Background: In Europe, cardiovascular disease is one of the predominant causes of mortality and morbidity among older people over 65 years. The occurrence of cardiovascular disease can have a negative impact on the quality of life of older patients and their families and family health overall. Assuming that illness is a family affair shaped by culture and health care systems, we explored European health care practices and interventions toward families of older patients with cardiovascular disease and heart failure.Aims: This paper aimed to determine the extent, range, and variety of practices and interventions in Europe directed to families of older patients and to identify knowledge gaps.Materials & Methods: A scoping review was conducted including studies published in Medline, CINHAL, or Cochrane library between 2009 and mid-2020.Results: A total of 22 articles from 17 studies were included, showing diverse practices and interventions. The interventions targeted the family as a unit (six studies), dyads (five studies), patients alone, but assessed family members’ reactions (five studies) or the family member primarily, but assessed the reaction of the patient (one study). Target outcomes were family caregiver burden; health-related QoL; and perceived control in patients; and family functioning and changes in health behavior or knowledge in both, family members and patients. Most studies did not include an integral view of the family as the unit of care but rather had a disease-centered approach.Discussion: This scoping review provides insight into a variety of healthcarepractices towards families of older patients with cardiovascular disease in Europe. Clarifying underlying assumptions to involve families is needed. More studies with family-focused approaches as integral models could lead to practices that improve families’ well-being. Exploring integral models for their acceptance in health care and family systems appears pertinent to develop European policy to support and add to family health.
Positive health (PH) has been described as a promising transformative innovation to address the challenges of promoting well-being and reducing the burden of disease. For this study, we conducted a scientific literature review of the current state of knowledge about PH as introduced by Huber and colleagues, following the Cochrane Rapid Review recommendations. Three databases were searched (PubMed, Google Scholar, and CINAHL). Data were extracted and synthesised using a narrative approach. A total of 55 articles were included. The initial evaluation revealed promising results at both the individual and collective levels. However, several articles gave reason for further refinement of the conceptualisation of PH and of ways to measure the effects of PH interventions in greater detail. Professionals also expressed a desire for a more informed application and elaboration of the PH method, in various settings and populations, to increase its effectiveness in practice. The results from the rapid review highlight the transformative potential of PH in shifting from a disease-oriented to a health-oriented paradigm of healthcare. This underlines the need for continued research regarding further development of the concept and its practical method, along with the necessity for methodological innovation.
MULTIFILE
Smart glasses were perceived to be potentially revolutionary for healthcare, however, there is only limited research on the acceptance and social implications of smart glasses in healthcare. This study aims to get a better insight into the theoretical foundations and the purpose was to identify themes regarding adoption, mediation, and the use of smart glasses from the perspective of healthcare professionals. A qualitative research design with focus groups was used to collect data. Three focus groups with 22 participants were conducted. Data were analyzed using content analysis. Our analysis revealed six overarching themes related to the anticipated adoption of smart glasses: knowledge, innovativeness, use cases, ethical issues, persuasion, and attitude. Nine themes were found related to anticipated mediation and use of smart glasses: attention, emotions, social influences, design, context, camera use, risks, comparisons to known products, and expected reaction and might influence the acceptance of smart glasses.
MULTIFILE
The main objective is to write a scientific paper in a peer-reviewed Open Access journal on the results of our feasibility study on increasing physical activity in home dwelling adults with chronic stroke. We feel this is important as this article aims to close a gap in the existing literature on behavioral interventions in physical therapy practice. Though our main target audience are other researchers, we feel clinical practice and current education on patients with stroke will benefit as well.
