In deze deelrapportage beschrijven we de resultaten van het project ‘Lokaal & Integraal Werken aan Participatie’ uit gemeente Houten. Dit project is uitgevoerd door het Kenniscentrum Sociale Innovatie van hogeschool Utrecht en Movisie met subsidie van ZonMw vanuit het programma ‘Vakkundig aan het werk’. Het doel van dit project was het vergroten en bundelen van kennis over effectieve werkwijzen om met verschillende professionals de meervoudige problematiek van cliënten te adresseren en adequate dienstverlening te bieden. Hiertoe is in Houten een ontwikkelwerkplaats ingericht om een effectieve werkwijze te ontwikkelen en te testen waarmee integrale ondersteuning kan worden geboden om mensen met meervoudige ondersteuningsbehoeften effectief en doelmatig toe te leiden naar de arbeidsmarkt. De nadruk in het project lag op integraal werk op het snijvlak van zorg en welzijn (Wmo) enerzijds en werk en inkomen (Participatiewet) anderzijds. We richtten ons daarmee op de meest kwetsbare burgers met een grote afstand tot de arbeidsmarkt. In deze publicatie staan de opbrengsten beschreven van de activiteiten vanuit en rond de ontwikkelwerkplaats in Houten.
DOCUMENT
"De voorliggende rapportage maakt deel uit van het vervolg op het project ‘Lokaal & Integraal Werken aan Participatie’ dat onder andere in gemeente Houten in de periode 2018-2020 plaatsvond. Dit initiële project heeft kennis opgeleverd over de wijze waarop professionals integrale samenwerking effectief vorm en inhoud kunnen geven. In samenwerking met de participerende gemeenten hebben we gewerkt aan innovatieve werkwijzen om de lokale praktijk te verbeteren. In Houten is zodoende met ondersteuning van dit project geëxperimenteerd met de aanpak ‘Op Koers’. Het huidige project is bedoeld als een ‘Verspreidings- en implementatie impuls’ (VIMP) om de opgedane kennis verder te brengen. In Houten hebben we zodoende de mogelijkheid gekregen om het implementatieproces van Op Koers te ondersteunen en de opbrengsten van het project te verduurzamen."
DOCUMENT
Veranderingen in de samenleving vragen om aanpassingen in de manier waarop mensen willen wonen. De gemeente Houten streeft naar een inclusieve samenleving, waarin we het belangrijk vinden dat iedereen de kans krijgt om mee te doen in de maatschappij en erbij te horen. Gemengde woonvormen, zoals De Molen, sluiten goed aan bij deze koers. In deze woonvormen krijgen kwetsbare mensen de mogelijkheid om, onder begeleiding, te wonen met mensen die er bewust voor kiezen om hen in het dagelijks leven een handje te helpen. Dit gebeurt op basis van gelijkwaardigheid vanuit ieders kwaliteiten en bijdrage. Lectoraat Innovatie Maatschappelijke Dienstverlening, onderdeel van het Kenniscentrum Sociale Innovatie van de Hogeschool Utrecht, voerde het onderzoek ter evaluatie van dit gemengd wonen project waarvan deze rapportage verslag doet uit.
DOCUMENT
Alle auto's, windmolens en o.a. houten kozijnen hebben één ding gemeen. Ze moeten gecoat worden om het materiaal te beschermen. Alleen al in Nederland wordt ruim 1 miljard euro omzet gerealiseerd met coatings. Er is dringend behoefte aan verduurzaming en innovatie. Aan het einde van de levensduur wordt de coating meestal verbrand, dit leidt tot meer CO2 omdat coatings veelal van fossiele grondstoffen zijn gemaakt. Het maken van een biobased coating is daarom essentieel. Echter, één belangrijk ingrediënt mist, de aromaat. Het zijn de aromaten die de coating glanzend, krasvast en uv-bestendig maken. De coatingindustrie heeft geprobeerd het fossiele ingrediënt ftaalzuuranhydride (PA) in de hars te vervangen, maar er is tot op heden geen goede oplossing gevonden. Relement ontwikkelde als eerste bedrijf wereldwijd een bio-aromaat, te weten biobased 3-methylftaalzuuranhydride (bio-MPA). Een showmodel van een coating gebaseerd op bio-MPA ontbreekt en dat is precies wat samen met Fontys Hogeschool onderzocht gaat worden in dit KIEM Go-Chem project. Het doel van het project Alchemist is om een biobased alkyd coating showmodel te realiseren gebaseerd op bio-MPA i.p.v. fossiel PA. De eigenschappen van de coating worden getest en vergeleken met een alkyd coating gebaseerd op fossiel PA. Er worden betere eigenschappen verwacht door het vervangen van PA door MPA.
