Deze rapportage bevat een analyse van het maatschappelijk debat over de terreinen onderwijs, cultuur, wetenschap en media. De analyses zijn in de periode 2010-2015 gemaakt. De analyses van het maatschappelijk debat zijn bedoeld om het beleid beter te doen aansluiten bij de maatschappelijke vraag. De analyse van het media-debat is van de hand van Andra Leurdijk en Saskia Welchen.
DOCUMENT
Overzicht van de ontwikkelingen in het Speciaal Onderwijs in Nederland tussen 1920 en 1990
DOCUMENT
Geïllustreerd aan de hand van een terugblik op ontwikkelingen in het reken-wiskundeonderwijs in Nederland tussen 2000 en 2025
LINK
Het Nederlandse onderwijssysteem kan beschouwd worden als ‘the hidden secret in education’ (Alma Harris). Weinig landen zijn in staat om hoge onderwijs kwaliteit te combineren met een grote mate van gelijke kansen. Daarmee kan Nederland naast gidslanden zoals Finland, Canada/Ontario en Singapore een inspiratiebron zijn voor andere landen. Met dit doel voor ogen is in mei 2017 het boek ’The Dutch way in education: Teach, learn and lead the Dutch way’ gepubliceerd. ‘because the Dutch score high on Pisa rankings, they top almost every chart on child well-being and have a high performing system with a good balance between equity and excellence. These are just a few aspects that indicate the Dutch society and its education has a lot of things to discover if you look more closely.’In dit boek worden de verworvenheden van het Nederlandse onderwijssysteem beschreven vanuit verschillende invalshoeken (klik hier voor de inhoudsopgave [https://www.thedutch-way.com/downloads/The_Dutch_Way_in_Education_tableofcontents.pdf]). Lector Marco Snoek heeft het hoofdstuk over de leraar in het Nederlandse schoolsysteem beschreven. Zoals overal ter wereld is ook in Nederland de kwaliteit van het onderwijs een belangrijk aandachtspunt. Het onderwijs is immers een belangrijke factor bij het handhaven en ontwikkelen van de economische en sociale stabiliteit van een land. De overheid heeft de belangrijke taak om deze kwaliteit te behouden en te ontwikkelen. De kwaliteit van het onderwijs is geen statisch concept en onderwijs moet zich voortdurend aanpassen aan veranderingen en nieuwe behoeften in de samenleving.Dit hoofdstuk richt zich op de manier waarop onderwijskwaliteit en onderwijsontwikkeling in Nederland worden ondersteund en de rol die leraren hierbij spelen. Er worden drie perspectieven gepresenteerd. In het eerste perspectief is de leraar ontvanger van overheidsmaatregelen en volgt hij systeemstructuren en regelgeving. In het tweede perspectief wordt de individueleleraar beschouwd als de belangrijkste actor bij het bepalen en realiseren van onderwijskwaliteit en in het derde perspectief wordt onderwijskwaliteit beschouwd als het resultaat van nauwe samenwerking tussen lerarenteams.Dit hoofdstuk laat zien hoe nationaal en lokaal beleid in Nederland van het eerste naar het tweede perspectief zijn geëvolueerd en nu langzaam doorontwikkelen naar het derde perspectief.Het boek is uitgegeven door Uitgeverij Onderwijs maak je Samen. Zie www.thedutch-way.com. Dit artikel is verschenen in de vertaalde versie van het Engelstalige boek The Dutch Way in Education.
DOCUMENT
Case report. Dossiernummer 405-17-720 In deze studie onderzochten we de opzet en inhoud van professionalisering van leraren in basis- en voortgezet onderwijs aan nieuwkomers-kinderen in Zweden en Vlaanderen. Dit deden we tegen de achtergrond van zorgen in Nederland rond de kwaliteit van onderwijs aan deze doelgroep. Opleiding en van leraren maakt deel uit van deze bredere problematiek. De centrale onderzoeksvraag was: Hoe wordt in Zweden en Vlaanderen vorm en inhoud gegeven aan de professionalisering van leraren die onderwijs verzorgen aan nieuwkomers, en welke aanknopingspunten biedt dit voor Nederland? Om niet alleen de opzet van professionalisering op hoofdlijnen, maar ook de inhoud aandacht te kunnen geven, werden drie inhoudelijke professionaliseringsthema’s nader onder de loep genomen waarop vanuit de discussies rond 'Ruimte voor nieuwe talenten' (Schrijfgroep LPTN, 2017) een duidelijke scholingsbehoefte in het veld bestond: (1) de intake van nieuwkomers; (2) de verhouding tussen onderwijs in de tweede taal en de positie van moedertalen; (3) de methodiek van tweede-taalonderwijs. Het onderzoek werd uitgevoerd via een combinatie van deskresearch, interviews met sleutelpersonen uit beleid, professionalisering en wetenschap, en praktijkbezoeken. Het analysekader, tussentijdse bevindingen en eindresultaten zijn op drie momenten voorgelegd aan Nederlandse referenten die een rol spelen bij beleid, professionalisering, praktijk en wetenschap, om de betekenis voor Nederland gezamenlijk met betrokkenen te kunnen duiden.