In het project “ADVICE: Advanced Driver Vehicle Interface in a Complex Environment” zijn belangrijke onderzoeksresultaten geboekt op het gebied van het schatten van de toestand en werklast van een voertuigbestuurder om hiermee systemen die informatie geven aan de bestuurder adaptief te maken om zo de veiligheid te verhogen. Een voorbeeld is om minder belangrijke informatie van een navigatiesysteem te onderdrukken, zolang de bestuurder een hoge werklast ervaart voor het autorijden en/of belangrijke informatie juist duidelijker weer te geven. Dit leidt tot een real-time werklast schatter die geografische informatie meeneemt, geavaleerd in zowel een rijsimulator als op de weg. In de ontwikkeling naar automatisch rijden is de veranderende rol van de bestuurder een belangrijk (veiligheids) onderwerp, welke sterk gerelateerd is aan de werklast van de bestuurder. Indien rijtaken meer geautomatiseerd worden, wijzigt de rol van actieve bestuurder meer naar supervisie van de rijtaken, maar tevens met de eis om snel en gericht in te grijpen indien de situatie dit vereist. Zowel deze supervisie als interventietaak zijn geen eenvoudige taken met onderling een sterk verschillende werklast (respectievelijk lage en (zeer) hoge werklast). Of een goede combinatie inclusief snelle overgangen tussen deze twee hoofdtaken veilig mogelijk is voor een bestuurder en hoe dit dan het beste ondersteund kan worden, is een belangrijk onderwerp van huidig onderzoek. De ontwikkeling naar autonoom rijden verandert niet alleen de rol van de bestuurder, maar zal ook de eisen aan het rijgedrag van het voertuig beïnvloeden, de voertuigdynamica. Voor de actieve bestuurder kunnen snelle voertuigreacties op bestuurdersinput belangrijk zijn, zeker voor een ‘sportief’ rijdende bestuurder. Indien dit voertuig ook automatische rijtaken moet uitvoeren, kan juist een meer gelijkmatig rijgedrag gewenst zijn, zodat de bestuurder ook andere taken kan uitvoeren. Dit stelt eisen aan vertaling van (automatische) input naar voertuigreactie en aan de voertuigdynamica. Mogelijk wil zelfs een sportieve bestuurder een meer comfortabel voertuiggedrag tijdens automatisch rijden. Eveneens voor deze twee voertuigtoestanden, menselijke of automatische besturing, moet gezocht worden naar een goede combinatie inclusief (veilige) overgangen tussen deze twee toestanden. Hierbij speelt de werklast en toestand van de bestuurder een doorslaggevende rol. In de geschetste ontwikkelingen in automatisch rijden kunnen de onderzoeksresultaten van ADVICE een goede ondersteuning bieden. Veel van deze ontwikkelingen worstelen met het schatten van de werklast van de bestuurder als cruciaal (veiligheids) aspect van automatisch rijden. De ADVICE resultaten zijn echter gepresenteerd voor beperkt publiek en gepubliceerd op conferenties, waarvan de artikelen veelal slechts tegen betaling toegankelijk zijn. Daarnaast zijn dergelijke artikelen gelimiteerd in aantal pagina’s waardoor de over te dragen informatie beperkt is. Om een betere doorwerking van ADVICE aan ‘iedereen’ te realiseren en tevens de mogelijkheden hiervan in de toekomst van automatisch rijden te plaatsen, willen wij top-up gebruiken om hierover een artikel te schrijven en dit in een peer-reviewed Open Access tijdschrift online toegankelijk te maken. Hierdoor wordt de informatie voor iedereen, gratis toegankelijk (open access), is de inhoud uitgebreider aan te geven (tijdschriftartikel) en is de inhoud en kwaliteit goed en relevant voor het vakgebied (peer-reviewed).
Chronische gewrichtsaandoeningen zijn veelvoorkomende aandoeningen waarmee patiënten bij de fysiotherapeut of oefentherapeut komen. Aandoeningen zoals artrose en reuma veroorzaken problemen in het dagelijks functioneren vanwege pijn en verminderde mobiliteit. Genezing is vaak niet mogelijk, maar het bevorderen van zelfmanagement kan verergering voorkomen. Oefentherapeuten en fysiotherapeuten spelen een centrale rol in het ondersteunen van zelfmanagement bij patiënten met gewrichtsaandoeningen. De inzet van online toepassingen, waaronder mobiele applicaties, en online platforms, die gericht zijn op het bevorderen van zelfmanagement (in dit voorstel gedefinieerd als Behavioral Intervention Technologies: BITs) kunnen patiënten met chronische gewrichtsaandoeningen ondersteunen. Echter, voor veel professionals is het onduidelijk hoe BITs kunnen worden ingezet om zelfmanagement te vergroten en hoe dit gecombineerd kan worden met fysieke begeleiding. Daarom onderzoeken we in dit tweejarige project de manier waarop oefen- en fysiotherapeuten coaching op zelfmanagement via BITs kunnen vormgeven. In werkpakket 1 brengen we met een review, observaties en een concept mapping in kaart welke elementen en randvoorwaarden van BITs belangrijk zijn voor het bevorderen van zelfmanagement. Zodra we inzicht hebben in deze elementen en randvoorwaarden wordt in co-creatie met stakeholders toegewerkt naar beroepsrollen en beroepscompetenties die voorwaardelijk zijn voor het gebruik van BITs. Met de input van deze onderzoeksactiviteiten ontwikkelen we samen met de doelgroep de AmSOS methodiek die professionals helpt bij het gebruik van BITs om zelfmanagement te bevorderen bij patiënten met chronische gewrichtsaandoeningen (WP2). Om te bepalen in hoeverre de methodiek bruikbaar is in de praktijk wordt in WP3 een haalbaarheidsstudie opgezet waarbij 25 eerstelijnsfysio- en/of oefentherapiepraktijken de AmSOS methodiek gaan gebruiken in de behandeling van patiënten met chronische gewrichtsaandoeningen. Omdat gewrichtsaandoeningen een substantieel onderdeel zijn van de curricula, maar tegelijkertijd weinig aandacht wordt besteed aan technologie en zelfmanagement, ontwikkelen we in WP4 een onderwijsmodule voor scholing van studenten en praktiserende oefen- en fysiotherapeuten.