de essentie van het voorstel. Het is niet alleen een rijke leeromgeving om te bestuderen, maar de uitkomsten van die studie zijn ook weer zeer bruikbaar voor de gemeente. De beschrijving van de cases en ontwerpoplossingen laat ook zien hoe een vak, gewaardeerd door studenten én professionals, kan worden vormgegeven. Er zit een beproefd didactisch concept achter de managementgame, wat ook op andere scholen, zeker in andere steden maar ook op andere schaal en zelfs context, kan worden toegepast. Die toelichting is een zinvolle kennisdeling in zich zelf, passend in de doelstelling van de City Deal Kennis Maken.