Het schoolplein biedt ieder kind op de basisschool de kans tot motorische- en sociale ontwikkeling. Maar het is niet meer vanzelfsprekend dat er een breed scala van spel- en sportactiviteiten op het schoolplein te zien is. 'Kinderen kennen geen spelletjes meer', 'kinderen van tegenwoordig zijn motorisch minder vaardig', 'kinderen bewegen maar weinig op het schoolplein' zijn veel gehoorde geluiden van leerkrachten over het bewegen van kinderen op het schoolplein. Centraal in dit artikel staan manieren waarop basisschoolkinderen meer gestimuleerd kunnen worden tot bewegen op het schoolplein. De praktische voorbeelden zijn hierbij gericht op het touwtjespringen.
MULTIFILE
Lectorale rede van Dave van Kann gehouden ter gelegenheid van zijn inauguratie als lector ‘Leren Bewegen in en rondom de School’ bij Lectoraat Move to Be van Fontys Sporthogeschool. Dave geeft in zijn rede aan op welke directe thematische focus hij zich in het bijzonder zal gaan richten in zijn lectorschap (de themalijnen Leren Bewegen en Beweegvriendelijke Omgeving). In lijn met de lectoraatsprojecten en -ambities geeft Dave zijn zienswijze op de thematiek ‘Leren Bewegen in en rondom de School’ weer en houd hij een pleidooi om in gezamenlijkheid met alle betrokkenen de komende jaren te werken aan een actieve generatie waarin bewegen meer vanzelfsprekend is en voor iedereen mogelijk.
DOCUMENT
IKan het stimuleren van bewegen ook eenzaamheid verminderen onder alleenstaande ouderen met één of meerdere beperkingen? In het project ‘Meer bewegen met behulp van technologie en elkaar’ is gezocht naar antwoord op deze vraag.
LINK
Full text te downloaden via link. Anderhalf jaar na het uitbrengen van de eerste druk is dit handboek alweer toe aan een tweede druk. Daar zijn we erg blij mee. Het handboek wordt veelvuldig gebruikt door professionals, vrijwilligers en ouderen zelf om samen aan de slag te gaan rondom het thema gezondheid. In de eerste druk hebben we ons, als docenten en onderzoekers Social Work, vooral gericht op sociale gezondheid. Dit hebben we gedaan omdat sociale gezondheid vaak onderbelicht is, als het gaat over gezondheid, terwijl uit menig onderzoek blijkt dat sociale activiteiten een grote positieve invloed hebben op de gezondheid. Vanuit de Hogeschool Utrecht kwam de vraag naar meer beweegactiviteiten. Daarom hebben we nu (alleen voor de Nederlandse versie) een bijlage ontwikkeld met beweegactiviteiten, als extra-onderdeel bij het Handboek ‘Gezond Ouder worden’. Studenten, professionals en vrijwilligers kunnen hiermee aan de slag binnen hun contact met 65-plussers. Zij kunnen op een laagdrempelige manier allerlei activiteiten met ouderen doen, die ouderen wel laten bewegen, maar die niet expliciet tot sport gerekend kunnen worden. De sociale component is ook hierin aanwezig. Plezier staat voorop. Wij hopen dat deze bijlage een nuttig hulpmiddel zal zijn bij het bevorderen van het plezier in bewegen voor ouderen.
MULTIFILE
Binnen het SIA-RAAK onderzoeksproject 'Touchpoints: persuasief ontwerpen voor duurzaam en gezond gedrag' werkten de lectoraten Crossmediale Communicatie in het Publieke Domein (PubLab) en Codesign (Hogeschool Utrecht; FNT) twee jaar lang samen met bureaus uit de creatieve industrie, kennisinstellingen en gedragswetenschappers. Het eindresultaat bestaat uit een praktisch toepasbare toolbox die de creatieve industrie ondersteunt bij ontwerpen voor duurzaam en gezond gedrag, gebaseerd op een breed scala aan theoriën uit de sociale wetenschappen. Deze publicatie is een weergave van de highlights van het project en de resultaten daarvan in onderzoek, praktijk en wetenschap.
DOCUMENT
In dit overzichtsartikel wordt besproken in hoeverre de les LO kan bijdragen aan een actieve leefstijl. Er worden een aantal strategieën beschreven die gericht zijn op de intensivering van de les LO, met als achterliggend doel een grotere bijdrage van de les LO aan de Beweegnorm.
DOCUMENT
Publicatie bij de rede van Jasmijn Holla, in verkorte vorm uitgesproken bij de aanvaarding van de functie van lector Kracht van Sport en Bewegen aan Hoogeschool Inholland in Haarlem op 23 juni 2022. Het lectoraat Kracht van Sport en Bewegen richt zich met praktijkgericht onderzoek op het benutten van de potentiële gezondheidswaarde en sociaal-maatschappelijke waarde van sport, bewegen en een gezonde leefstijl. In aansluiting op de uitstroomprofielen van de bacheloropleiding Sportkunde, waaraan het lectoraat nauw verbonden is, heeft het lectoraat speciale aandacht voor het stimuleren van sport, bewegen en een gezonde leefstijl in de zorg, de wijk en op het werk. In dit boekje worden de onderzoekslijnen 'Aangepast Sporten en Bewegen', 'Sport en Maatschappij' en 'Gezondheidsmanagement' beschreven. Aan de hand van de overkoepelende onderzoeksthema's leefstijl, technologie en inclusie worden de achtergrond en visie gepresenteerd van waaruit het lectoraat werkt.
