De GreenPee is een combinatie van een urinoir en een plantenbak. De GreenPee is niet alleen mooi en functioneel, maar ook duurzaam en draagt bij aan een positieve omgevingsboodschap. Doordat de GreenPee niet hoeft te worden aangesloten op water of riool wordt het milieu veel minder belast. Daarnaast draagt de GreenPee bij aan een duurzame samenleving. De GreenPee vangt de urine op in een bak met geurabsorberende hennepvezel. Deze vezel, vermengd met de urine, vormt na compostering een fosfaatrijke biologische meststof welke gebruikt kan worden om op een natuurlijke wijze groenperken te bemesten. Een handig in-hydro systeem vangt regenwater op in een 30 liter reservoir, wat ervoor zorgt dat de planten bij droogte minimaal bewaterd hoeven te worden. Helaas blijkt het concept in de praktijk te hoge onderhoudskosten te hebben en tevens blijken composteringsbedrijven niet erg geinteresseerd te zijn in de verwerking en brengen (hoge) kosten in rekening. In dit KIEM GoChem project gaat de Universiteit van Amsterdam in samenwerking met MKB SEMiLLA Sanitation Hubs b.v. een proces ontwikkelen waarbij de urine wordt voorbehandeld met een speciaal ontwikkelde ureaseremmer. Hierdoor is de verwachting dat ammoniavorming achterwege blijft en de originele voedingsstoffen behouden blijven. De urine wordt vervolgens centraal via vacuumverdamping verwerkt tot 90% loosbaar water en 10% hoogwaardige, vloeibare meststof voor planten. Er is dan geen hennepvezel meer nodig in het proces en de urine uit de GreenPee kan eenvoudig verwerkt worden.
Service logistics in de vliegtuigonderhoudindustrie is een zeer kennisintensieve en concurrerende markt. De meest cruciale factor in deze industrie is het laag houden van de downtime tijdens maintenance, repair en overhaulactiviteiten. Met name opslag, distributie en het managen van spare parts spelen hierin een belangrijke rol. Om tijdig vliegtuigen te kunnen onderhouden, hebben onderhoudsbedrijven vaak duizenden onderdelen, van kleine ophangpennen tot zeer dure motoren, op voorraad. Hierin zit dan ook de paradox: onderhoudskosten dalen door lagere down time en grote voorraden zorgen op hun beurt weer voor hoge warehousing kosten. Het lectoraat Aviation Engineering voert thans een RAAK-MKB project uit waarin primair wordt onderzocht of historische onderhoudsdata kan worden gebruikt voor MRO-onderhoudsplannen die de downtime verlagen. Gaandeweg de uitvoering van dit project is echter gebleken dat niet alle onderhoud van te voren gepland kan worden en dat juist real time data tijdens de vlucht erg relevant is voor snel en efficiënt onderhoud. De doelstelling van dit KIEM-project is enerzijds het vergaren van nieuwe kennis en inzichten over service logistics en het daarmee aanjagen nieuw onderzoek waarin wordt onderzocht of de inzet van real time big data bijdraagt aan het verminderen van de downtime. Anderzijds wordt onderzocht of nieuwe samenwerkingen (met IT-bedrijven) mogelijk zijn die voorraadkosten verminderen. Onderzoek wordt gedaan naar: 1. Knelpunten voor de inzet van real time big data in relatie tot MRO-activiteiten. 2. Vraagarticulatie en samenwerkingsmogeljkheden met nieuwe mkb-bedrijven. 3. Spare part warehousing efficiëntie (parts pooling). 4. Infrastructuur en standaarden voor opslag en toegankelijkheid van gezamenlijke en individuele (bedrijfsgevoelige) data. De HvA, NAG en JetSupport verwachten dat met dit project nieuwe mkb-onderhoudsbedrijven, vliegtuigmaatschappijen en overheden gaandeweg het project gaan aanhaken. Uitkomsten zijn enerzijds nieuwe kennis en inzichten op het gebied van service logistics en anderzijds commitment voor een vervolgonderzoek op het lopende RAAK-project.
Het project "Port State Control" was aangevraagd om onderzoek te kunnen doen naar de oorzaak wan het grote aantal aanhoudingen van Nederlandse schepen in buitenlandse havens. Doel van het onderzoek was om belangrijke oorzaken daarvan boven water te krijgen en oplossingen daarvoor te onderzoeken en bedenken. Schepen worden door PSC gecontroleerd, waarbij er wordt gekeken of ze voldoen aan de internationale wet- en regelgeving, met name de veiligheid aan boord. Reders en bemanning zijn verantwoordelijk voor een veilige uitvoer van de taken aan boord. Indien er tekortkomingen worden geconstateerd, mag een PSC-autoriteit een schip aanhouden. Uit de onderzoeken naar de oorzaken blijk onder andere: - Nalatigheid bemanning bij controles installaties door werkdruk en repetitief werk, kennis niet beschikbaar. - Nalatigheid rederij; besparen op onderhoudskosten. - Het aantal en de kwaliteit van de bemanning aan boord van Nederlandse schepen. - Nalatigheid eindconsument; logistiek proces dient zo goedkoop mogelijk te zijn vanwege lage prijs. Consequentie: minder investeringen in bemanningen en scheepsonderhoud. Het project doet daarom de volgende aanbevelingen: Om bemanningen aan boord zo goed mogelijk voor te bereiden op PSC-inspecties is kennisvalorisatie erg belangrijk. De laatste informatie dient beschikbaar te zijn. Rederij is daar werantwoordelijk voor. De betrokkenheid van de reder is belangrijk bij het motiveren van de bemanning. Daarbij is scheepsfamiliarisatie cruciaal. Net zoals het verantwoordelijkheidsgevoel m.b.t. de scheepsveiligheid. Een tastbaar eindproduct van het project is de Port State Contol app. De app is een digitale omgeving die laat zien hoe situaties wel of niet horen te zijn. Met deze app worden bemanningsleden bekend gemaakt met het schip waar ze op komen te varen. Innovaties als Virtual Reality en distance learning zou de essentiële verbeterslag gemaakt kunnen !Worden. Met inzet van digitale hulpmiddelen kan de familiarisatie van nieuwe bemanningsleden werbeterd worden zodat zij beter zijn voorbereid op de taak aan boord.