Volt doet in maart in tien gemeenten mee aan de gemeenteraadsverkiezingen. Niet alle journalisten kunnen al goed met de partij overweg. Wat moet je in hemelsnaam aan Volt-politici vragen? Bij eerdere nieuwe partijen als de Partij voor de Dieren en Forum voor Democratie is het op hoofdlijnen duidelijk waar ze voor staan. Volt lijkt een doublure van bestaande partijen en heeft een opvallend algemeen programma, terwijl de partij het wel goed doet in de peilingen. Wat wil Volt?
MULTIFILE
Volt doet in maart mee aan de Nederlandse gemeenteraadsverkiezingen. Het is de tweede stap voor deze Europese partij, na de winst van drie zetels in de Tweede Kamer van afgelopen jaar. Volt onderscheidt zich vooral van de concurrentie met de stelling dat het een Europese partij is. De partij blijkt zich in Duitsland ook daadwerkelijk in te zetten voor het vergroten en intensiveren van internationale contacten, ook op lokaal niveau. De vraag is wel welke rol Volt daar zelf in kan spelen. Hoe Europees is deze partij echt?
MULTIFILE
Volt doet in tien gemeenten mee aan de gemeenteraadsverkiezingen. De partij presenteert zich als de eerste Europese partij en veel journalisten en kiezers namen deze boodschap voor zoete koek aan: de partij is echter vooral Duits-Nederlands: daar zit het merendeel van de leden die beslissen over het programma wat in heel Europa aan de man moet worden gebracht. Dat laatste is niet eenvoudig: er is geen enkele reality check of alle Europese ambities ook aansluiten bij andere landen dan Nederland en Duitsland.
MULTIFILE
Conference organized by the Faculty of Social Sciences of Eötvös Loránd University, Hilscher Rezső Social Policy Association, Gyere Association and CARe Europe 3 Foreword 5 Section 1. Transition from institutional to recovery-oriented community care: challenges throughout Europe 5 Zsolt Bugarszki: Introduction 7 Jan Pfeiff er: Developments in Central and Eastern Europe with regard to transition from Institutional to Community Care 13 Robert van Voren: Reform of the mental health system in Eastern Europe and in the former Soviet Republics 17 Jean-Pierre Wilken: Developments in Western Europe with regard to transition from traditional to recovery oriented care 21 Dirk den Hollander: Recognition of power and the power of recognition
DOCUMENT
Er zijn de achterliggende jaren veel innovatieve ontwikkelingen geweest op het gebied van het lassen. Een deel van deze ontwikkelingen is mogelijk gemaakt door de beschikbaarheid van nieuwe stroombronnen. Het zijn vooral de snelle ontwikkelingen in de vermogenselektronica die hierbij een cruciale rol spelen. De ontwikkelingen in de elektronica zijn gebaseerd op het steeds sneller maken en verdergaande miniaturisering van de elektronische componenten. Dit is een algemene trend in ons dagelijks bestaan, die misschien wel het meest zichtbaar is bij de ontwikkeling van Personal Computers: vooral sneller en kleiner van afmetingen. De ontwikkelingen op het gebied van computers en vooral van het hart 'de microprocessor' zijn indertijd voorspeld door Moore en vastgelegd in een zogenaamde "Wet van Moore" (De Wet van Moore stelt dat het aantal transistors op een computerchip door de technologische vooruitgang elke 24 maanden verdubbelt). Voorlopig gaat de Wet van Moore nog steeds op en het is de verwachting dat aan het huidige tempo van deze ontwikkelingen voorlopig nog geen einde is gekomen. Alle apparatuur waarin dit soort 'computerchips' toepassing vinden (dus ook in onze stroombronnen) volgen deze snelle ontwikkelingen.
DOCUMENT
Met 30 mensen uit het werkveld van het (agrarisch) natuurbeheer en diverse onderzoekers was de tweede predatiebijeenkomst (dd. 16 december 2021) geslaagd. Rienk Fokkema (RUG) heeft de monitoring van predatie vanuit wetenschappelijk onderzoek toegelicht waarna Martijn Struijf van Landschap Noord-Holland en Dorien Jansen van BoerenNatuur de ervaringen met het monitoren en elektrisch uitrasteren in de uitvoering in het veld hebben toegelicht. De bijeenkomst was georganiseerd door Hogeschool Van Hall Larenstein en BoerenNatuur (vanuit het LIFE IP All4Biodiversity project).
MULTIFILE
De Dikke Blauwe, Filanthropium Jaargids 2014-2015 is het eerste, journalistieke filantropie-brede overzicht van ons 'Land van Goed Doen'. De redactie van het bestuurders-opinieblad Filanthropium Journaal becommentarieert hierin op kritische en geheel eigen wijze onze 'charity economy', waarin jaarlijks ruim 6 miljard euro vrijwillig geefgeld beschikbaar is voor het goede doel. Deze Jaargids richt zich zowel op de huidige bestuurders in de filantropiesector die geefgeld beheren en besteden, als op alle schenkers en potentiële private initiatiefnemers die zich oriënteren op de filantropische marktplaats, maar een integrale wegwijzer & duider node ontberen. Zij vinden in deze jaargids 2014-2015 o.a.: *jaaroverzichten & (wetenschappelijke) artikelen over filantropie door gerenommeerde (gast)auteurs *'Blue Pages': registers van filantropiebestuurders op naam én op doelbesteding *Filanthropiums 'Hot Hundred': de TOP 100 invloedrijkste personen van filantropisch Nederland *filantropische paspoorten van bestuurders en organisaties uit de Nederlandse filantropie *vele nuttige adressen en url's in de Nederlandse filantropie
LINK
Knolcyperus (Cyperus esculentus) is een hardnekkig onkruid dat zeer lastig te bestrijden is met conventionele middelen.
DOCUMENT
From November 2013 till January 2014 a minor ‘Smart Life Rhythms’ was taught at The Hague University of Applied Sciences. In the minor students used service design methods to develop solutions for improving life rhythms. Reflection on the minor produced the insight that building physical prototypes early on in the design process was key to success. Further discussions with colleagues and a literature review gave more arguments for the motto ‘Just build it’ – an encouragement to build simple physical models in the early stages of the service design process. Building these simple physical models is not just advocated by educators and in line with service design principles such as being iterative and user-centered. In his book ‘the Craftsman’ (Sennett, 2009) Richard Sennett provides us with more fundamental arguments regarding the value of ‘making things’. On top of the added value to the design process in itself, simple physical models are a tool for engaging both clients, users and students in the design process. So get out your glue gun and start building!
DOCUMENT