Het aantal meertalige leerlingen in de reguliere klas neemt nog steeds toe. Ook het aantal talen in de klas groeit nog steeds. Dat betekent dat (aankomende) docenten Nederlands steeds vaker les geven aan leerlingen die het Nederlands niet als thuistaal hebben. Zij geven daarbij aan zich niet handelingsbekwaam te voelen om alle leerlingen in hun lessen recht te doen. Docenten zien meertalige klassen bovendien als een last, terwijl recent onderzoek laat zien dat meertaligheid juist een meerwaarde kan hebben. Door de talen van meertalige leerlingen toe te staan in het onderwijs worden de kennis en ervaringen van deze leerlingen niet buitengesloten en dit draagt bij aan het bevorderen van gelijke kansen. Maar hoe moet je dat als docent aanpakken? Welke didactische concepten zijn er binnen de functioneel-communicatieve benadering van taalleren en hoe kun je die inzetten en combineren ten behoeve van de taalontwikkeling van alle leerlingen in je klas? Daar wil deze handleiding een antwoord op geven. Ze is bedoeld als basis voor het ontwerpen van je eigen lessen in meertalige klassen. Daarom zijn er in de bijlagen ook voorbeeldlessen opgenomen. Daarin maken we zichtbaar hoe je – naast de bekende didactische principes van Nederlands – een combinatie van didactieken kunt inzetten die gericht zijn op het taalleren van meertalige leerlingen. In deze bijlagen verwijzen we steeds naar de beschrijvingen in deze handleiding.
DOCUMENT
Elf lesmethodes Nederlands zijn (voor een klein deel) onderzocht aan de hand van de Flesch-Douma-schaal. Het oudste boek was uit 1977, het recentste uit 2007. Het blijkt niet zo te zijn dat de leesteksten eenvoudiger geworden zijn.
DOCUMENT
Cito-publicatie met oefentoetsen Nederlands.
DOCUMENT
Interview met Tim Neutelings over de kennisbasis Nederlands
DOCUMENT
Als studieboek is dit werk vooral bedoeld voor studenten en docenten van zowel bachelor- en masteropleidingen Nederlands van universiteiten als masteropleidingen van hogescholen. Delen van dit boek kunnen voor bachelor-opleidingen van die hogescholen gebruikt worden. Als naslagwerke is het bedoeld voor de specialisten. Het boek geeft een breed beeld van de materie door met het ontstaan en de groei door met het historisch-vergelijkend taalkundig onderzoek te beginnen en via het Indo-Europees en de taalveranderingen daarna, uit te komen op het zeventiende eeuws Nederlands. Maar waar ansdere handboeken dan ophouden, geeft dit boek een vervolg met drie hoofdstukken over de geschiedenis van het Nedersaksisch, het Brabants, Limburgs Vlaams en Zeeuws, en het Fries. De uitbreiding maakt het boek bijzonder ongeacht de doelgroepen. Het werk bevat tien hoofdstukken waarvan sommige voorzien zijn van vragenmateriaal. Ver is het boek rijk geillustreerd en is er aan het eind niet alleen een zeer uitgebreid trefwoordenregister opgenomen maar ook een verklarende lijst gebruikte taalkundige termen.
LINK
Hoofdstuk over taal en digitale geletterdheid (media) in de taalmethode Nieuw Nederlands voor HAVO/VWO
LINK
Binnen het onderwijs van Nederlandse Gebarentaal wordt in Nederland vrijwel uitsluitend gebruik gemaakt van de doeltaal, en niet van het Nederlands. In dit artikel wordt gezocht naar argumentatie voor deze praktijk, op basis van literatuur met betrekking tot gebarentalen en gesproken talen. Argumenten voor en tegen het toepassen van de moedertaal (i.c. het Nederlands) zijn in te delen in taalkundige argumenten, organisatorische argumenten en socio-culturele argumenten. Hoewel taalkundige argumenten pleiten voor het toestaan van de moedertaal in het gebarentaalonderwijs, wegen de socio-culturele argumenten zwaar. In de conclusie wordt daarom gepleit voor een tussenweg: het gesproken Nederlands weglaten en het geschreven Nederlands gedoseerd toepassen als hulpmiddel
DOCUMENT
Methode Nederlands voor de middelbare school VMBO-kaderberoeps, cursus media: taal en digitale geletterdheid
LINK
Methode Nieuw Nederlands voor de middelbare school VMBO theoretische leerweg, media (taal en digitale geletterdheid)
LINK
Op het blog Neder-L schrijf ik wekelijks een bericht. Meestal gaat het over Middeleeuwse literatuur, maar het zou ook over het eindexamen Nederlands kunnen gaan.
DOCUMENT