Coatings zijn overal: denk aan o.a. auto’s, windmolens en houten kozijnen. Alleen al in Nederland wordt ruim 1 miljard euro omzet gerealiseerd met coatings. Er is echter een probleem: aan het einde van de levensduur wordt de coating meestal verbrand, omdat recycling erg moeilijk is. Het maken van een biobased coating is daarom essentieel om de CO2-voetprint te verlagen. Echter, één belangrijk ingrediënt mist, de aromaat. Het zijn de aromaten die de coating belangrijke eigenschappen geven zoals glans en krasvastheid. Relement ontwikkelde als eerste bedrijf wereldwijd een bio-aromaat, te weten biobased 3-methylftaalzuuranhydride (bio MPA) wat een vervanger kan zijn voor het fossiel ftaalzuuranhydride (PA). Het doel van dit Kiem GoChem project Alchimist is om het effect van bio MPA t.o.v. fossiel PA op de performance van een alkydcoating beter te begrijpen.
De renovatie van de Amsterdamse Van Deysselbuurt is niet alleen een ruimtelijke transformatie, maar ook een kans voor maatschappelijke vernieuwing. CoFab-MR stelt een verkennend onderzoeksproject voor, waarin bewoners samen een houten constructie ontwerpen en te bouwen met behulp van Mixed Reality (MR) en digitale ontwerpsystemen. Het project brengt Community Builder Cascoland, materiaalexperts Amsterdamse Fijnhout, het Van Eesteren Museum en onderzoeksteams van AUAS (DPRG, RobotLab en VR/SimulationLab) samen. De Van Deysselbuurt is onderdeel van het 20-jarige programma ‘Samen Nieuw-West’, een van de 20 nationale programma's gericht op kwetsbare buurten, gericht op het verbeteren van het toekomstperspectief van huidige en toekomstige bewoners op het gebied van huisvesting, werk, vaardigheden en veiligheid. Door digitale tools in te bedden in een hands-on co-creatieproces, stelt coFAB-MR bewoners zonder eerdere technische expertise in staat om deel te nemen aan het ontwerp en de montage van (niet-standaard) houten constructies voor hun eigen buurt. In dit geval een zichtbare 'marker' voor het Makers Village, een tijdelijk ankerpunt voor gemeenschapsinitiatieven. coFab-MR onderzoekt ontwerp en technologie om nieuwe vaardigheden en gemeenschapsopbouw naar de Van Deysselbuurt te brengen. CoFAB-MR onderzoekt het potentieel van MR voor inclusief ontwerp en constructie, ruimtelijk inzicht en niet-deskundige samenwerking. Het sluit aan bij de Design Power Agenda en nationale ambities voor circulaire constructie, digitale transitie en inclusief ontwerp. De resultaten omvatten een gebouwd object, een open-source MR-toolkit, video-opnames van het participatieve proces en een reflectie op het gebruik van MR voor stedelijke transities. De resultaten zullen ten goede komen aan ontwerpprofessionals, docenten, gemeenten en andere gemeenschappen die inclusieve co-creatie in de gebouwde omgeving willen integreren. Het is de bedoeling dat CoFAB-MR zal leiden tot vervolgprojecten en vaardighedenontwikkeling in de Van Deysselbuurt, naast en voorbij het 20-jarige nationale programma.