DOCUMENT
De relatie tussen fysieke activiteit en gezondheid is onomstotelijk vastgesteld. Zo kan fysieke activiteit onder andere ischaemische hart- en vaatziekten, dikke-darmkanker, hersenbloedingen, overgewicht en type 2 diabetes helpen voorkomen. Daarom is het schrikbarend hoe weinig mensen in de westerse maatschappij bewegen. De leeropdrachten van het lectoraat Fysieke Activiteit en Gezondheid zijn toegespitst op de maatschappelijke problematiek van bewegingsarmoede en de daarmee samenhangende gezondheidsproblemen. Deze luiden: - Wat zijn geschikte richtlijnen voor primaire en secundaire ziektepreventie door middel van fysieke activiteit? - Wat kan de rol zijn van het bewegingsonderwijs in het stimuleren van gezond bewegingsgedrag?
DOCUMENT
In Nederland streven het ministerie van VWS en het ZonMw ondersteuningsprogramma Gezonde Slagkracht bij overgewichtpreventie op lokaal niveau naar een samenhangend en integraal beleid, bij voorkeur volgens de beginselen van de EPODE aanpak. In dit onderzoek is gekeken hoe de EPODE aanpak zich verhoudt tot de praktijk, met als voorbeeld de via Gezonde Slagkracht gesubsidieerde gemeente Raalte. De EPODE aanpak is gestoeld op vier pijlers: politiek draagvlak, stevige wetenschappelijke steun, sociale marketing en publiek-privaat partnerschap. De gemeente Raalte heeft, met de ondersteuning van GGD IJsselland, een goede stap gezet om aansluiting te vinden bij EPODE. De pijlers bestuurlijk draagvlak en publiek-privaat partnerschap blijken relatief eenvoudig ingevuld te kunnen worden. De gemeente is bewust van het belang van deze pijlers en heeft er concrete ideeën voor. De moeilijkste pijlers om te realiseren, blijken wetenschappelijke steun en sociale marketing. Daar heeft de gemeente dan ook extra ondersteuning nodig. De EPODE aanpak biedt via de vier pijlers een nuttig framework om initiatieven te ordenen en mogelijkheden te signaleren. Maar om de aanpak ten volle te kunnen benutten, is een betere en concretere beschrijving van de pijlers nodig, en meer ondersteuning bij de praktische invulling. Voor de ontwikkeling van een succesvolle, lokale, integrale aanpak en het daarvoor benodigde ondersteuningsaanbod is het waardevol om meer te weten over de ontwikkelingen in verschillende gemeenten die met de EPODE aanpak (of de Nederlandse variant: JOGG) bezig gaan met het bevorderen van een gezonde leefstijl.
MULTIFILE
De laatste jaren is er veel aandacht voor de problematiek rondom kinderen met overgewicht. In meerdere rapporten van TNO is aangegeven dat het probleem van overgewicht onder kinderen zich steeds verder uitbreidt. Ook blijkt dat veel kinderen de Nederlandse Norm Gezond Bewegen (NNGB) niet halen. In 2009 bijvoorbeeld voldeed slechts 22% van de jeugdigen van 4- 17 jaar aan de NNGB (Hildebrandt, V.H., 2010). Een belangrijke doelgroep bij beweegstimulering vormt de groep van inactieve kinderen die veel tijd achter de computer en tv doorbrengen (Hildebrandt, V.H., 2010). De Twinkel Tegels zijn ontwikkeld omdat door het gebruik van interactieve beweeggames een innovatief beweegaanbod gerealiseerd kan worden, dat mogelijk ook kinderen die graag gamen aanspreekt. In dit rapport worden de resultaten van het onderzoek naar de Twinkel Tegels beschreven. In dit onderzoek is gekeken naar 3 verschillende onderzoeksvragen: - Wat is het energieverbruik van basisschoolkinderen van 6 t/m 12 jaar tijdens het spelen met de Twinkel Tegels? - Hoe wordt het spelen met de Twinkel Tegels door de kinderen van 6 t/m 12 jaar ervaren? - Welke kinderen maken zelfstandig gebruik van de Twinkel Tegels buiten schooltijden? Uit dit onderzoek kan geconcludeerd worden dat de spellen Vliegen Vangen en Alarmfase Rood, indien deze gedurende 20 minuten gespeeld worden, een bijdrage kunnen leveren aan het behalen van de NNGB. Deze norm vraag namelijk minimaal 3x per week 20 minuten intensieve lichaamsbeweging en met een gemiddelde MET-waarde van 12,4 respectievelijk 12,6 kan gesteld worden dat de spellen Vliegen Vangen en Alarmfase Rood zeer intensieve lichaamsbeweging vereisen. De Twinkel Tegels spreken zowel jongens als meisjes aan en een meerderheid van de kinderen gaf aan de spellen Vliegen Vangen en Alarmfase Rood leuk te vinden en vaker te willen spelen. Uit dit onderzoek komt naar voren dat het bedieningsgemak van de Twinkel Tegels nog te wensen over laat. Met name de door de kinderen ervaren lange opstarttijd van de spellen en onduidelijkheid over het starten van een spel zijn aandachtspunten. Met betrekking tot het gebruik van de Twinkel Tegels kan geconcludeerd worden dat de Twinkel Tegels op de huidige locatie vooral gebruikt worden direct na school of in de pauze en dat de speltijd betrekkelijk kort is. Uitleg over het starten van een spel bij de locatie van de Twinkel Tegels en observaties gedurende een langere periode moeten uitsluitsel geven of het gebruik daarmee van langere duur is (per keer) en langdurig interessant voor de diverse doelgroepen. Verder onderzoek is nodig om inzicht te krijgen in de lange termijn effecten van de Twinkel Tegels voor wat betreft gebruiksduur en aantrekkelijkheid voor specifieke doelgroepen.
DOCUMENT