Deze infographic gaat over de vraag: Wat typeert de startende professional? Het antwoord op deze vraag is gebaseerd op 80 interviews met startende professionals, gehouden door tweedejaarsstudenten Pedagogiek en Social Work van De Haagse Hogeschool. In de jeugdhulp is sprake van grote personeelstekorten en een groot verloop van professionals. Ongeveer 1 op de 5 startende professionals verlaat de sector zelfs binnen vijf jaar. We zijn een langlopend onderzoek gestart om te achterhalen wat bijdraagt aan het behoud van startende professionals voor de jeugdhulp
DOCUMENT
Background: Due to the globally increasing demand for care, innovation is important to maintain quality, safety, effectiveness, patient sensitivity, and outcome orientation. Health care technologies could be a solution to innovate, maintain, or improve the quality of care and simultaneously decrease nurses’ workload. Currently, nurses are rarely involved in the design of health care technologies, mostly due to time constraints with clinical nursing responsibilities and limited exposure to technology and design disciplines. To ensure that health care technologies fit into nurses’ core and routine practice, nurses should be actively involved in the design process. Objective: The aim of the present study was to explore the main requirements for nurses’ active participation in the design of health care technologies. Design: An exploratory descriptive qualitative design was used which helps to both understand and describe a phenomenon. Participants: Twelve nurses from three academic hospitals in the Netherlands participated in this study. Method: Data were collected from semistructured interviews with hospital nurses experienced in design programs and thematically analysed. Results: Four themes were identified concerning the main requirements for nurses to participate in the design of health care technologies: (1) nurses’ motivations to participate, (2) the process of technology development, (3) required competence to participate (such as assertiveness, creative thinking, problem solving skills), and (4) facilitating and organizing nurses’ participation. Conclusion: Nurses experience their involvement in the design process as essential, distinctive, and meaningful but experience few possibilities to combine this work with their current workload, flows, routines, and requirements. To participate in the design of health care technologies nurses need motivation and specific competencies. Organizations should facilitate time for nurses to acquire the required competencies and to be intentionally involved in technology design and development activities.
DOCUMENT
Background: To be accountable to laws and regulations, healthcare professionals spend more than 40% of their time on administrative tasks. The Compulsory Mental Healthcare Act (CMHA) was introduced in Dutch mental healthcare in 2020. It was hypothesized that this legislative amendment would raise the administrative burden for some care professionals. Pilot studies in 2020 and 2021 visualized the exponentially rise of the administrative burden for care professionals, especially psychiatrists due to the transition. However the total response was too small and not generalizable. Aim: gain more nationwide insight in the hypothesized raise of administrative burden of psychiatrists due to the implementation of the CMHA. Method: Under the leadership of an advisory board of three medical director psychiatrists, a Likert scale questionnaire was further developed to investigate the administrative burden of psychiatrists in the Netherlands before and after transition. Open-ended questions provided the opportunity for feedback from the psychiatrists. The study was supported by the Department of Medical Directors (DMD) of The Netherlands Psychiatric Association (NPA). Results: all mental health institutions members of the DMD of the NPA received an invitation to participate. 14 institutions (total N=158) responded. The data show a significant change in the time spent on administrative tasks, the usefulness of the administrative actions, the fit for use and ease of use of supporting systems. The forementioned all decreased significantly after the implementation. Conclusion and discussion: Psychiatrists spend more time on administration than before the legislative amendment instead of helping vulnerable patients. None of the institutions has been able to use the transition to its advantage given the time spent on administrative tasks and the usefulness of these tasks. This is an unacceptable development in the field of mental health in the Netherlands and should be addressed to those who are responsible for the decision making, especially policy makers. These results show that the introduction of the CMHA have made the field of Dutch mental health an impossible area to work for. , Administrative burden, Legislative amendment, Public governance, Information Management
MULTIFILE
De gezondheidszorg kampt met personeelstekorten en lange wachtlijsten, wat de zorgkwaliteit voor patiënten ernstig treft. De toenemende vergrijzing van de bevolking en een toenemend tekort aan geschoold personeel verergeren deze problemen. Hierdoor komen zowel zorgverleners als mantelzorgers onder grote druk te staan [1]. In dit project wordt met behulp van AI-onderzoek gedaan naar de haalbaarheid van het automatisch detecteren van de gesteldheid van zorgbehoevenden. Dit biedt mogelijkheden om de druk op zorgverleners en mantelzorgers te verlichten door taken te automatiseren en hen te ondersteunen bij het identificeren van de behoeften van de patiënten. De huidige tekorten in de zorg zijn verontrustend en daarom niet houdbaar voor de kwaliteit van de zorg. Automatisering is daarom essentieel om de zorgkwaliteit te waarborgen. Het consortium bestaat uit zorginstelling De Zijlen, Valtes en het NHL Stenden Lectoraat Computer Vision & Data Science. Vanuit De Zijlen en Valtes is de vraag ontstaan voor de automatische detectie van de gesteldheid van zorgbehoevenden. Gezamenlijk wordt de technische haalbaarheid onderzocht om de business-case te ondersteunen. Daarnaast is het doel van dit project om met een proof-of-concept een breder netwerk van belangenorganisaties, ontwikkelaars en eindgebruikers aan te spreken. Er wordt gewerkt in een multidisciplinair team van studenten, docent-onderzoekers, lectoren, ontwikkelaar en potentiële eindgebruikers.