DOCUMENT
Laaggecijferdheid is een belangrijk onderwerp voor onderzoek, want het leven van laaggecijferde personen brengt grote uitdagingen met zich mee. Tot nu toe gaat de meeste aandacht van onderzoekers naar laaggeletterdheid. In deze onderzoeken is er soms ook aandacht voor laaggecijferdheid, maar dit is meestal slechts een klein deel van het onderzoek. Gelukkig is er binnen en buiten Nederland wel een aantal onderzoekers die zich bezighouden met gecijferdheid, zodat we toch een theoretische basis hebben. Dit whitepaper geeft een overzicht van (een deel) van de onderzoeken rondom (laag)gecijferdheid. Allereerst een overzicht van Nederlandse onderzoeken, die een beeld geven van de situatie in Nederland. Daarbij aandacht voor feiten en beleid, maar ook voor didactische vaardigheden en praktische tips. Als tweede een selectie van internationaal onderzoek. Hierbij blijkt dat het gebrek aan aandacht voor gecijferdheid een gedeeld probleem is. Desondanks zijn er mooie onderzoeken gedaan die nuttig kunnen zijn voor de Nederlandse situatie. In het derde onderdeel van dit paper is er ruimte voor gerelateerd onderzoek. Deze onderzoeken richten zich in eerste instantie niet op laaggeletterdheid, maar er worden interessante dingen gezegd over reke-nen of over mensen met lage vaardigheden in het algemeen. Van deze artikelen is geen samenvatting gemaakt, maar slechts een citaat weergegeven. Als vierde volgt een overzicht van beschikbare materia-len die in gecijferheidsonderwijs voor volwassen gebruikt kunnen worden. Dit whitepaper is een document dat in beweging is. De verwachting is dat (laag)gecijferdheid in toene-mende mate in de belangstelling staat en er ook meer onderzoek naar gedaan zal worden. Het aantal interessante publicaties zal toenemen en de intentie is om dit document regelmatig te herzien.
DOCUMENT
Nederland, Zweden en Vlaanderen kregen sinds 2015 te maken met grote instroom van nieuwkomers. Hoe jonge nieuwkomers worden opgevangen in het voortgezet onderwijs (vo) verschilt sterk. Zo kiezen Zweden en Vlaanderen voor een snelle(re) integratie van nieuwkomersleerlingen in reguliere groepen. In dit artikel vergelijken Berntsen en Hajer de opvangmodellen in genoemde twee landen met het in Nederland gangbare model.
LINK
Hoofdstuk in Jaarrapport integratie 2011. Het rapport geeft een beeld van de positie van niet-westerse migranten en hun nakomelingen in Nederland. Er is aandacht voor de positie in het onderwijs en op de arbeids- en woningmarkt. Ook thema's als demografie, inburgering, inkomen en criminaliteit komen aan bod. Voor al deze terreinen worden de ontwikkelingen in integratie geschetst. Verwerven niet-westerse migranten steeds gunstigere posities? En in hoeverre staan zij nog op afstand van autochtone Nederlanders?
DOCUMENT
In Nederland is de afgelopen decennia zowel het aanbod als het gebruik van diverse vormen van aanvullend onderwijs toegenomen. Die groei vormt een belangrijke verandering in het onderwijslandschap: het leren en ontwikkelen vindt in toenemende mate ook naast het reguliere onderwijs plaats. Dat roept tal van vragen op, die een consortium van onderzoekers en praktijkpartners in het kader van de Nationale Wetenschapsagenda in de periode 2018 – 2020 nader heeft verkend.
MULTIFILE
De markt van groepsvakanties en groepsuitjes is sterk in beweging. Mensen gaan steeds meer in groepsverband op pad in wisselende samenstelling. Het aanbod kent steeds meer spelers naast de traditionele groepsaccommodaties. Ook op het gebied van marketing is de sector in beweging met een veelheid aan boekingsplatforms en groepsaccommodatie-ondernemers die het heft in eigen hand nemen. En tot slot kent ook de belangenbehartiging een roerige tijd met de oprichting van de stichting Groepsaccommodaties Nederland (GAN). GAN is een jonge brancheorganisatie die staat voor de belangenbehartiging en promotie van de op dit moment ca. 100 leden, allemaal ondernemers met één of meerdere groepsverblijven. Gelet op al deze ontwikkelingen heeft GAN het initiatief genomen om te komen tot een nieuwe strategische visie voor de groepsaccommodaties. Waar staat deze bedrijfstak voor, wat komt er op de ondernemers af en hoe kunnen ze hierop inspelen? Voor de ontwikkeling van deze visie heeft GAN samenwerking gezocht met het Centre of Expertise Leisure, Tourism and Hospitality (CELTH) en de Hogescholen Breda University of Applied Sciences (BUas; voorheen bekend als NHTV) en NHL Stenden, die hiervoor ook haar European Tourism Futures Institute heeft ingezet. De onderwijsinstellingen hebben met inzet van docenten en studenten diverse deelonderzoeken uitgevoerd die als ‘bouwstenen’ voor het proces op weg naar de visie beschouwd kunnen worden. Aanvullend is nog een schriftelijke enquête gehouden onder (450) groepsaccommodaties in Nederland (respons 34%).
DOCUMENT