De bacheloropleiding HBO-Rechten is in 2002 gestart, omdat in de rechtspraktijk een behoefte aan praktijkgerichte juridische professionals op hbo-niveau werd gesignaleerd. Inmiddels heeft de opleiding ruim 10.000 alumni. Het lectoraat Legal Management van de Hogeschool van Amsterdam heeft op verzoek van het landelijk opleidingsoverleg HBO-Rechten de arbeidsmarkt voor alumni in kaart gebracht. Uit het onderzoek blijkt dat een groot deel van de werkgevers inmiddels bekend is met hbo-juristen en dat alumni in een behoefte blijken te voorzien. De arbeidsmarkt is door de economische crisis en de hoge uitstroom van alumni de afgelopen jaren wel matig geweest.
DOCUMENT
Staatssecretaris Uslu en de Raad voor Cultuur hameren op het belang van fair pay door rijksgesubsidieerde culturele instellingen. Ook in het muziekonderwijs valt nog een wereld te winnen, weet onderzoeker en docentenopleider Imre Kruis. De uurtarieven van muziekdocenten zijn bedroevend laag. ‘Ik schrijf dit in een tijd dat er aan tafels veel gepraat wordt over fair pay. Als het maar niet bij praten blijft, denk ik dan.’
LINK
Background: To be accountable to laws and regulations, healthcare professionals spend more than 40% of their time on administrative tasks. The Compulsory Mental Healthcare Act (CMHA) was introduced in Dutch mental healthcare in 2020. It was hypothesized that this legislative amendment would raise the administrative burden for some care professionals. Pilot studies in 2020 and 2021 visualized the exponentially rise of the administrative burden for care professionals, especially psychiatrists due to the transition. However the total response was too small and not generalizable. Aim: gain more nationwide insight in the hypothesized raise of administrative burden of psychiatrists due to the implementation of the CMHA. Method: Under the leadership of an advisory board of three medical director psychiatrists, a Likert scale questionnaire was further developed to investigate the administrative burden of psychiatrists in the Netherlands before and after transition. Open-ended questions provided the opportunity for feedback from the psychiatrists. The study was supported by the Department of Medical Directors (DMD) of The Netherlands Psychiatric Association (NPA). Results: all mental health institutions members of the DMD of the NPA received an invitation to participate. 14 institutions (total N=158) responded. The data show a significant change in the time spent on administrative tasks, the usefulness of the administrative actions, the fit for use and ease of use of supporting systems. The forementioned all decreased significantly after the implementation. Conclusion and discussion: Psychiatrists spend more time on administration than before the legislative amendment instead of helping vulnerable patients. None of the institutions has been able to use the transition to its advantage given the time spent on administrative tasks and the usefulness of these tasks. This is an unacceptable development in the field of mental health in the Netherlands and should be addressed to those who are responsible for the decision making, especially policy makers. These results show that the introduction of the CMHA have made the field of Dutch mental health an impossible area to work for. , Administrative burden, Legislative amendment, Public governance, Information Management
MULTIFILE
Uit een inventarisatie blijkt dat er in Noord-Nederland 56 instituten bestaan waar in georganiseerd verband muziekles wordt gegeven door 2 of meer docenten; 9 in Drenthe, 23 in Friesland en 25 in Groningen. Er bestaan uiteenlopende organisatievormen zoals kunstencentra (11), collectieven (11)privéscholen (31) en netwerkorganisaties (3) waarbinnen docenten meer of minder intensief samenwerken. Lestarieven lopen uiteen van € 24,- tot € 52,- euro per uur. 20 instituten worden financieel ondersteund door de gemeente. Bij 12 van de 56 instituten zijn muziekdocenten in dienst. De manier waarop instituten zich profileren, of ze inzetten op samenspel of juist op de individuele les, of ze leerlinggericht zijn of met een centraal leerplan werken, loopt sterk uiteen.Onze conclusie is dat muziekles en de muziekschool niet zijn verdwenen. Gemeentelijke subsidies zijn in veel gevallen afgenomen of weggevallen en dat leidt vooral in de meer perifeer gelegen gebieden tot een onvoldoende gevarieerd aanbod. Tegelijkertijd tekenden we ook meer positieve geluiden op van docenten die energie krijgen van de nieuwe verschijningsvormen. Het gereorganiseerde werkveld nodigt uit tot het doen van verder onderzoek. We denken daarbij aan een verdieping van deze snelle inventarisatie waarbij we in gesprek gaan met meer vertegenwoordigers uit het veld, een inventarisatie van privédocenten en onderzoek naar de ‘fair pay’ van muziekdocenten. Het kan een opmaat zijn om met partners uit het veld praktijkgericht vervolgonderzoek vorm te geven, bijvoorbeeld gericht op de ontwikkeling van nieuwe praktijken van lesgeven of van professionele ontwikkeling.
DOCUMENT
Herziene en uitgebreide versie van onderzoeksrapport naar de stand van zaken van buitenschools muziekonderwijs in de regio's Noord- en Oost-Nederland.
DOCUMENT
Promotieonderzoek. Twee deelonderzoeken: 1. de werking van voorkeursbeleid bij de benoeming van directeuren in het basisonderwijs in 1985 en 2. de werking van voorkeursbeleid als onderdeel van een positieve actie plan.
DOCUMENT
Het Breed Platform Arbeid heeft in 2017-2018 een proces doorlopen om te komen tot een onderzoeksagenda voor de komende jaren. Dit boekje vormt de weerslag van dit proces en het bevat de onderzoeksagenda zelf, plus voorstellen voor vervolg. Bij het verkennen van de thema’s die leven op het brede terrein van Arbeid zijn veel mensen uit het mbo en het werkveld betrokken geweest. Aan hen allen is dit boekje gericht
DOCUMENT
In dit rapport beschrijven we de onderzoeksresultaten van het project ‘Toekomstbestendig Sociaal Ondernemen’. Sociale ondernemingen staan voor de continue uitdaging om hun commerciële en sociale doelen in balans te houden. Door het organiseren en behouden van deze balans kunnen sociale ondernemingen blijven bijdragen aan een betere arbeidsmarktpositie voor kwetsbare groepen op de arbeidsmarkt en hierin verder groeien en professionaliseren. Er is echter niet één manier om dit te doen en de onderlinge verschillen tussen sociale ondernemingen zijn groot.Via interviews en leernetwerken zijn spanningen en uitdagingen op de thema’s organisatie, personeel, begeleiding, leiderschap en inkomsten vertaald naar concrete voorbeelden en naar factoren die de toekomstbestendigheid van sociale ondernemingen kunnen vergroten: de succesfactoren.
DOCUMENT
Het rapport Naar een inclusieve werkomgeving. Inzichten vanuit (levens)verhalen en paradoxen uit de praktijk dat door onderzoekers van Hogeschool Inholland en de Vrije Universiteit Amsterdam in de periode mei 2019 – november 2021 is uitgevoerd, met een subsidie van Instituut Gak, biedt op een bijzondere manier inzicht in het fenomeen ongelijke kansen op de Nederlandse arbeidsmarkt.
DOCUMENT
In deze bijdrage worden inzichten over inclusief HumanResourceManagement besproken die afkomstig zijn uit praktijkgericht onderzoek. aan de orde komen een omschrijving van inclusief HRM, waarna ingegaan wordt op onderzoeksresultaten over het verbeteren van de HR-processen en het komen tot een inclusieve organisatiecultuur. Tot slot worden conclusies getrokken over wat inclusief HRM betekent voor de rol en werkzaamheden van HRM
DOCUMENT