Vergrijzing en ontgroening is - in Noord-Nederland sterker dan in de rest van Nederland - een urgent probleem dat werkgevers, zowel het MKB als grote organisaties, steeds meer voelen. Ten behoeve van de bemensing van de regionale klimaattransitie en om te voorzien in personeelstekorten is het noodzakelijk dat oudere werknemers (55plus) vitaal, gezond en langer blijven werken. Omdat de huidige interventies en arrangementen voor het oudere deel van de beroepsbevolking veelal gericht zijn op afvloeiing en minder werken, is juist aandacht nodig voor de ontwikkeling, duurzame inzetbaarheid en arbeidsmobiliteit van oudere werknemers. Met het ambitieuze project BAANBREKEND PERSPECTIEF VOOR EEN DUURZAME REGIO beogen we door uitvoering en ontwikkeling van een integraal aanbod van gevalideerde HR- en loopbaaninterventies en -voorzieningen de duurzameinzetbaarheid en de verdere ontwikkeling van oudere werknemers te bevorderen. Daarmee wordt het menselijk kapitaal versterkt dat nodig is voor de transitie naar een klimaatneutrale en circulaire economie én dragen we bij aan de brede welvaart in Noord-Nederland
Nederland staat voor enorme (ver)bouwopgaven. Er moet een miljoen nieuwe woningen worden bijgebouwd en een veelvoud aan gebouwen moet worden verduurzaamd. Daarvoor zijn goed getrainde én gemotiveerde vakmensen nodig. Ook het mkb in de bouw en infra staat hiervoor aan de lat. Juist dat mkb kampt echter met groeiende personeelstekorten en een snel vergrijzend personeelsbestand. Steeds meer mkb bedrijven in de bouw en infra geven aan niet alleen te worstelen met de vraag hoe zij aan voldoende vakmensen komen, maar ook met de vraag hoe zij vakmensen langer, beter en meer duurzaam kunnen inzetten. Daarvoor zeggen mkb bedrijven vooral behoefte te hebben aan slimme manieren om een actueel, volledig en betrouwbaar (‘valide’) inzicht te krijgen van het in hun bedrijf beschikbare vakmanschap. Daarnaast is er behoefte aan professionele hulp bij het inzetten en (langer) inzetbaar houden van vakmensen en aan passende en effectieve begeleiding daarbij. In dit project gaan we met 10 mkb bedrijven in de bouw en infra deze problemen aanpakken. Dat doen we door samen te experimenteren met het 'digitaal skills paspoort voor vakmensen (DSP)'. Het DSP geeft medewerkers en bedrijven een actueel en volledig inzicht in de eigen 'skills voorraad' en de ontwikkeling daarin. Dat inzicht gebruiken we om mkb bedrijven te helpen hun (aankomende) werknemers concrete handvatten te bieden voor verduurzaming van de inzetbaarheid. In vragenlijstonderzoek, in case studies en een cross cases study volgens de methode van realistische evaluatie stellen we vast of én hoe de DSP aanpak mkb bedrijven écht helpt meer vakmensen te vinden, ze langer inzetbaar te houden en daarbij de juiste begeleiding te bieden. We werken intensief samen met een breed consortium van roc’s, hogescholen, sociale partners, mkb bedrijven en kennisinstellingen om onderzoeksresultaten gedurende het project bruikbaar te maken voor (bouw)bedrijven zelf én het middelbaar en hoger beroepsonderwijs.