Hoewel het belang van een inclusieve arbeidsmarkt door beleidsmakers, werkgevers en werknemersgroot wordt geacht, blijken aspecten als gender, etniciteit, migratieachtergrond, geloof, seksuele oriëntatie, lichamelijke of psychische beperking nog altijd een rol te spelen in de kansen op een soepele in- en doorstroom op de Nederlandse arbeidsmarkt. Veel werkgevers kiezen, al dan niet bewust, in de praktijk liever voor iemand die lijkt op de bestaande ‘normmedewerker’, dan voor iemand wiens zichtbare of minder zichtbare kenmerken van dit bestaande normbeeld afwijken. Het streven naar meer inclusie staat hierdoor lang niet altijd garant voor een inclusieve werkomgeving. Kortom, organisaties willen diverser worden, maar in de praktijk lukt dat (nog) niet.
DOCUMENT
Het streven naar meer diversiteit in organisaties blijkt niet altijd garant te staan voor een inclusieve werkomgeving. De praktijk laat zien dat de kansen op het vinden van werk niet voor iedereen gelijk zijn en dat het wel degelijk uitmaakt tot welke ‘groep’ iemand behoort. Hierbij kunnen zowel zichtbare als onzichtbare vormen van ‘anders zijn’ betekenen. Tegelijkertijd geven werkgevers aan diversiteit en inclusie wel als positief te beschouwen, maar dat werken aan een meer inclusieve organisatie een ingewikkeld en kostbaar proces is. Kortom, de wil is er wel, en toch lijkt het niet te lukken. Een onderzoeksteam van Hogeschool Inholland en de Vrije Universiteit onderzocht de afgelopen twee jaar hoe institutionele bias – ondanks goede bedoelingen van veel werkgevers – binnen verschillende typen organisaties bijdraagt aan het voortbestaan van de kansenongelijkheid op de Nederlandse arbeidsmarkt. In het onderzoek verbinden ze het perspectief van werkgevers aan dat van individuen die als ‘anders’ dan de huidige norm gezien worden en daardoor afstand tot de arbeidsmarkt ervaren. Hierdoor worden vijf paradoxen zichtbaar. In het onderzoek worden deze paradoxen verbonden aan concrete interventies, die zowel generiek als specifiek van aard zijn en tot doel hebben institutionele bias op verschillende niveaus aan te kaarten en een inclusieve arbeidsmarkt te realiseren.
LINK
Hoewel het belang van een inclusieve arbeidsmarkt door beleidsmakers, werkgevers en werknemersgroot wordt geacht, blijken aspecten als gender, etniciteit, migratieachtergrond, geloof, seksuele oriëntatie, lichamelijke of psychische beperking nog altijd een rol te spelen in de kansen op een soepele in- en doorstroom op de Nederlandse arbeidsmarkt. Veel werkgevers kiezen, al dan niet bewust, in de praktijk liever voor iemand die lijkt op de bestaande ‘norm medewerker’, dan voor iemand wiens zichtbare of minder zichtbare kenmerken van dit bestaande normbeeld afwijken. Het streven naar meer inclusie staat hierdoor lang niet altijd garant voor een inclusieve werkomgeving. Kortom, organisaties willen diverser worden, maar in de praktijk lukt dat (nog) niet.
LINK
Hoe ziet de BIAS bij werkgevers eruit ten aanzien van mensen met een minder geprivilegieerde positie op de Nederlandse Arbeidsmarkt?
DOCUMENT
Het streven naar meer diversiteit in organisaties blijkt niet altijd garant te staan voor een inclusieve werkomgeving. Voor het vinden van werk maakt het uit tot welke ‘groep’ iemand behoort. Tegelijkertijd zeggen werkgevers diversiteit en inclusie wel als positief te beschouwen. Dat blijkt uit een vandaag gepresenteerd onderzoek. Kortom, de wil is er wel, en toch lijkt het niet te lukken. Hoe kan het beter?
LINK
Het rapport Naar een inclusieve werkomgeving. Inzichten vanuit (levens)verhalen en paradoxen uit de praktijk dat door onderzoekers van Hogeschool Inholland en de Vrije Universiteit Amsterdam in de periode mei 2019 – november 2021 is uitgevoerd, met een subsidie van Instituut Gak, biedt op een bijzondere manier inzicht in het fenomeen ongelijke kansen op de Nederlandse arbeidsmarkt.
DOCUMENT
Het Studentsucces Centrum kan voor studenten een belangrijke plek zijn waar binding tussen studenten in een informele setting centraal staat. Sociale activiteiten zorgen er hierbij voor dat studenten niet alleen in sociaal opzicht meer geïntegreerd raken, maar maken tevens belangrijke netwerken voor hen toegankelijk. Op deze manier kan het Studentsucces Centrum studenten toegang geven tot meer sociaal kapitaal en sociale steun. Deze kunnen hen helpen bepaalde doelen te behalen en zorgen voor meer succeservaringen en gevoel van competentie. In dit rapport adviseren we over randvoorwaarden die volgens de empowermentvisie nodig zijn voor het vormen van een inclusieve gemeenschap.
