Explicit language objectives are included in the Swedish national curriculum for mathematics. The curriculum states that students should be given opportunities to develop the ability to formulate problems, use and analyse mathematical concepts and relationships between concepts, show and follow mathematical reasoning, and use mathematical expressions in discussions. Teachers’ competence forms a crucial link to bring an intended curriculum to a curriculum in action. This article investigates a professional development program, ‘Language in Mathematics’, within a national program for mathematics teachers in Sweden that aims at implementing the national curriculum into practice. Two specific aspects are examined: the selection of theoretical notions on language and mathematics and the choice of activities to relate selected theory to practice. From this examination, research on teacher learning in connection to professional development is proposed, which can contribute to a better understanding of teachers’ interpretation of integrated approaches to language and mathematics across national contexts.
This paper is a summary paper of the Thematic Working Group (TWG) on Adult Mathematics Education (AME). The theme AME made its first appearance on CERME11 and in this paper we provide an overview of the growing and blossoming field of AME and the results of the working group. The main themes associated with AME are: the definition, scope, and assessment of numeracy, the role of language and dialogue, the role of affect, including motivation, and the role of societal power structures, including subthemes like equity, inclusion, vulnerable learners, agency and self-efficacy. We conclude with the opportunities and challenges for this theme from both scientific and societal perspective.
From the article: "Most technical studies require and assume from the students a certain knowledge of mathematics. In this paper an experiment is described where students, starting with a study of ICT at a bachelor level, are performing a very short test in mathematics to measure their knowledge. The results of this test are compared with the results students are having with the real exams at the end of the rst quarter of the rst year."
Het stabiel operationeel houden van anaerobe vergisters van organische afvalstromen (bijvoorbeeld mest, voedselafval of zuiveringsslib) is een grote uitdaging. Veel vergisters draaien daardoor suboptimaal of staan zelfs helemaal stil, met economische schade voor de boer, leveranciers van biovergisters, als samenleving door minder omzetting van circulaire grondstoffen tot bijvoorbeeld vetzuren of methaan. Mechanistische modellen worden toegepast voor geautomatiseerde procesregeling, maar de onderliggende microbiële en fysisch chemische processen zijn dusdanig gecompliceerd dat de regeling weinig robuust is. Daarentegen kan kunstmatige intelligentie –en met name Artificial Neural Network (ANN)– systeemgedrag beschrijven zonder voorkennis van de in de bioreactor optredende mechanismen. ANN-modellen hebben met succes biogasproductie voorspeld en geoptimaliseerd met specifieke input- en outputparameters. Dit voorstel beoogt een Slimme Procesregeling voor Anaerobe VERgisters en geeft de aanzet tot een ANN-model dat in staat is om het vergistingsproces onder verschillende omstandigheden te voorspellen op basis van gegevens verkregen uit literatuuronderzoek en experimenten. Een vervolgproject kan dit uitbouwen naar een nauwkeuriger ANN-model dat een proactieve regelstrategie kan geven voor de vergisters in het werkveld van onder andere de projectpartners HoSt en Methaplanet. Vernieuwend is de kruisbestuiving tussen verwaarding van organische reststromen met kunstmatige intelligentie in een samenwerkingsverband tussen de Saxion-lectoraten Duurzame Energievoorziening, Ambient Intelligence, de UT-vakgroep Discrete Mathematics and Mathematical Programming, genoemde vergisterleveranciers en ToPerform. Dit moet leiden tot een betere benutting van organische reststromen door middel van vergisting. Het voorstel past daarom binnen het thema “Chemische processen en technologie”, van de GoChem-missie Duurzame Chemie. Beoogde projectresultaten zijn: 1. Een trainingsset van empirische data die procesparameters kan relateren aan procesfalen voor verschillende soorten organische reststromen; 2. Een opzet voor een ANN die met geleverde trainingsset de mogelijkheid voor een proactieve regelstrategie voor vergisters aantoont; 3. Een aanzet voor een vervolgproject om de ANN uit te werken tot een proactieve regelstrategie voor de mkb-partners in het werkveld.
Deze aanvraag beoogt de verwezenlijking van hoogwaardig onderwijs in Science, Technology, Engineering & Mathematics (STEM) in het primair- en voortgezet onderwijs en de lerarenopleidingen, door een beproefde systematiek voor netwerkvorming beschikbaar te maken voor het STEM-domein. Het uiteindelijke doel hiervan is de systematische en duurzame bevordering van bèta-burgerschap en het verhogen van de instroom van leerlingen in technische opleidingen (CBS, 2017, TechYourFuture, 2018). Om te komen tot de beproefde systematiek voor netwerkvorming, wordt de werkwijze van ontwerponderzoek toegepast (Plomp & Nieveen, 2013). Concreet betekent dit dat een systematiek wordt opgesteld voor het netwerk, dat deze in praktijk wordt gebracht, formatief wordt geëvalueerd, vervolgens wordt bijgesteld op basis van de bevindingen en dan wederom in de praktijk wordt beproefd (McKenney & Reeves, 2012). De systematiek voor het netwerk bestaat uit een aantal aspecten: 1) het opstellen van een landelijke onderzoeksagenda rondom STEM-onderwijs op basis van een proces van vraagarticulatie en focusbepaling, 2) het vervolgens in professionele leergemeenschappen (PLG’s) werken aan de beantwoording van vragen van de landelijke onderzoeksagenda, en 3) het delen van kennis, voorbeelden en onderzoeksresultaten door fysieke ontmoetingen te organiseren en een digitaal platform beschikbaar te stellen. Op deze wijze wordt kennisdeling en samenwerking gestimuleerd, wordt voortgaande netwerkvorming bevorderd, en wordt gewerkt aan het vergroten van onderzoekend vermogen van alle leden van het netwerk. Door meermalen de systematiek voor netwerkvorming bij te stellen en te verbeteren op basis van formatieve evaluaties, wordt toegewerkt naar een effectieve structuur voor het doen van praktijkgericht onderzoek naar STEM-onderwijs alsmede het delen en ontwikkelen van onderzoeksinitiatieven, kennis en good practices. Het STEM-netwerk is een open netwerk dat uitbreiding van deelname stimuleert, hetgeen leidt tot verbreding van kennisdeling en meer en beter praktijkonderzoek. Aan het eind van het project is een beproefde, doeltreffende systematiek voor voortgaande netwerkvorming binnen het STEM-domein beschikbaar.