als iets in een tijdschrift staat gaat iedereen er van uit dat hetgeen er staat ook waar is. In dit artikel worden een aantal misverstanden aan de orde gesteld.
DOCUMENT
Gevolgen van een kapitaalverzekering als hij al dan niet wordt gekoppeld aan de eigen woning
DOCUMENT
Wanneer moet er overdrachtsbelasting worden betaald en in welke gevallen kan er sprake zijn van een vrijstelling?
DOCUMENT
In dit artikel wordt bekeken wat er gebeurt als iemand een onroerende zaak schenkt, verkoopt tegen een (te) lage prijs of de koopsom gaat kwijtschelden.
DOCUMENT
In oktober 2006 werd het onderzoek ‘kosten en moeite, re-integratie van bijstandsmoeders in Maastricht’ afgerond. In dit artikel worden de belangrijkste aanbevelingen aangeboden aan Ahmed Aboutaleb, de staatssecretaris die in het kabinet Balkenende 4 verantwoordelijk is voor WWB, arbeidsmarktbeleid, sociale werkvoorziening en de leer-en werkplicht.
DOCUMENT
Wanneer moet er overdrachtsbelasting worden betaald als mensen gaan scheiden. Het huwelijksgoederenregime speelt hierbij een belangrijke rol. Verder zijn de eigendomsverhoudingen relevant.
DOCUMENT
Jongeren ervaren in toenemende mate schoolstress en prestatiedruk. Een deel van hen kan hierdoor (tijdelijk) niet naar school, zoals blijkt uit een groeiend aantal verzuimmeldingen en thuiszitters. In sommige gevallen lopen de problemen zo hoog op dat er jeugdhulp nodig is. Het onderzoeksproject Mentaal Kapitaal van de Regionale Kenniswerkplaats Jeugd en Gezin Centraal heeft als doel kennis te vergroten omtrent de oorzaken en oplossingsrichtingen voor deze schoolgerelateerde problematiek. In dit rapport worden de bevindingen van de eerste deelstudie beschreven, waarin werd onderzocht welke risico- en beschermende factoren een rol spelen bij ongezonde schoolstress, prestatiedruk, schoolverzuim/thuiszitten en schooluitval.
DOCUMENT
Erkennen van verworven competenties (evc) is een procedure gericht op het herkennen, het waarderen en het verder ontwikkelen van wat iemand in elke mogelijke leeromgeving (formeel of informeel) reeds heeft geleerd (Van Lieshout, Kamphuis, Jellema & Wilthagen, 2005: p. 158). In hoofdstuk 9 richten Hogeboom en Van Lieshout zich op dat onderwerp. In theorie lijkt evc een voor iedereen aantrekkelijk instrument, maar toch groeit de omvang ervan in het hbo trager dan verwacht, en in de zomer van 2011 besloten een aantal hogescholen hun evc-aanbod zelfs te staken. Hogeboom en Van Lieshout stellen zich de vraag waarom evc zo traag van de grond komt. Ze presenteren een analyse van de evc-markt in het hbo op basis van deskresearch. Ze ontwerpen een actorgecentreerde institutionalistische (Scharpf, 1997) theorie die zich richt op de waarde van evc voor de directe actoren. Vervolgens presenteren ze een overzicht van in de literatuur genoemde verklarende factoren voor de trage groei van evc, geordend naar de drie belangrijkste actoren (individu, werkgever, onderwijsinstelling). Tot slot proberen ze aan de hand van die theorie en praktijk de trage ontwikkeling van evc in het hbo te begrijpen. Ze concluderen dat die trageontwikkeling en zelfs het (voorlopig) staken van evc door diverse hogescholen begrijpelijk is, en dat er daarmee geen kind, maar wel badwater wordt weggegooid.
DOCUMENT
Deze publicatie is onderdeel van het project: Living Lab Duurzame Bedrijfsovername - Het Open Gesprek (2023-2025). Dit project werd geleid door Hogeschool Aeres en werd uitgevoerd in samenwerking met hogeschool Windesheim en Hogeschool Utrecht. In dit project is er specifiek aandacht voor overnames van complexe (familie)bedrijfsstructuren, zoals situaties met meerdere opvolgers/eigenaren. Het project is onderdeel van een breder programma over bedrijfsovername in de agrarische sector gefinancierd en gecoördineerd door Stichting regie-orgaan SIA en het Ministerie van LVVN. De informatie die in deze publicatie wordt beschreven, is onderbouwd door deskresearch, input van experts en vier interviews met bedrijfsfamilies in de periode tussen mei 2024 en augustus 2024. Drie van deze bedrijven komen uit de tuinbouwsector, een sector waar relatief veel familiebedrijven voorkomen die in een bv-structuur opereren. Het vierde bedrijf betreft een kringloopbedrijf met akkerbouw, energie, pluimvee en de verwerking van voedselresten. De deskresearch bestond uit een literatuurstudie van de familiebedrijvenliteratuur, bestudering van de beleidskaders en de wettelijke kaders, handboeken over ondernemingsrecht en studies specifiek gericht op de agrarische sector. De input van experts is in drie ronden opgehaald. Er is een expertsessie geweest met adviseurs en branche-organisaties (LTO-Noord en NAJK) op 23 januari 2025. Vervolgens zijn er experts betrokken die de publicatie hebben gecontroleerd op feitelijke onjuistheden in de periode maart-april 2025. Tot slot is er input verzameld tijdens een scholingsdag voor agrarische adviseurs en docenten in het agrarische onderwijs (10 april 2025).Er is verder kruisbestuiving geweest met een eerder project over agrarische bedrijfsopvolging waar Hogeschool Windesheim en Hogeschool Aeres in samenwerkten. Het gaat om het project: Living Lab Duurzame Bedrijfsovername – De Zachte Kant van Agrarische Bedrijfsopvolging. In dat project zijn 15 families geïnterviewd. De interviews zijn gebruikt voor enkele praktijksituaties en familiedynamieken die in deze publicatie besproken worden.
DOCUMENT