DOCUMENT
In het hoger onderwijs is 15 tot 20 procent van de studenten, docenten en andere medewerkers neurodivergent. Dat betekent dat zij – net als veel anderen – baat hebben bij een digitale werk- en leeromgeving die beter aansluit op uiteenlopende informatieverwerkingsstijlen, behoeften en voorkeuren. Deze Toolbox voor een Neuro-Inclusieve Digitale Werk- en Leeromgeving is ontwikkeld vanuit het onderzoeksproject DLO Digitale Inclusie aan de Hogeschool Utrecht. In dit project zijn behoeften en ervaringen van studenten, docenten en ontwikkelaars in kaart gebracht, met bijzondere aandacht voor neurodiverse perspectieven. De toolbox bundelt inzichten, ontwerpprincipes en praktische handvatten die kunnen helpen bij het verbeteren van zowel digitale systemen als het gebruik ervan in de onderwijspraktijk. Het uitgangspunt is dat wanneer we rekening houden met neurodiversiteit in ontwerp, inrichting en communicatie, dit de mogelijkheden voor toegankelijkheid, gebruiksvriendelijkheid en inclusiviteit voor íedereen in het hoger onderwijs vergroot. De toolbox is bedoeld voor iedereen die betrokken is bij het ontwerpen, gebruiken of verbeteren van digitale leeromgevingen: van studenten en docenten tot curriculumontwikkelaars, softwareontwikkelaars en product owners. De inhoud is opgebouwd rond drie ontwerpprincipes en drie leidende principes. Waar de ontwerpprincipes richting geven aan het ontwikkelen van toegankelijke en bruikbare digitale systemen, helpen de leidende principes om inclusiever te denken en samenwerken. Zo biedt de toolbox een kader én inspiratiebron voor wie wil bijdragen aan een meer digitaal bewuste en inclusieve werk- en leeromgeving. Disclaimer Deze toolbox is tot stand gekomen binnen het project DLO Digitale Inclusie aan de Hogeschool Utrecht, op basis van onderzoek uitgevoerd in 2023 en 2024. De inhoud is ontwikkeld in samenwerking met een diverse, maar beperkte groep studenten, docenten en ontwikkelaars. Daardoor biedt de toolbox waardevolle inzichten en handvatten, maar geen volledig beeld van alle perspectieven of situaties binnen het hoger onderwijs. De inhoud sluit aan bij de stand van zaken en systemen zoals die destijds binnen de HU gebruikt werden. Een Engelstalige versie van de toolbox is nog in ontwikkeling.
DOCUMENT
Het kennispunt Gelijke Kansen, Diversiteit en Inclusie (GKDI) van de MBO Raad is in 2021 gestart met Project 8, waarbij het kennispunt acht mbo scholen ondersteunde bij het maken, uitvoeren en evalueren van een integrale aanpak voor hun vraagstukken op het gebied van gelijke kansen, diversiteit en inclusie. De ondersteuning werd geboden in de vorm van advisering, coaching en expertise en een financiële ondersteuning van 25.000 Euro. Scholen konden zelf beslissen hoe ze de gelden zouden besteden (bijvoorbeeld in uren voor het actieteam). Scholen waren geacht om ook 25.000 Euro te investeren, ook hier waren ze vrij in de invulling van de besteding. Het doel van Project 8 was dat deelnemende scholen zich een aanpak eigen maken die hen ondersteunt bij het duurzaam bevorderen van gelijke kansen, diversiteit en inclusie op hun school. Met andere woorden, het project richtte zich op het aanleren van een methodiek die op elk vraagstuk met betrekking tot dit thema kan worden toegepast. Het accent lag dus nadrukkelijk niet op het vinden van snelle oplossingen voor urgente problemen met betrekking tot gelijke kansen, diversiteit en inclusie (GKDI), maar op het professionaliseren van de actieteams. Het doel was om hen in staat te stellen voortdurend te werken aan het creëren van een inclusieve leer- en werkomgeving.
DOCUMENT
Op 25 november presenteerden de VU en Hogeschool Inholland een onderzoek naar kansenongelijkheid op de werkvloer. Zij onderzochten hoe institutionele bias bijdraagt aan ongelijke kansen op de Nederlandse arbeidsmarkt. WOMEN Inc. ondersteunt dit type onderzoek en kijkt naar hoe we de kennis uit wetenschappelijk onderzoek kunnen vertalen naar de praktijk om met de resultaten maatschappelijke impact te creëren. Als werkgever zijn deze resultaten van belang om van jouw organisatie een inclusievere werkomgeving te maken.
LINK