Openbare les. De betekenis van werk is voor mensen verschillend, maar naast economische zelfstandigheid kan werk bijdragen aan persoonlijke voldoening en ontwikkeling, sociale verbinding en welzijn (Duffy e.a. 2016). Werklozen zijn over veel aspecten in hun leven vaak negatiever dan mensen met een betaalde baan (Van Echtelt 2010). Ook vanuit de overheid wordt een steeds grotere nadruk gelegd op betaald werk om de kosten van het sociale zekerheidsstelsel betaalbaar te houden. Betaald werk is echter lang geen automatisch gegeven meer. Enerzijds is er een diverse groep Nederlanders die nauwelijks toegang heeft tot de arbeidsmarkt (Van Echtelt e.a. 2019). Anderzijds ervaren mensen met een vaste of flexibele betaalde baan werk ook lang niet altijd als betekenisvol en steeds vaker als stressgevend (TNO 2019; WRR 2020).
Binnen sociaal werk opleidingen is er steeds vaker aandacht voor mensenrechten. Het belang om mensenrechten een plek te geven in sociaal werk curricula wordt benadrukt door het manifest ‘Stel mensenrechten centraal in het sociaal werk’ (Hartman et. al. 2016) dat sinds mei 2016 door tientallen lectoren en docenten is ondertekend. Om een bijdrage te leveren aan deze ontwikkeling heeft het Lectoraat Toegang tot het Recht van het Kenniscentrum Sociale Innovatie van de Hogeschool Utrecht een onderzoeksproject ‘Sociaal Werk en Mensenrechten’ gestart om beter inzicht te krijgen in de verbanden tussen sociaal werk en mensenrechten. Deze verkenning is een product van dit project.
De discussie rondom de waarde van werk wordt vaak gevoerd op basis van objectieve maatstaven van banen: verdiensten, aantal uren of baan zekerheid. Subjectieve kenmerken, zoals autonomie of baantevredenheid, zijn echter minstens zo belangrijk voor de innerlijke beleving van nuttig en betekenisvol werk. In dit artikel laten we twee dingen zien: 1) er zijn significante verschillen in de nutservaringen tussen werknemers, die niet verklaard worden door zelfselectie in beroepen en sectoren; en 2) deze verschillen zijn bepaald. In de regio Utrecht ervaren werknemers relatief veel autonomie, in Twente ervaart men relatief veel verbondenheid met de werkomgeving, en nergens zijn mensen zo tevreden met hun baan als in Delft en het Westland. We pleiten voor een regionale aanpak in het streven naar waardevol werk.
De Wet passend onderwijs (2014) zou er voor moeten zorgen dat alle kinderen een goede onderwijsplek krijgen. Echter, voor leerlingen met autismespectrumstoornis (ASS) die substantiële ondersteuning nodig hebben, is dat lastig te realiseren. Zij laten problemen zien in hun betrokkenheid bij de leertaak, wat gerelateerd is aan lage schoolprestaties en voortijdige uitval. Deze leerlingen hebben baat bij een goede gezamenlijke ondersteuning van leerkracht en jeugdprofessional. Echter, leerkrachten hebben weinig kennis en ervaring met ASS om de juiste ondersteuning te kunnen bieden. Jeugdhulpverleners, die op school ingezet worden, zijn onvoldoende op de hoogte van wat er vanuit het onderwijs moet gebeuren. Leerkrachten en jeugdhulpverleners kunnen elkaar versterken, maar er is nog te vaak sprake van figuurlijke afstand en gebrek aan verbondenheid. Professionalisering is nodig, gericht op het versterken van het handelen van leerkrachten en jeugdhulpverleners in de klas en hun interprofessionele samenwerking. Hoe zo’n professionalisering eruit moet zien en hoe leerkrachten en jeugdhulpverleners elkaar kunnen versterken is nog onduidelijk. Er is behoefte aan good practices op dit terrein. Om dit complexe praktijkprobleem op te lossen, maken we gebruik van ontwerponderzoek. We richten ons op de vraag: Hoe draagt een professionaliseringstraject bij aan het versterken van het handelen in de klas en het interprofessioneel samenwerken van leerkrachten en jeugdhulpverleners, zodat zij een integrale aanpak kunnen vormgeven waarmee de betrokkenheid van leerlingen met ASS in de klas wordt vergroot? Daartoe ontwikkelen we een professionaliseringstraject, waarbij we voortbouwen op kennis uit onder andere het vooronderzoek ’T PASST WEL!. We voeren het traject uit en evalueren systematisch de genomen stappen. Het project levert een toepasbaar professionaliseringstraject met (e-)tools rondom good practices voor de (opleidings-)praktijk op. Deze producten bieden onderbouwde en overdraagbare oplossingen voor problemen waar leerkrachten en jeugdhulpverleners tegenaan lopen bij het integraal vormgeven van hun aanpak bij leerlingen met ASS.
Mobiele netwerken vormen een drijvende kracht achter de digitalisering van onze samenleving en het verdienvermogen in alle sectoren van de economie, van industrie en energie tot logistiek en zorg. Nederlandse bedrijven zien grote kansen in 6G netwerktechnologie en toepassingen die vanaf 2030 op de markt komen. De gerichte ontwikkeling van 6G kan daarnaast sterk bijdragen aan de Nederlandse en Europese ambities op het gebied van digitale autonomie en duurzaamheid.
Professionals worden steeds vaker ondersteund door AI (Artificial Intelligence, kunstmatige intelligentie). Maar hoe ervaren professionals dat? Welke vorm van ondersteuning versterkt hun professie en wat willen ze vooral niet? In dit project onderzoeken we hoe verschillende rollen voor AI (besluitvormer, adviseur of kennisbron) worden ervaren door aankomend professionals in de preventieve zorg. Doel Krachtige samenwerking professional en AI Met het project willen we inzicht krijgen in welke invloed verschillende vormen van samenwerking met AI heeft op waarden als autonomie en vertrouwen bij professionals. Deze inzichten willen we vertalen naar vormen van samenwerking waarbij de kracht van zowel professional als AI optimaal tot uiting komt. Resultaten Het beoogde resultaat van het project is een set aan concrete richtlijnen voor het context-afhankelijk ontwerpen van mens-AI samenwerkingen die recht doen aan persoonlijke waarden. Looptijd 01 april 2021 - 31 maart 2022 Aanpak We onderzoeken verschillende rollen van AI door middel van Wizard of Oz experimenten. Hierin voeren studenten paramedische studies een preventieve gezondheidscheck uit met behulp van een gesimuleerd AI algoritme. De resulterende richtlijnen toetsen we in focusgroepen met zorg professionals. Relevantie voor beroepspraktijk Het gebruik van AI heeft grote potentie voor de beroepspraktijk. Er zijn echter ook zorgen over de impact van AI op de maatschappij. Met dit project dragen we bij aan een ethisch verantwoorde inzet van AI. Cofinanciering Dit project wordt uitgevoerd als onderdeel van het programma R-DAISES dat wordt uitgevoerd in het kader van NWA route 25 – verantwoorde waardecreatie met big data en is gefinancierd door NWO (Nederlandse Organisatie voor Wetenschappelijk Onderzoek)